Vervoeren en praktische
uitrustingen
Bagage opbergen
Bagage en lading plaatsen
Lading en bagage kunnen worden vervoerd in
de wagen, in een aanhangwagen
›››
322
en op het dak
pag.
bij de wettelijke voorschriften in acht.
Bagage veilig in de wagen plaatsen
Verdeel de lading zo uniform mogelijk in de
●
wagen.
Berg bagage en zware voorwerpen altijd in
●
›››
de bagageruimte op
Leg zware voorwerpen zo ver mogelijk naar
●
voren in de bagageruimte.
Houd rekening met het maximaal toege-
●
staan gewicht per as en het maximaal toege-
staan gewicht van de wagen
Maak de voorwerpen aan de bevestigings-
●
ogen van de bagageruimte vast met behulp
van geschikte riemen of banden
Ook kleine voorwerpen moeten veilig wor-
●
den geplaatst.
Klap zo nodig de rugleuning van de achter-
●
stoel naar boven en klik ze goed vast.
146
De bandenspanning moet altijd aan de be-
●
lading worden aangepast. Houd rekening met
de sticker die gegevens over de banden-
spanning bevat
In wagens met bandenspanningscontrole-
●
systeem past u zo nodig de nieuwe ladings-
toestand aan
ATTENTIE
Losliggende of verkeerd bevestigde voor-
›››
pag.
werpen kunnen ernstige letsels veroorza-
155. Neem daar-
ken bij plots remmen, bruusk manoeuvreren
of een ongeval. Dit geldt met name indien
ze worden geraakt door een airbag die af-
gaat en zo door het interieur worden ge-
slingerd. Let op het volgende om het risico
op letsels te beperken:
Berg alle voorwerpen in de wagen op een
●
veilige plaats op.
.
Kleine en lichte voorwerpen ook bevesti-
●
gen.
Plaats de voorwerpen die u in het interi-
●
eur vervoert zo dat ze tijdens het rijden niet
in het ontplooiingsgebied van de airbags
›››
pag.
401.
terecht kunnen komen.
Houd de opbergvakken steeds gesloten
●
tijdens het rijden.
›››
pag.
152.
Plaats de voorwerpen zo dat ze geen en-
●
kele inzittende ertoe dwingen om een ver-
keerde zithouding aan te nemen.
Wanneer u voorwerpen vervoert die een
●
plaats innemen, mag niemand op deze
plaats gaan zitten.
Bedienen
›››
pag.
374.
›››
pag.
379.
Leg geen harde, scherpe of zware voor-
●
werpen los in de openstaande opbergvak-
ken van de wagen, op de afdekking achter
de rugleuning van de achterbank of op het
dashboard.
Haal harde, scherpe of zware voorwer-
●
pen uit de kledingstukken en zakken die u
meeneemt in het interieur, en bewaar ze op
een veilige plek.
ATTENTIE
Als u zware voorwerpen transporteert, ver-
anderen de rijeigenschappen van de wa-
gen en neemt de remweg toe. Zware lasten
die niet juist zijn geplaatst of vastgemaakt
kunnen ertoe leiden dat de bestuurder de
controle over het stuur verliest, met ernsti-
ge letsels tot gevolg.
Laad de wagen nooit te veel. Zowel de la-
●
ding als haar verdeling in de wagen beïn-
vloedt het rij- en remgedrag.
Wanneer zware voorwerpen worden ver-
●
voerd, variëren de rij-eigenschappen van
de wagen omdat het zwaartepunt ver-
schuift.
Verdeel de lading in de wagen steeds zo
●
uniform en horizontaal mogelijk.
Leg zware voorwerpen in de bagageruim-
●
te steeds voor de achteras, en er zo ver mo-
gelijk van verwijderd.