te integreren, kunnen we de breuk als volgt ontleden in partiële
componentbreuken:
De directe integratie geeft met wat wisselen van de termen hetzelfde resultaat
(Rigorous-modus ingesteld in het CAS – zie hoofdstuk 2):
Oneigenlijke integralen
Dit zijn integralen met oneindige limieten van integratie. Gewoonlijk gaan we
met een oneigenlijke integraal om door eerst de integraal te berekenen als een
limiet naar oneindig, bijv.
Met de rekenmachine gaan we als volgt te werk:
5
+
5
X
∫
4
3
+
2
+
X
X
∞
dx
∫
∫
=
lim
2
1
ε
→
∞
x
dX
X
ε
dx
2
1
x
.
Blz. 13-21