Als het portier aan bestuurderszijde wordt ge-
opend en de hendel staat niet in de stand P,
kan de wagen wegrollen. De volgende waar-
schuwing verschijnt op het display van het in-
strumentenpaneel: Versnelling: keu-
zehendel in rijstand!
een zoemer.
Bergaf stoppen
Trap altijd het rempedaal flink in om te voor-
komen dat de wagen wegrolt; schakel indien
nodig de elektronische parkeerrem in
Accelereer niet in een rijstand om te voorko-
men dat de wagen naar beneden rolt,
Bergop wegrijden met Auto Hold-functie
Bij ingeschakelde rijstand haalt u uw voet
●
van het rempedaal en geeft u voorzichtig
gas.
Bergop wegrijden zonder Auto Hold-func-
tie
Trek aan de knop van de elektronische par-
●
keerrem.
Bij ingeschakelde rijstand geeft u gedo-
●
seerd gas en drukt u op de knop van de elek-
tronische parkeerrem.
Noodprogramma
Als in het display in het instrumentenpaneel
alle standen van de hendel tegen een lichte
achtergrond worden weergegeven, dan is er
244
een storing opgetreden in het systeem en
werkt de automatische transmissie in het
noodprogramma. Er kan nog steeds met de
auto gereden worden, maar dan wel met een
lagere snelheid en niet meer in alle rijstanden.
. Bovendien hoort u
Het is zelfs mogelijk dat niet meer achteruit
kan worden gereden.
Kickdown
Met de kickdown kan met de keuzehendel in
de stand D, S of in de Tiptronic-stand maxi-
›››
.
maal geaccelereerd worden.
Als het gaspedaal helemaal wordt ingetrapt,
›››
.
schakelt de automatische transmissie afhan-
kelijk van rijsnelheid en motortoerental naar
een lagere versnelling terug. Op deze wijze
profiteert u maximaal van de acceleratie van
de wagen
Het opschakelen naar de volgende versnel-
ling gebeurt pas zodra het maximaal toege-
stane toerental is bereikt.
ATTENTIE
Veiligheidsaanwijzingen
delstanden op pag. 242
Laat de remmen niet aanlopen en trap
●
het rempedaal niet te vaak of te lang in, an-
ders worden de remmen warm. Hierdoor
kan het remvermogen aanzienlijk vermin-
deren, de remweg toenemen of het remsys-
teem zelfs helemaal beschadigd raken.
Rijden
›››
.
›››
in Keuzehen-
in acht nemen.
Wanneer u op hellingen moet stoppen,
●
de wagen met het rempedaal of de par-
keerrem tegenhouden.
ATTENTIE
Let op dat bij glad wegdek de aangedreven
wielen kunnen doorslippen als de kickdown
wordt bediend - slipgevaar!
VOORZICHTIG
Bij het stoppen op hellingen niet probe-
●
ren om bij ingeschakelde rijstand en door
gas geven het wegrollen van de wagen te
verhinderen. Hierdoor kan de automatische
transmissie worden oververhit en bescha-
digd.
Als u de wagen met afgezette motor en
●
de hendel in stand N laat rollen, wordt de
automatische transmissie beschadigd, om-
dat deze dan niet wordt gesmeerd.
In bepaalde rijomstandigheden of ver-
●
keerssituaties kan de versnellingsbak warm
worden en beschadigd raken! Als het con-
trolelampje
oplicht, stop de wagen dan
zodra daartoe de mogelijkheid bestaat en
wacht totdat de transmissie is afgekoeld
›››
pag.
247.
Als de transmissie in het noodprogramma
●
werkt, ga dan direct naar een gespeciali-
seerde werkplaats om de storing te laten
verhelpen.