Deze geeft een periodieke functie weer met een periode T. Deze Fourierreeks
kan worden herschreven als
waarbij
voor n =1,2, ...
Naar de amplitude A
het zal een maat zijn voor de grootte van de component van f(x) met frequentie
f
= n/T. De basis- of fundamentele frequentie in de Fourierreeks is f
n
dus zijn alle andere frequenties veelvouden van deze basisfrequentie, d.w.z. f
. Ook kunnen we een hoekfrequentie definiëren ω
= n⋅f
0
, waarbij ω
n⋅f
= n⋅ω
0
0
Fourierreeks.
Met de hoekfrequentienotatie wordt de Fourierreeksutibreiding geschreven als
Een diagram van de waarden A
discreet spectrum voor een functie. Het discrete spectrum laat zien dat de
functie componenten heeft op hoekfrequenties ω
de fundamentele hoekfrequentie ω
Stel dat het een keer nodig is een niet-periodieke functie te ontwikkelen in sinus-
en cosinuscomponenten. Een niet-periodieke functie kan worden gezien als een
functie die een oneindig lange periode heeft. Dus wordt voor een hele grote
waarde van T de fundamentele hoekfrequentie ω
hoeveelheid, stel Δω. Ook nemen de hoekfrequenties die corresponderen met
f
(
x
)
=
2
A
=
a
+
b
n
n
zal worden verwezen als het spectrum van de functie en
n
de basis- of fundamentele hoekfrequentie is van de
0
∑
f
(
x
)
=
a
+
0
n
∞
(
∑
=
a
+
a
⋅
0
n
n
=
1
vs. ω
n
0
∞
∑
a
+
A
⋅
cos(
0
n
n
=
1
2
φ
−
1
,
=
tan
n
n
∞
ω
A
⋅
cos(
x
n
n
=
1
ω
cos
x
+
b
⋅
sin
n
n
is de typische weergave van een
n
die hele veelvouden zijn van
n
.
= 2π/T een hele kleine
0
ϖ
φ
x
+
),
n
n
⎛
⎞
b
⎜ ⎜
⎟ ⎟
n
,
a
⎝
⎠
n
= 2nπ/T = 2π⋅f
n
φ
+
).
n
)
ω
x
n
= 1/T,
0
n
= 2π⋅
n
Blz. 16-43