Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Configuratie Veiligheidsvlak - Universal Robots UR10/CB3 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

10.12 Grenzen
tonen van
de huidig geselecteerde grens weergegeven.
De (actieve) veiligheidsvlakken worden in geel en zwart weergegeven met een
kleine pijl die de normale positie van de vlakken weergeeft, die staat voor de zijkant
van het vlak waarop de robot-TCP gepositioneerd mag worden. Triggervlakken
worden weergegeven in blauw en groen. Een pijltje geeft de zijde van het vlak aan
dat niet de overgang triggert naar de modus Verminderd. Als een veiligheidsvlak ge-
selecteerd is in het scherm aan de linkerzijde van de tab, wordt de overeenkomstige
3D-weergave gemarkeerd.
De gereedschapsori¨ e ntatiegrens wordt gevisualiseerd met een sferische kegel sa-
men met een vector die de huidige ori¨ e ntatie van het robotgereedschap weergeeft.
De binnenkant van de kegel toont de toegestane ruimte voor gereedschapsori¨ e ntatie
(vector).
Als een vlak- of de gereedschapsgrenslimiet geconfigureerd maar niet actief is, is
de visualisatie grijs.
Druk op de pictogrammen van het vergrootglas om in/uit te zoomen of sleep een
vinger om de weergave te wijzigen.
10.12.3 Configuratie veiligheidsvlak
Het deel Eigenschappen veiligheidsvlakken onderin de tab bevat de confi-
guratie van het geselecteerde veiligheidsvlak in het scherm Veiligheidsgrenzen
in het deel linksboven in de tab.
Naam In het tekstveld Naam kan de gebruiker een naam geven aan het geselec-
teerde veiligheidsvlak. Deze naam kan aangepast worden door op het tekstveld te
tikken en een nieuwe naam in te voeren.
Versie 3.2
(rev. 21833)
pictogram) in het deel Veiligheidsgrenzen worden samen met
II-15
CB3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave