2. Veiligheid
2.8. Noodstop
Beschrijving
Gebruikershandleiding
De noodstop is de rode drukknop op de programmeereenheid. Druk op de
noodstopknop om alle beweging van de robot te stoppen. Het activeren van de
noodstopknop veroorzaakt een categorie 1 stop (IEC 60204-1).
Noodstoppen zijn geen beveiligingen (ISO 12100). Noodstoppen zijn aanvullende
beschermingsmaatregelen en zijn niet bedoeld om letsel te voorkomen. De
risicobeoordeling van de robottoepassing bepaalt of aanvullende noodstopknoppen
vereist zijn. De noodstopfunctie en de inschakelinrichting moeten voldoen aan ISO
13850.
Nadat een noodstop is geactiveerd, wordt de drukknop vergrendeld in die instelling.
Daarom moet elke keer dat een noodstop wordt geactiveerd, deze handmatig worden
gereset op de drukknop die de stop heeft geïnitieerd.
Voordat de noodstopknop wordt reset, moet u de reden voor activering van de
noodstop visueel vaststellen en beoordelen. Visuele beoordeling van alle apparatuur
in de toepassing is vereist. Reset de noodstopknop nadat het probleem is opgelost.
Om de noodstopknop te resetten
1. Houd de drukknop ingedrukt en draai deze rechtsom totdat de vergrendeling
wordt opgeheven.
U kunt het voelen wanneer de vergrendeling wordt opgeheven, wat aangeeft
dat de drukknop is gereset.
2. Herstel na het resetten van de noodstop de stroomtoevoer naar de robot en
hervat de werking.
27
UR20