OF: in wagens uitgerust met achteruitrijhulp
●
(Rear View Camera "RVC") drukt u op het pic-
togram van de wagen van de beperkte weer-
gave.
Wisselen naar het beeld van de achteruit-
rijhulp (Rear View Camera "RVC")
Schakel de achteruitversnelling in.
●
OF: druk op het pictogram van de functie
●
.
RVC
De indicaties en akoestische signalen
aanpassen
De indicaties en akoestische signalen kunnen
worden ingesteld in het infotainmentsysteem
›››
pag.
90.
: volume aan de achter-
●
Volume achterin
zijde.
●
Instellingen/scherpte van de klank
: toon van het geluid achterin.
achterin
: als de parkeerhulp is in-
●
Volume verlagen
geschakeld, wordt het volume van audiobron
verlaagd volgens de gekozen optie.
Foutmeldingen
Indien op het instrumentenpaneel een fout-
melding verschijnt in de parkeerhulp, is er een
storing.
Als deze storing niet is verdwenen voordat het
contact wordt uitgeschakeld, wordt ze niet
310
Rijden
aangegeven de volgende keer dat de par-
keerhulp wordt geactiveerd.
Als een sensor defect is, verschijnt op het dis-
play van het infotainmentsysteem het sym-
bool
.
Het wordt aanbevolen de storing te laten re-
pareren in een gespecialiseerde werkplaats.
Trekhaak
Wanneer in wagens met in de fabriek gemon-
teerde trekhaak de aanhangwagen aange-
sloten is, wordt de parkeerhulp niet geacti-
veerd wanneer de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld.
Segmenten van de visuele indicatie
Weergave van parkeerhulp op het dis-
Afb. 212
play van het infotainmentsysteem.
Met behulp van de segmenten aan de ach-
terzijde van de wagen kan de afstand tot ob-
stakels worden geschat.
De optische weergave van de segmenten
werkt op de volgende wijze:
–
Witte segmenten: het obstakel bevindt
zich op meer dan ongeveer 30 cm, bui-
ten het traject en tegen de rijrichting in.
Ze worden ook getoond wanneer de
elektronische parkeerrem is ingescha-
keld.
–
Gele segmenten: de obstakels bevin-
den zich binnen het traject van de wa-
gen en op meer dan ongeveer 30 cm af-
stand.
–
Rode segmenten: de obstakels bevin-
den zich op minder dan ongeveer 30 cm
afstand.
Wanneer het obstakel zich in de rijrichting van
de wagen bevindt, is steeds het overeenkom-
stige waarschuwingssignaal te horen.
Zodra de wagen een obstakel nadert, worden
de segmenten dichter bij de wagen weerge-
geven. Ten laatste bij het aanduiden van het
voorlaatste segment, betekent dit dat de
botszone bereikt is. In de botszone worden
obstakels in rood weergegeven (ook obsta-
kels buiten de af te leggen weg). Niet verder
›››
achteruitrijden
in Inleiding tot thema
›››
op pag.
304,
in Inleiding tot thema op
pag.
304!