bijvoorbeeld de koelkast van een caravan
ontvangen enkel spanning indien de motor
draait (via pin 10).
Om het elektrische systeem niet te overbe-
lasten, is het niet toegestaan om de massa-
kabels pin 3, pin 11 en pin 13 onderling te ver-
binden.
Wanneer de aanhangwagen een 7-polige
steker heeft, moet u een bijbehorende adap-
terkabel gebruiken. In dat geval is de functie
van pin 10 niet beschikbaar.
Sleepkabel
De kabel van de aanhangwagen moet altijd
goed vastgemaakt zijn aan het trekkende
voertuig en met voldoende speling om pro-
bleemloos bochten te kunnen nemen. Houd
er echter wel rekening mee dat de kabel tij-
dens het rijden de grond niet mag raken.
Achterlichten van de aanhangwagen
Zorg ervoor dat de achterlichten van de aan-
hangwagen correct functioneren en aan de
geldende wettelijke voorschriften voldoen.
Controleer of de maximale vermogensopna-
me van de aanhangwagen niet wordt over-
›››
schreden
pag.
324.
Opnemen in alarmsysteem
De aanhangwagen is inbegrepen in het
alarmsysteem indien is voldaan aan de on-
derstaande voorwaarden:
326
Rijden
Indien de wagen af fabriek is uitgerust met
●
alarmsysteem en trekhaak.
Indien de aanhangwagen elektrisch is aan-
●
gesloten op het trekkende voertuig met het
stopcontact voor aanhangwagen.
Indien het elektrische systeem van de wa-
●
gen en aanhangwagen in perfecte staat zijn,
zonder storingen of schade.
Indien de wagen werd vergrendeld met de
●
sleutel en het alarmsysteem actief is.
Wanneer de wagen vergrendeld is, gaat het
alarm af zodra de elektrische verbinding met
de aanhangwagen wordt onderbroken.
Voordat u een aanhangwagen aan- of los-
koppelt, schakelt u altijd het alarmsysteem
uit. Anders kan de sensor hellingshoek het
alarm onbedoeld doen afgaan.
Aanhangwagens met led-achterlichten
Om technische redenen kunnen aanhangwa-
gens met led-achterlichten niet in het alarm-
systeem opgenomen worden.
Als de wagen vergrendeld is, wordt het alarm
niet geactiveerd wanneer de elektrische ver-
binding met de aanhangwagen onderbroken
wordt, indien die led-achterlichten heeft.
Indien bij het aankoppelen van de aanhang-
wagen het Eco-rijprofiel geselecteerd was,
wordt automatisch veranderd naar het profiel
Normal. Als het systeem de aangekoppelde
aanhangwagen niet kan detecteren of de
trekhaak achteraf werd gemonteerd door
een werkplaats die niet tot de SEAT-groep
behoort, moet het profiel Normal handmatig
worden gekozen voordat u begint te rijden
met aanhangwagen. Om het profiel Eco op-
nieuw in te schakelen na het loskoppelen van
de aanhangwagen, moet het contact een-
maal uit- en weer ingeschakeld worden.
ATTENTIE
Indien de kabels verkeerd of op ongepaste
wijze worden verbonden, kan de aanhang-
wagen te veel stroom krijgen. Dit kan leiden
tot storingen in het volledige elektronische
systeem van de wagen, alsook tot ongeval-
len en ernstige letsels.
Laat de werkzaamheden aan de elektri-
●
sche installatie enkel uitvoeren in een ge-
specialiseerde werkplaats.
Sluit het elektrische systeem van de aan-
●
hangwagen nooit direct aan op de elektri-
sche aansluitingen van de achterlichten of
andere voedingsbronnen.
ATTENTIE
Het contact tussen de pinnen van het stop-
contact voor aanhangwagen kan leiden tot
kortsluiting, overbelasting van de elektri-
sche installatie of storing van het verlich-
tingssysteem; ongevallen en ernstige let-
sels kunnen hiervan het gevolg zijn.
Sluit de pinnen van het stopcontact voor
●
aanhangwagen nooit op elkaar aan.