Het is mogelijk om de configureerbare I/O te gebruiken om extra veiligheids-I/O-functionaliteit te con-
figureren, bijvoorbeeld noodstopuitgangen. Het configureren van set van configureerbare I/O's voor
veiligheidsfuncties wordt gedaan via de GUI (zie
Het niet regelmatig controleren en testen van de veiligheidsfuncties kan tot gevaar-
lijke situaties leiden.
• Veiligheidsfuncties moeten worden gecontroleerd voordat de robot in gebruik
wordt genomen.
• Veiligheidsfuncties moeten regelmatig worden getest.
OSSD-signalen
Alle geconfigureerde en permanente veiligheidsingangen worden gefilterd om het gebruik van
OSSD-veiligheidsapparatuur met pulslengtes korter dan 3 ms mogelijk te maken. De vei-
ligheidsingang wordt iedere milliseconde getest en de status van de ingang wordt bepaald door het
meest frequent waargenomen ingangssignaal gedurende de laatste 7 milliseconden. Zie
PolyScope-handleiding op pagina 125
ligheidsuitgangen.
Standaard veiligheidsconfiguratie
De robot wordt verzonden met een standaardconfiguratie die operatie mogelijk maakt zonder extra
veiligheidsuitrusting, zie onderstaande afbeelding.
Noodstopknoppen aansluiten
Bij de meeste toepassingen moeten een of meer externe noodstopknoppen worden gebruikt. De
afbeelding hieronder laat zien hoe een of meer noodstopknoppen kunnen worden aangesloten.
UR20
LET OP
voor meer informatie over OSSD-impulsen op de vei-
Safety
24V
EI0
24V
EI1
24V
SI0
24V
SI1
Deel II PolyScope-handleiding op pagina
Safety
24V
EI0
24V
EI1
24V
SI0
24V
SI1
Safety
24V
EI0
24V
EI1
24V
SI0
24V
SI1
60
8. Elektrische interface
125).
Deel II
Gebruikershandleiding