Bescherming tegen de zon
Zonnekleppen
Zonneklep.
Afb. 102
Mogelijke standen van de zonnekleppen
voor de bestuurder en bijrijder
De zonneklep omlaag klappen naar de
●
voorruit.
De zonneklep kan uit de steun worden ver-
●
wijderd en naar het portier worden toege-
›››
draaid
afb. 102
.
1
Kantel de zonneklep naar het portier, in de
●
lengterichting naar achteren.
In de zonneklep zit een make-upspiegel die
door een klepje wordt afgedekt. Als u het
klepje
wegschuift, gaat er een lampje
2
branden.
134
Bedienen
Het lampje gaat uit, wanneer u het klepje
voor de make-up-spiegel terugschuift of de
zonneklep omhoog klapt.
ATTENTIE
De uitgeklapte zonnekleppen kunnen uw
zicht op de weg beperken.
Doe de zonnekleppen altijd terug in de
●
steun wanneer u deze niet meer nodig
heeft.
Let op
Het lampje dat boven de zonneklep zit,
gaat in bepaalde situaties na een paar mi-
nuten automatisch uit. Dat voorkomt het
ontladen van de 12 volt accu.
Stoelen en hoofdsteunen
Stoelen verstellen
Handmatige instelling van de voor-
stoelen
Voorstoelen: handmatige instelling
Afb. 103
van de stoel.
Vooruit/achteruit: trek aan de hendel en
1
verschuif de stoel. De stoel moet vastklik-
ken wanneer de hendel wordt losgelaten!
Omhoog/omlaag: beweeg de hendel
2
naar boven of beneden; zo nodig ver-
schillende keren.
Rugleuning schuiner zetten: draai aan het
3
bedieningsknop.