Download Print deze pagina

HP F2228-90011 Gebruikershandleiding pagina 83

Advertenties

Gebruik de pijltoetsen (š™—˜) om uitdrukkingen te markeren
Gebruik herhaaldelijk de pijltoets omlaag (˜) om de
bewerkingscursor te activeren. Maak in deze modus gebruik van de
pijltoetsen naar links of naar rechts (š™) om in een uitdrukking
van term naar term te bewegen.
Wanneer u de bewerken positie komt, gebruikt u de wistoets (ƒ)
om de cursor te activeren en om de uitdrukking te bewerken.
Om de bewerkingscursor in actie te zien, beginnen we met de algebraïsche
uitdrukking die u in bovenstaande oefening ingevoerd heeft:
Druk op de pijltoets omlaag (˜) op de huidige positie om de
bewerkingscursor te activeren. De 3 in de exponent van θ wordt gemarkeerd.
Maak gebruik van de pijltoets naar links, š, om in de uitdrukking van
element naar element te bewegen. De volgorde van selectie van de
bewerkingscursor in dit voorbeeld is (druk herhaaldelijk de pijltoets š):
1. De 1 in de 1/3 exponent
2. θ
3. ∆y
4. µ
5. 2
6. x
7. µ in de exponentiële functie
8. λ
9. 3 in de √3 term
10. de 2 in de 2/√3 breuk
Op elk willekeurig punt kunt u de bewerkingscursor veranderen in de
invoegcursor door op de wistoets (ƒ) te drukken. We maken nu gebruik
van deze twee cursors (de bewerkingscursor en de invoegcursor) om de
huidige uitdrukking te veranderen in:
Blz. 2-23

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

49g+