Hoofdstuk 11 - Matrixbewerkingen en lineaire algebra ,11-1
Bewerkingen met matrices ,11-1
Optellen en aftrekken ,11-2
Vermenigvuldiging ,11-2
Een matrix karakteriseren (Het matrixmenu NORM) ,11-7
De functie ABS ,11-8
De functie SNRM ,11-8
De functies RNRM en CNRM ,11-9
De functie SRAD ,11-10
De functie COND ,11-10
De functie RANK ,11-11
De functie DET ,11-12
De functie TRACE ,11-14
De functie TRAN ,11-15
Aanvullende matrixbewerkingen (Het matrixmenu OPER) ,11-15
De functie AXL ,11-16
De AXM ,11-16
Functie LCXM ,11-16
Oplossing van lineaire stelsels ,11-17
De numerieke solver gebruiken voor lineaire stelsels ,11-18
Kleinste kwadraat oplossing (functie SQ) ,11-25
Oplossing met de inverse matrix ,11-27
Oplossing door "deling" van matrices ,11-27
Een meervoudige verzameling vergelijkingen met dezelfde coëfficiën-
tenmatrix oplossen ,11-28
Gauss' eliminatie en Gauss-Jordan-eliminatie ,11-29
Gauss-Jordan-eliminatie met gebruik van matrices ,11-33
Stap-voor-stap rekenmachineprocedure om lineaire stelsels op te lossen
,11-38
Oplossing voor lineaire stelsels met functies van de rekenmachine
,11-41
Restfouten in oplossingen voor lineaire stelsels (functie RSD) ,11-44
Eigenwaarden en eigenvectoren ,11-45
De functie PCAR ,11-45
De functie EGVL ,11-46
De functie EGV ,11-47
Blz. TOC-10