#
ISO 10218-1
Collaboratieve
werking, editie
4
2011, clausule
5.10.5
UR20
Techniek
Vermogens- en
krachtbegrenzing
(PFL) door inherent
ontwerp of controle
Verklaring
Hoe PFL wordt gedaan, wordt
overgelaten aan de
robotfabrikant. Het
robotontwerp en/of de
veiligheidsfuncties beperken
de energieoverdracht van de
robot naar een persoon. Als
een parameterlimiet wordt
overschreden, stopt de robot.
PFL-toepassingen vereisen
het overwegen van de
ROBOTTOEPASSING
(inclusief de eindeffector en
het werkstuk/de werkstukken),
zodat eventueel contact geen
letsel zal veroorzaken. Het
uitgevoerde onderzoek
evalueerde de druk tot het
BEGIN van pijn, niet letsel. Zie
bijlage A. Zie ISO/TR 20218-1
Eindeffectoren.
124
24. Veiligheidsfunctietabellen
UR
UR-robots zijn
vermogens- en
krachtbeperkte
robots die speciaal
zijn ontworpen om
collaboratieve
toepassingen
mogelijk te maken
waarbij de robot in
contact kan komen
met een persoon
zonder letsel te
veroorzaken. UR-
robots hebben
veiligheidsfuncties
die kunnen worden
gebruikt om
beweging, snelheid,
impuls, kracht,
vermogen en meer
van de robot te
beperken. Deze
veiligheidsfuncties
worden in de
robottoepassing
gebruikt om de druk
en krachten die
door de eindeffector
en het (de)
werkstuk(ken)
worden veroorzaakt
te verminderen.
Gebruikershandleiding