8. Elektrische interface
LET OP
Onjuiste aansluiting van de robot kan resulteren in stroomuitval op de robotarm.
• Koppel de robotkabel niet los wanneer de robotarm is ingeschakeld.
• Verleng of wijzig de originele robotkabel niet.
8.9. Robotaansluiting: basisflenskabel
Deze paragraaf beschrijft het aansluiten van een robotarm met een basisflenskabelaansluiting. Voor
informatie over het aansluiten van een robotarm met een vaste robotkabel van 6 meter, zie
Robotaansluiting: robotkabel op de vorige
8.9.1. Aansluiting basisflenskabel
De basisflenskabelaansluiting brengt de robotverbinding tot stand door de robotarm aan te sluiten
op de regelkast. De robotkabel wordt verbonden met de aansluiting van de basisflenskabel aan de
ene kant en de aansluiting van de regelkast aan de nadere kant.
U kunt elke aansluiting vergrendelen nadat de robotaansluiting tot stand is gebracht.
LET OP
The maximum robot connection from the robot arm to the Control Box is 12 m.
Onjuiste aansluiting van de robot kan resulteren in stroomuitval op de robotarm.
• Do not extend a 6 m Robot Cable.
MEDEDELING
Rechtstreekse aansluiting van de basisflenskabel op een regelkast kan schade aan
apparatuur of eigendommen veroorzaken.
• Sluit de basisflenskabel niet rechtstreeks aan op de regelkast.
Gebruikershandleiding
pagina.
52
8.8.
UR30