Download Print deze pagina

HP F2228-90011 Gebruikershandleiding pagina 301

Advertenties

deling door een scalair, kan worden gezien als een vermenigvuldiging, d.w.z.
A/k = (1/k) A. Optelling en aftrekking van vectoren kan worden gedefinieerd
als A B = [A
B
, A
x
x
y
Er zijn twee definities van producten van fysieke vectoren, een scalair of
intern product (het scalaire product) en een vector of extern product (het
vectoriële product). Het scalaire product geeft een scalair-waarde,
gedefinieerd als A B = |A||B|cos( ), waarbij
vectoren. Het vectoriële product geeft een vector A B waarvan de grootte
|A B| = |A||B|sin( ), en de richting worden aangegeven door de
zogenaamde rechtsregels (raadpleeg een handboek over wiskunde, fysica of
mechanica om deze bewerking grafisch voorgesteld te zien). Vanuit
Cartesisch oogpunt, A B = A
A
B
,A
B
-A
B
]. De hoek tussen twee vectoren kan worden afgeleid uit de
x
z
x
y
y
x
definitie van het scalaire product als cos( ) = A B/|A||B|= e
vectoren A en B elkaar kruisen ( = 90
Vectoren invoeren
In de rekenmachine worden vectoren weergegeven als een opeenvolging van
nummers tussen haakjes en ze worden ingevoerd als rijvectoren. De haakjes
worden in de rekenmachine ingevoerd met de toetsencombinatie „Ô ,
behorende bij de toets *. Hierna volgen enkele voorbeelden van vectoren:
[3.5, 2.2, -1.3, 5.6, 2.3]
[1.5,-2.2]
[3,-1,2]
['t','t^2','SIN(t)']
Vectoren invoeren in het stapelgeheugen
Indien de rekenmachine ingesteld is in de ALG-modus, wordt een vector
ingevoerd in het stapelgeheugen tussen twee haakjes („Ô) met daarin
de componenten of elementen van de vector, onderling gescheiden door
komma's (‚í). De onderstaande beeldschermen geven de invoer aan
van een numerieke vector, gevolgd door een algebraïsche vector. De
linkerafbeelding toont de algebraïsche vector voordat op „ is gedrukt. De
rechterafbeelding geeft het beeldscherm weer nadat de algebraïsche vector is
ingevoerd:
], waarbij B de vector B = [B
B
, A
B
y
z
y
en A B = [A
B
+A
B
+A
B
x
x
y
y
z
z
0
rad
= /2
Een algemene lijnvector
Een 2-D vector
Een 3-D vector
Een algebraïsche vector
, B
, B
] is.
x
y
z
de hoek is tussen de twee
B
-A
B
,A
B
-
y
z
z
y
z
x
e
. Als twee
A
B
) is A B = 0.
Blz. 9-2

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

49g+