getallen die zijn aangemaakt met behulp van de functie RAND. De getallen in
de linkerafbeelding worden geproduceerd met de oproepfunctie RAND
zonder een argument. Als u een argumentenlijst in de functie RAND plaatst,
krijgt u een lijst met getallen waaraan een extra willekeurig getal is
gekoppeld, zoals u in de rechterafbeelding kunt zien.
Generatoren voor willekeurige getallen werken meestal door een waarde te
nemen, het zogenaamde "zaadgetal" van de generator, en op dat
"zaadgetal" een wiskundige algoritme uit te voeren, zodat er een nieuw
(pseudo-)willekeurig getal ontstaat. Als u een reeks getallen wilt genereren en
deze reeks later wilt kunnen herhalen, dan kunt u het zaadgetal van de
generatrice wijzigen met de functie RDZ(n), waarbij n het "zaadgetal" is,
voordat de reeks wordt gegenereerd. Generatoren voor willekeurige getallen
werken door met een "zaadgetal" te beginnen die wordt omgezet in het
eerste willekeurige getal van de reeks. Het huidige getal fungeert dan als het
"zaadgetal" voor het volgende getal en zo verder. Als u de reeks opnieuw
hetzelfde "zaadgetal" geeft, kunt u dezelfde reeks meerdere malen
reproduceren. robeer bijvoorbeeld het volgende eens:
RDZ(0.25) `
RAND() `
RAND() `
RAND() `
Start de reeks opnieuw:
RDZ(0.25) `
RAND() `
RAND() `
RAND() `
Gebruikt 0.25 als het "zaadgetal."
Eerste willekeurige getal = 0.75285...
Tweede willekeurige getal = 0.51109...
Derde willekeurige getal = 0.085429...
Gebruikt 0.25 als het "zaadgetal."
Eerste willekeurige getal = 0.75285...
Tweede willekeurige getal = 0.51109...
Derde willekeurige getal = 0.085429...
Blz. 17-3