Download Print deze pagina

HP 50g Gebruikershandleiding pagina 804

Verberg thumbnails Zie ook voor 50g:

Advertenties

Gebruik de File Manager („¡) om het object te verwijderen, net
zoals u zou doen met een variabele in de HOME directory (zie Hoofdstuk
2 ).
• Gebruik het commando PURGE als volgt:
In de algebraïsche modus
In de RPN-modus:
Een back-upobject terugzetten:
Gebruik de File Manager („¡) om het back-upobject te kopiëren van
het poortgeheugen naar de HOME directory.
Wanneer een back-upobject wordt teruggezet, voert de rekenmachine een
integriteitscontrole uit op het teruggezette object door de CRC-waarde te
berekenen. Elk verschil tussen de berekende en de opgeslagen CRC-
waarden resulteert in een foutmelding die wijst op de onjuiste gegevens.
Gegevens gebruiken in back-upobjecten
Hoewel u de inhoud van back-upobjecten niet rechtstreeks kunt wijzigen, kunt u
die inhoud wel gebruiken bij bewerkingen met de rekenmachine. U kunt
bijvoorbeeld programma's uitvoeren die zijn opgeslagen als back-upobject of u
kunt gegevens uit back-upobjecten gebruiken om programma's uit te voeren.
Om programma's uit back-upobjecten uit te voeren of gegevens uit back-
upobjecten te gebruiken, kunt u de File Manager gebruiken („¡) om de
inhoud uit een back-upobject te kopiëren naar het scherm. Anderzijds kunt u de
functie EVAL gebruiken om een programma uit te voeren dat is opgeslagen in
een back-upobject, of de functie RCL gebruiken om gegevens uit een back-
upobject opnieuw op te roepen:
In de algebraïsche modus:
In de RPN-modus:
Voer om een back-upobject te evalueren het volgendein:
EVAL(argument(en), : Port_Number : Backup_Name )
Voer om een back-upobject opnieuw op te roepen naar de
commandoregel het volgende in:
RCL(: Port_Number : Backup_Name)
Voer om een back-upobject te evalueren het volgendein:
Argument(en) ` : Port_Number : Backup_Name EVAL
: PURGE(: Port_Number : Backup_Name)
: Port_Number : Backup_Name PURGE
Blz. 26-7

Advertenties

loading