Download Print deze pagina

Boston Scientific Vercise Handleiding pagina 119

Systemen voor diepe hersenstimulatie

Advertenties

Opslag, hantering en transport. Geïmplanteerde onderdelen, zoals de stimulator, leads, 
leadverlengkabels en adapters, hebben geen speciale vereisten voor opslag of behandeling.
De niet-oplaadbare stimulator gaat over in de opslagmodus als de temperatuur onder
5 °C (41 °F). komt. Als de stimulator in opslagmodus is, verbindt de stimulator dan niet met 
een afstandsbediening of een programmeerapparaat. Om de stimulator weer uit de opslagmodus 
te krijgen, moet de temperatuur ervan stijgen tot boven de 8 °C (46 °F).
Bewaar externe onderdelen zoals de afstandsbediening, uitwendige teststimulator, ETS-adapter, 
OR-kabel en verlenging (DB-4100A), programmeerzender en oplaadsysteem bij -20 °C tot 
60 °C (-4 °F tot 140 °F). Bewaar de drukknop van de operatiekamerkabel (DB-4120-08) bij 
0 °C tot 45 °C (32 °C tot 113 °F). Stel externe onderdelen niet bloot aan extreem hoge of lage 
temperaturen. Laat de hulpmiddelen niet gedurende langere perioden in uw auto of buiten achter. 
De gevoelige elektronica kan beschadigd raken door extreme temperaturen, met name grote hitte.
Behandel de onderdelen en accessoires van het systeem met zorg. Laat ze niet vallen en dompel 
ze niet onder in water. Zorg ervoor dat de onderdelen van het apparaat niet in aanraking kunnen 
komen met vloeistoffen. Hoewel betrouwbaarheidstests zijn uitgevoerd om de productiekwaliteit 
en hoogwaardige prestaties te garanderen, kunnen de onderdelen permanent beschadigd raken 
wanneer u hulpmiddelen op harde oppervlakken of in water laat vallen of deze ruw behandelt. 
Houd de afstandsbediening en de oplader buiten het bereik van huisdieren en kinderen om schade 
aan de hulpmiddelen te vermijden.
Voorzichtigheid is geboden om de DBS-lead niet te beschadigen met scherpe instrumenten 
of overmatige kracht tijdens de operatie. De volgende richtlijnen helpen de levensduur van 
de onderdelen te garanderen:
Knik de DBS-lead of leadverlengkabel niet en buig ze niet te scherp om.
Bevestig hechtmaterialen niet rechtstreeks op de DBS-lead of de leadverlengkabel.
Vermijd trekken aan een geïmplanteerde DBS-lead die strak gespannen is; lussen om 
de druk te ontlasten kunnen helpen de spanning op de DBS-lead te minimaliseren.
Hanteer de DBS-lead niet met scherpe instrumenten; gebruik uitsluitend tangen met 
rubberen punten.
Wees voorzichtig bij het gebruik van scherpe instrumenten, zoals hemostaten of scalpels 
om schade aan de DBS-lead te voorkomen.
Chirurgische tape: Als tape wordt gebruikt om de DBS-lead gedurende de operatie tijdelijk 
vast te plakken, moet u voorzichtig zijn wanneer u de tape verwijdert om ervoor te zorgen dat de 
lead niet wordt doorgesneden of anderszins beschadigd raakt.
Hechtingen: Maak hechtmaterialen niet te strak om de DBS-leads vast, aangezien dit 
de isolatie van de DBS-lead kan beschadigen en de DBS-lead defect kan raken. 
Reactie van het weefsel: Patiënten kunnen bij het helen van de operatiewond tijdelijk pijn 
voelen in het gebied van de stimulator. Als rondom de wond overmatige roodheid ontstaat, dan 
dient dat te worden onderzocht op infectie. In zeldzame gevallen kunnen negatieve weefselreacties 
tegen het geïmplanteerde materiaal optreden.
Veiligheidsinformatie
Informatie voor voorschrijvers
92691903-02
115 van 755

Advertenties

loading