Wanneer de wagen opnieuw wordt ge-
●
start na gebruik van het profiel Offroad of
Snow, wordt het systeem steeds geacti-
veerd in profiel Normal.
De snelheid en rijstijl moeten te allen tij-
●
de worden aangepast aan het zicht op de
weg, de klimatologische omstandigheden
en het verkeer.
Bij het rijden met aanhangwagen wordt
●
gebruik van het Eco-profiel niet aanbevo-
len.
Aanwijzingen voor het rijden
Inrijden
Neem de aanwijzingen met betrekking tot het
inrijden van de nieuwe onderdelen in acht.
Motor inrijden
De nieuwe motor moet tijdens de eerste
1.500 (1000 mijl) kilometer worden ingere-
den. Tijdens de eerste bedrijfsuren ontstaat
er in de motor een hogere inwendige wrijving
dan later, wanneer alle bewegende delen op
elkaar zijn ingesteld.
De rijstijl tijdens de eerste 1.500 (1000 mijl) ki-
lometer is ook van invloed op de motorkwali-
teit. Daarna moet ook met een gematigd toe-
rental worden gereden, vooral wanneer de
motor koud is, om slijtage van de motor te
Starten en rijden
verminderen en de levensduur te verlengen.
Rij nooit met een te laag motortoerental.
Schakel altijd een versnelling terug als de
motor "onregelmatig" werkt. Houd tot
1.000 kilometer (600 mijlen) rekening met
het volgende:
Geef niet vol gas.
●
Laat de motor niet op meer dan 2/3 van het
●
maximumtoerental draaien.
Niet met aanhangwagen rijden.
●
Verhoog tussen de 1.000 en 1.500 kilome-
ter (600 en 1000 mijl) het vermogen gelei-
delijk tot de maximumsnelheid en een ver-
hoogd motortoerental bereikt zijn.
Remblokken inrijden en nieuwe banden
Velgen vervangen en nieuwe banden
●
›››
pag.
373.
›››
Informatie over de remmen
●
Milieu-aanwijzing
Wanneer u bij het inrijden voorzichtig rijdt,
wordt de levensduur van de motor langer
en het olieverbruik lager.
Vierwielaandrijving (4Drive)
3 Geldt voor wagens: met 4Drive-vierwielaan-
drijving
Bij de vierwielaandrijving worden alle vier de
wielen aangedreven.
Algemene aanwijzingen
Bij 4-wielaandrijving wordt de aandrijfkracht
over alle vier wielen verdeeld. Dit gebeurt au-
tomatisch, afhankelijk van uw rijgedrag en de
rijwegomstandigheden. Zie ook
Het 4-wielaandrijfsysteem is afgestemd op
een hoog motorvermogen. Door de vierwiel-
aandrijving biedt uw wagen uitstekende pres-
taties en voortreffelijke rijeigenschappen zo-
wel bij normale wegomstandigheden als bij
uitzonderlijke omstandigheden met sneeuw
en ijs. Daarom is het noodzakelijk om rekening
te houden met bepaalde veiligheidsaanwij-
pag.
287.
›››
zingen
.
Winterbanden
Dankzij de vierwielaandrijving is de voor-
waartse trekkracht van de wagen onder win-
terse omstandigheden goed, zelfs bij normale
banden. Desondanks adviseren wij u 's win-
ters om voor alle vier de wielen winter- of 4-
seizoenenbanden te gebruiken, omdat hier-
door vooral ook de remwerking wordt verbe-
terd.
›››
pag.
292.
»
253