24. Veiligheidsfunctietabellen
SF-nr. en
veiligheidsfunctie
SF12
UR-robot stopt niet:
digitale uitgang
SF13
UR-robot ver-
minderde modus:
digitale uitgang
SF14
UR-robot niet ver-
minderde modus:
digitale uitgang
Gebruikershandleiding
Beschrijving
Wanneer de robot STOPT (bezig met stoppen of in
stilstand) zijn de dubbele digitale uitgangen
HOOG. Als de uitgangen LAAG zijn, is de robot
NIET bezig met stoppen en is deze NIET in een stil-
staande toestand.
De functionele veiligheidsclassificatie is voor wat
zich binnen de UR-robot bevindt. De geïntegreerde
functionele veiligheidsprestaties vereisen dat deze
PFHd wordt toegevoegd aan de PFHd van de
externe logica (indien aanwezig) en de com-
ponenten daarvan.
Wanneer de robot in de verminderde modus staat
(of de verminderde modus is gestart), zijn de dub-
bele digitale uitgangen LAAG. Zie hieronder. De
functionele veiligheidsclassificatie is voor wat zich
binnenin de UR-robot bevindt. De geïntegreerde
functionele veiligheidsprestaties vereisen dat deze
PFHd wordt toegevoegd aan de PFHd van de
externe logica (indien aanwezig) en de com-
ponenten daarvan.
Wanneer de robot NIET in de verminderde modus
staat (of de verminderde modus niet is gestart), zijn
de dubbele digitale uitgangen LAAG. De func-
tionele veiligheidsclassificatie is voor wat zich bin-
nenin de UR-robot bevindt. De geïntegreerde
functionele veiligheidsprestaties vereisen dat deze
PFHd wordt toegevoegd aan de PFHd van de
externe logica (indien aanwezig) en de com-
ponenten daarvan.
Wat gebeurt er?
115
PFH
Beïnvloedt
D
1,8E-
Externe aan-
07
sluiting op
logica en/of
apparatuur
1,8E-
07
1,8E-
07
UR20