stapelgeheugen opgeroepen voor de uitvoer. Met het commando →TAG kunt
u de uitvoer van een programma identificeren.
Een berichtvenster gebruiken
Een berichtvenster is een leukere manier om de uitvoer van een programma
weer te geven. Het commando een berichtvenster in de rekenmachine wordt
geactiveerd met „°L@) @ OUT@ @MSGBO@ te gebruiken. Het commando een
berichtvenster vereist dat de uitvoerstring die in het venster moet worden
geplaatst, beschikbaar is op niveau 1 van het stapelgeheugen. Probeer de
volgende oefening om de werking van het commando MSGBOX te zien:
‚Õ~‚t~„ê1.2
‚Ý ~„r~„a~„d
„°L@) @ OUT@ @MSGBO@
Het resultaat is het volgende berichtvenster:
Druk @@@OK@@@ om het berichtvenster te annuleren.
U zou een berichtvenster voor de uitvoer van een programma kunnen
gebruiken door een getagde uitvoer, omgezet in een string, te gebruiken als
uitvoerstring voor MSGBOX. Om een getagd resultaat om te zetten of om een
algebraïsche waarde of een niet-getagde waarde om te zetten in een string,
gebruikt u de functie →STR, beschikbaar via „°@) T YPE@ @ STR.
Een berichtvenster gebruiken voor de uitvoer van een programma
De functie @@@p@@@ uit het laatste voorbeeld kan als volgt worden aangepast:
"Enter V, T and n: " {"
:n: " {2 0} V } INPUT
«
:V:
:T:
OBJ→ → V T n
V T n '(8.31451_J/(K*mol))*(n*T/V)' EVAL "p"
«
→TAG →STR MSGBOX » »
Blz. 21-41