3.3:
De gereedschapsuitgangsflens (ISO 4762) is waar het gereedschap op de punt van de robot gemon-
teerd wordt. Alle metingen zijn in mm. Het wordt aanbevolen om een radiaal sleufgat te gebruiken
voor de pen om overbelasting te voorkomen, terwijl een precieze positie wordt behouden.
Zeer lange M8-bouten kunnen tegen de onderzijde van de gereedschapsflens druk-
ken en de robot kortsluiten.
• Gebruik geen bouten die meer dan 10 mm uitsteken om het gereedschap te
monteren.
Het niet goed aandraaien van bouten kan leiden tot gevaarlijke situaties.
• Zorg dat het gereedschap correct en stevig met bouten bevestigd is.
• Zorg dat het gereedschap zo is geconstrueerd dat het geen gevaarlijke situatie
kan veroorzaken doordat er onverwacht een onderdeel valt.
7.5.1. Gereedschapsflensaccessoires
Voor de UR20-gereedschapsflens kan een accessoire-element nodig zijn om de aansluiting van
gereedschappen mogelijk te maken. Afhankelijk van het gereedschap kunt u de volgende gereed-
schapflensaccessoires gebruiken: Gereedschapskabeladapter (zie
accessoires op pagina
UR20
Afmetingen en gatenpatronen van de gereedschapsflens.
LET OP
WAARSCHUWING
71) en/of Gereedschapsflensadapter.
8.10.1. Gereedschaps-I/O-
52
7. Mechanisch interface
Gebruikershandleiding