24.3. Tabel 2
UR-robots voldoen aan ISO 10218-1:2011 en de toepasselijke delen van ISO/TS 15066. Het is
belangrijk op te merken dat het grootste deel van ISO/TS 15066 gericht is op de integrator en niet op
de robotfabrikant. ISO 10218-1:2011, clausule 5.10 collaboratieve werking beschrijft 4 technieken
voor collaboratieve werking zoals hieronder wordt uitgelegd. Het is erg belangrijk om te begrijpen
dat de collaboratieve werking die van de TOEPASSING is in de AUTOMATISCHE modus.
#
ISO 10218-1
Collaboratieve
werking, editie
1
2011, clausule
5.10.2
Collaboratieve
werking, editie
2
2011, clausule
5.10.3
UR20
Techniek
Op veiligheid
gebaseerde
bewaakte stop
Handgeleiding
Verklaring
Stopconditie waarbij de positie
stil wordt gehouden en wordt
bewaakt als een
veiligheidsfunctie. Een
categorie 2 stop is toegestaan
om automatisch te resetten. In
het geval van resetten en
hervatten van de werking na
een op veiligheid gebaseerde
bewaakte stop, zie ISO 10218-
2 en ISO/TS 15066, aangezien
hervatting geen gevaarlijke
omstandigheden mag
veroorzaken.
Dit is in wezen individuele en
directe persoonlijke controle
terwijl de robot in de auto-
matische modus is. Hand-
geleidingsapparatuur moet
zich dicht bij de eindeffector
bevinden en moet hebben:
• een noodstopknop
• een inschakelapparaat
met drie standen
• een op veiligheid
gebaseerde bewaakte
stopfunctie
• een instelbare op
veiligheid gebaseerde
bewaakte
snelheidsfunctie
122
24. Veiligheidsfunctietabellen
UR
De beveiligde stop
van UR-robots is
een op veiligheid
gebaseerde
bewaakte stop, zie
SF2 op pagina 1.
Het is waarschijnlijk
dat in de toekomst
"op veiligheid
gebaseerde
bewaakte stop"
geen vorm van
collaboratieve
werking zal worden
genoemd.
UR-robots bieden
geen handgeleiding
voor collaboratieve
werking.
Handgeleide
programmering
(vrije aandrijving) is
voorzien van UR-
robots, maar dit is
voor
programmering in
de handmatige
modus en niet voor
collaboratieve
werking in de
automatische
modus.
Gebruikershandleiding