PIX?, PIXON en PIXOFF
Deze functies hebben als invoer de puntcoördinaten in gebruikerscoördinaten
(x,y) of in pixels {#n, #m}.
•
PIX? Controleert of de pixel op positie (x,y) of {#n, #m} aan staat.
•
PIXOFF zet de pixel op positie (x,y) of {#n, #m} uit.
•
PIXON zet de pixel op positie (x,y) of {#n, #m} aan.
PVIEW
Dit commando heeft als invoer de coördinaten van een punt als
gebruikerscoördinaten (x,y) of pixels {#n, #m} en plaatst de inhoud van PICT
met de linkerbovenhoek op dat specifieke punt. U kunt ook een lege lijst als
argument gebruiken, waarbij de afbeelding wordt gecentreerd op het scherm.
PVIEW activeert de grafische cursor en het afbeeldingenmenu niet. Gebruik
PICTURE om deze functies te activeren.
PX C
De functie PX C zet pixelcoördinaten {#n #m} om in gebruikerscoördinaten
(x,y).
C PX
De functie C PX zet gebruikerscoördinaten (x,y) om in pixelcoördinaten {#n
#m}.
Programmeervoorbeelden met gebruik van tekenfuncties
In deze sectie gebruiken we de hierboven beschreven commando's om
grafieken te maken met programma's. Programmalijsten worden gegeven op de
bijgevoegde diskette of cd-rom.
Voorbeeld 1 - Een programma dat tekencommando's gebruikt
Het volgende programma maakt een tekening in het grafische scherm. (Dit
programma heeft geen andere bedoeling dan te tonen hoe u commando's van
de rekenmachine gebruikt om tekeningen op het scherm te maken).
«
Activeert het programma
Blz. 22-24