De lijst van karakters
De volledige verzameling van karakters aanwezig in de rekenmachine kan
worden bereikt via de toetsen ‚±. Wanneer u een karakter markeert,
bijv. het karakter voor een nieuwe regel
, zult u links onder in het scherm
de toetsencombinatie zien voor dergelijk karakter ( . in dit geval) samen met
de numerieke code behorende bij het karakter (10 in dit geval).
Niet-gedefinieerde karakters verschijnen als een donkere rechthoek in de lijst
van karakters ( ) en geven (
) weer onder in het scherm, hoewel er een
None
numerieke code bestaat voor alle karakters. Numerieke karakters tonen het
bijbehorende getal onder in het scherm.
Letters tonen de code α (bijv. ~) gevolgd door de bijbehorende letter,
bijvoorbeeld wanneer u de letter M markeert, zult u αM afgebeeld zien links
onder in in het scherm, wat het gebruik van ~m aanduidt. Anderzijds toont
m de toetsencombinatie α M, of ~„m.
Griekse karakters zoals σ, geven de code α S of ~‚s weer. Aan
sommige karakters, zoals ρ, is geen toetsencombinatie verbonden. Daarom
kunnen dergelijke karakters alleen verkregen worden via de lijst van karakters,
door het gewenste karakter te markeren en op @ECHO1 of @ECHO@ te drukken.
Gebruik @ECHO1@ om één karakter naar het stapelgeheugen te kopiëren en
onmiddellijk terug te keren naar het normale beeldscherm. Gebruik @ECHO om
een karakterreeks s naar het stapelgeheugen te kopiëren. Gebruik de toets
$ om terug te keren naar het normale beeldscherm van de rekenmachine.
LRaadpleeg bijlage D voor meer informatie over het gebruik van speciale
karakters. Appendix G toont tevens sneltoetsen voor speciale karakters.
Blz. 23-4