Download Print deze pagina

HP 50g Gebruikershandleiding pagina 302

Verberg thumbnails Zie ook voor 50g:

Advertenties

Indien we een vector in sferische coördinaten invoeren wanneer het cilindrisch
coördinatensysteem geselecteerd is, wordt de vector automatisch omgezet naar
zijn cilindrische (polair) equivalent (r,θ,z) waarbij r = ρ sin φ, θ = θ, z = ρ cos φ.
De volgende afbeelding geeft bijvoorbeeld een vector weer die werd ingevoerd
in sferische coördinaten en die omgezet werd naar polaire coördinaten. In dit
o
o
gevalis ρ = 5, θ = 25
en φ = 45
, terwijl de omzetting aangeeft dat r = 3.563
en z = 3.536. (Veranderen naar DEG)
Laten we vervolgens het coördinatensysteem wijzigen naar de sferische
coördinaten met behulp van de functie SPHERE uit het submenu VECTOR in het
menu MTH. Wanneer dit coördinatenstelsel geselecteerd is, zal boven in het
beeldscherm de opmaak R∠∠ weergegeven worden. Het laatste beeldscherm
geeft de verandering weer:
U ziet dat de vectoren die ingevoerd werden met behulp van cilindrische
polaire coördinaten nu omgezet zijn naar het sferisch coördinatenstelsel. De
2
2
1/2
-1
omzetting is als volgt: ρ = (r
, θ = θ en φ = tan
+z
)
(r/z). Maar de vector
die oorspronkelijk in Cartesische coördinaten werd ingevoerd, blijft in deze
vorm staan.
Vectorbewerkingen toepassen
Deze sectie bevat enkele voorbeelden van vectorbewerkingen die u kunt
terugvinden in toepassingen van de fysica en de mechanica.
Resultante van krachten
Stel dat een partikel onderhevig is aan de volgende krachten (in N): F
=
1
3i+5j+2k, F
= -2i+3j-5k en F
= 2i-3k. Om de resultante te bepalen, d.w.z.
2
3
de som van al deze krachten, kunt u de volgende werkwijze volgen in de ALG-
modus:
Blz. 9-16

Advertenties

loading