Veiligheidsvlakken
Trittervlakken
Triggervlakken worden weergegeven in blauw en groen in de 3D-weergave. Een kleine
pijl wijst naar de kant van het vlak waar de limieten van de Normale modus (zie
Softwarematige veiligheidsmodussen op pagina
De gereedschaporiëntatiegrens wordt gevisualiseerd met een sferische kegel samen
met een vector die de huidige oriëntatie van het robotgereedschap weergeeft. De
binnenkant van de kegel geeft de toegestane ruimte aan
voor de gereedschapsoriëntatie (vector).
Limieten
Wanneer een programma wordt uitgevoerd, wordt de 3D-weergave van grenzen
uitgeschakeld.
Als het TCP niet langer in de buurt van een limiet is, verdwijnt de 3D-weergave.
UR20
Veiligheidsvlakken worden weergegeven in geel en zwart in de 3D-weergave. Een
pijl wijst naar de kant van het vlak waar het TCP mag worden gepositioneerd.
• U kunt limieten voor de gereedschapsoriëntatie instellen die in de 3D-weergave
worden weergegeven als een sferische kegel, samen met een vector die de
huidige oriëntatie van het robotgereedschap aangeeft.
De binnenkant van de kegel geeft de toegestane ruimte aan voor
gereedschapsoriëntatie (vector).
• U kunt ook rode limieten instellen die rood worden weergegeven in de 3D-
weergave wanneer het TCP een limiet overschrijdt of dreigt te overschrijden.
177) actief zijn.
220
22.5
Gebruikershandleiding