In de animatie kunnen we X als tijd beschouwen en diagrammen aan te
maken van f(X,Y) vs. Y voor verschillende waarden van X. Om deze grafiek te
maken, gebruiken we het volgende:
•
„ô tegelijkertijd indrukken. Kies Y-Slice als TYPE. '2.5*SIN(X-Y)'
als EQ. 'X' als INDEP. Druk op L@@@OK@@@.
•
„ò, gelijktijdig indrukken (in de RPN-modus). Gebruik de
volgende waarden:
•
Druk op @ERASE @DRAW. Geef de rekenmachine de tijd om de nodige
grafieken te genereren. Wanneer deze klaar is, zal het een
bewegende sinusoïdale curve weergegeven in uw scherm.
Een verzameling van grafieken laten bewegen
De rekenmachine biedt de functie ANIMATE om een aantal grafieken te
animeren die zijn opgeslagen in het stapelgeheugen. U kunt een grafiek
maken in het grafische scherm door de commando's in de menu's PLOT en
PICT te gebruiken. Gebruik PICT RCL om de gemaakte grafiek in het
stapelgeheugen te plaatsen. Wanneer u n grafieken in niveaus n tot 1 van het
stapelgeheugen heeft, kunt u het commando ANIMATE gebruiken om een
animatie te maken van de grafieken die u in het stapelgeheugen heeft
geplaatst.
Voorbeeld 1 – Een rimpel in een wateroppervlak laten bewegen.
Voer als voorbeeld het volgende programma in dat 11 grafieken genereert
met een cirkel in het midden van het grafische scherm waarvan de straal in
elke volgende grafiek vermeerdert met een constante waarde.
«
RAD
Activeert het programma
Stelt de hoekeenheden in op
Blz. 22-29