Veiligheidsingang
Noodstop robot
Systeemnoodstop
Beveiligde stop
Beveiligde stop
automatische
modus
Beveiliging resetten
Verminderde modus
Inschakelapparaat
met drie standen
Freedrive op robot
Bedrijfsmodus
Automatic Mode
Safeguard Reset
Voor interfacing met andere machines is de robot uitgerust met de volgende veiligheidsuitgangen:
Veiligheidsuitgang
Systeemnoodstop
Robot beweegt
Robot stopt niet
Verminderde modus
Niet verminderde
modus
Safe Home
UR20
Beschrijving
Voert een categorie 1 stop (IEC 60204-1) uit via de regelkastingang,
waarbij andere machines worden geïnformeerd via de Systeemnoodstop -
uitgang, als die uitgang is gedefinieerd.
Voert een categorie 1 stop (IEC 60204-1) uit op alleen de robot, in alle
modussen en en met voorrang op alle andere commando's.
Voert een categorie 2 stop (IEC 60204-1) uit in alle modussen, behalve
wanneer een inschakelapparaat met drie standen en een moduskiezer - in
de handmatige modus kan de beveiligde stop vervolgens worden ingesteld
om alleen te werken in de automatische modus.
Voert een categorie 2 stop (IEC 60204-1) uit in ALLEEN de automatische
modus. Beveiligde stop automatische modus kan alleen worden
geselecteerd wanneer een inschakelapparaat met drie standen is
geconfigureerd en geïnstalleerd.
Keert terug uit de status Beveiligde stop wanneer een stijging op de ingang
Beveiligingsreset optreedt.
Schakelt het veiligheidssysteem om de Verminderde modus -limieten te
gebruikten.
Initieert een categorie 2 stop (IEC 60204-1) wanneer het inschakelapparaat
volledig ingedrukt of volledig losgelaten is in alleen de handmatige modus.
Inschakelapparaat met drie standen wordt getriggerd wanneer een ingang
laag wordt. Schakelt tussen bedrijfsmodi.
Schakelt Freedrive in wanneer de robot niet in de automatische modus
staat.
Schakelt tussen bedrijfsmodi. Keert terug uit de status Beveiligde stop
automatische modus wanneer een stijging op de ingang Beveiligingsreset
automatische modus optreedt.
Keert terug uit de status Beveiligde stop automatische modus wanneer een
stijging op de ingang Beveiligingsreset automatische modus optreedt.
Beschrijving
Wanneer dit signaal logisch laag is, is de Robotnoodstop -ingang logisch
laag of is de noodstopknop ingedrukt.
Logisch hoog wanneer de robot is gestopt of bezig is met stoppen
vanwege een noodstop of beveiligde stop.
Logisch hoog wanneer de robot is gestopt of bezig is met stoppen
vanwege een noodstop of beveiligde stop. Anders is hij logisch laag.
Logisch laag wanneer het systeem niet in de verminderde modus staat.
Logisch hoog wanneer de robot in de geconfigureerde veilige
uitgangspositie staat.
Logisch hoog wanneer de robot in de geconfigureerde veilige
uitgangspositie staat.
3. Veiligheidsfuncties en -interfaces
34
Gebruikershandleiding