1.20.13. Veiligheids-I/O
Dit scherm bevat de Veiligheidsfuncties voor configureerbare ingangen en uitgangen (I/O's). De
I/O's onderverdeeld in ingangen en uitgangen en zijn aanwezig in paren, zodat elke functie een
1
Categorie
3 en PLd-I/O vormt.
Elke veiligheidsfunctie kan slechts één paar I/O's aansturen. Als u dezelfde functie een tweede
keer wilt selecteren, wordt het eerste paar I/O's dat eerder ingesteld is, verwijderd. Er zijn 5
veiligheidsfuncties voor ingangssignalen en 5 voor uitgangssignalen.
Let op: Het toepassen van een veiligheidsfunctie op een set pennen overschrijdt alle I/O-acties
1.23.8. Installatie → I/O-
die zijn gespecificeerd voor pennen in de I/O-instellingen (zie
instellingen on
page135).
Ingangssignalen
Voor ingangssignalen kunnen de volgende veiligheidsfuncties geselecteerd worden:
Systeemnoodstop, Verminderde modus, Beveiliging resetten, Inschakelapparaat
met drie standen and Bedrijfsmodus.
Systeemnoodstop
Indien geconfigureerd, biedt dit de mogelijkheid voor een extra Emergency Stop button besides
the Noodstopknop op de programmeereenheid. Voor deze functionaliteit is het gebruik van een
ISO 13850-conform apparaat nodig.
Gebruikershandleiding
107
UR3