Vervolgens verandert u de 5 tussen de haakjes in een ½ met de volgende
toetsencombinaties: šƒƒ1/2
Daarna markeert u de volledige uitdrukking tussen haakjes en voegt u het
vierkantswortelsymbool in met: ————R
Vervolgens verandert u de 2 vóór de haakjes in de noemer in 2/3 met:
šƒƒ2/3
Nu ziet de uitdrukking er als volgt uit:
De laatste stap is het verwijderen van 1/3 rechts van de uitdrukking. Dit
wordt bereikt met: —————™ƒƒƒƒƒ
De laatste versie is:
In het kort: voor het opmaken van een uitdrukking in de
Vergelijkingenschrijver moet u de pijltoetsen (š™—˜) gebruiken om
de uitdrukking te markeren waarop de functies worden toegepast
(bijvoorbeeld de LN en de vierkantswortels in de voorgaande uitdrukking).
Gebruik herhaaldelijk de pijltoets omlaag (˜) op elke willekeurige positie
om de bewerkingscursor te activeren. Maak in deze modus gebruik van de
pijltoetsen naar links of naar rechts (š™) om in een uitdrukking van term
naar term te bewegen. Gebruik op een te bewerken positie de wistoets (ƒ)
om de cursor in te activeren en de uitdrukking te bewerken.
Blz. 2-20