25.12. Veiligheid
Beschrijving
25.13. Functies
Beschrijving
Gebruikershandleiding
Zie hoofdstuk
22 Softwarematige veiligheidsconfiguratie op pagina
Een element representeert een object gedefinieerd door een zesdimensionale positie
(positie en oriëntatie) relatief ten opzichte van de robotbasis. U kunt een element een
naam geven voor toekomstige referentie.
Sommige subdelen van een robotprogramma bestaan uit bewegingen die uitgevoerd
worden ten opzichte van specifieke objecten anders dan de basis van de robotarm.
Deze objecten kunnen tafels, andere machines, werkstukken, camerasystemen,
blanco's of grenslijnen zijn rondom de robotarm.
De robot bevat twee voorgedefinieerde elementen, hieronder vermeld, met posities
gedefinieerd door de configuratie van de robotarm zelf:
• Het basiselement is gelegen bij de oorsprong in het midden van de robotbasis.
• Het gereedschapselement is gelegen bij de oorsprong in het midden van de
huidige TCP.
339
172.
UR20