Grootte
De grootte van een vector, zoals we al eerder besproken hebben, kan
worden nagegaan met behulp van de functie ABS. Deze functie kan ook
rechtstreeks geactiveerd worden vanaf het toetsenbord („Ê).
Voorbeelden van toepassingen van de functie ABS vindt u hierboven:
Scalair product
De functie DOT wordt gebruikt om het scalaire product te berekenen van twee
vectoren van dezelfde lengte. Sommige voorbeelden van toepassingen van de
functie DOT, met vectoren A, u2, u3, v2 en v3 die al eerder zijn opgeslagen,
worden vervolgens in de ALG-modus getoond. Er verschijnt een foutmelding
wanneer u probeert om een scalair product te berekenen van twee vectoren
van verschillende lengtes:
Vectorieel product
De functie CROSS wordt gebruikt om het vectoriële product te berekenen van
twee 2-D vectoren, van twee 3-D vectoren of van een 2-D en een 3-D vector.
Bij het berekenen van een vectorieel product, wordt een 2-D vector in de vorm
[A
, A
], geïnterpreteerd als de 3-D vector [A
, A
,0]. Voorbeelden van twee
x
y
x
y
2-D en twee 3-D vectoren in de ALG-modus worden hieronder gegeven. U ziet
dat het vectoriële product van twee 2-D vectoren een vector oplevert die
alleen in de z-richting wijst, d.w.z. een vector in de vorm [0, 0, C
]:
z
Blz. 9-12