13.2.9 I/O
De I/O's zijn verdeeld tussen ingangen en uitgangen en zijn gekoppeld zodat elke functie een
Categorie 3 en PLd I/O vormt.
Ingangssignalen
Met de ingangssignalen kunnen de volgende veiligheidsfuncties worden gebruikt:
Systeemnoodstop Dit is een andere noodstopknop dan die op de Programmeereenheid en biedt
dezelfde functionaliteit als het apparaat aan ISO 13850 voldoet.
Verminderde modus Alle veiligheidslimieten kunnen in Normale modus of Verminderde modus
worden toegepast (zie 13.2.2). Indien geconfigureerd, zorgt een laag signaal gestuurd
naar de ingangen ervoor dat het veiligheidssysteem overgaat in de modus Verminderd. De
robotarm vertraagt dan om te voldoen aan de ingestelde limiet voor Verminderde modus.
Het veiligheidssysteem garandeert dat de robot binnen de limieten van de Verminderde
modus blijft in minder dan 0,5s nadat de ingang is getriggerd. Als de robotarm toch een van
de limieten voor Verminderde modus blijft overschrijden, voert deze een Stop Categorie 0
uit. De overgang naar de modus Normaal gebeurt op dezelfde wijze. Let op: triggervlakken
kunnen ook een overgang veroorzaken naar de modus Verminderd.
Inschakelapparaat met drie standen In de Handmatige modus moet op het inschakelapparaat
met drie standen worden gedrukt om de robot te bewegen.
Bedrijfsmodus Wanneer deze is gedefinieerd, kan deze ingang worden gebruikt om te schakelen
tussen Automatische Modus en Handmatige Modus (zie 12.1).
Beveiliging resetten Wanneer een Beveiligde stop optreedt, zorgt deze uitgang ervoor dat de
status van de Beveiligde stop gehandhaafd blijft totdat een reset wordt getriggerd.
Beveiligde stop automatische modus Wanneer deze is geconfigureerd, voert Beveiligde stop
automatische modus een Beveiligde stop uit wanneer de ingangspennen laag zijn en de
robot in de Automatische modus staat.
Reset beveiliging automatische modus Wanneer een Beveiligde stop automatische modus op-
treedt, blijft de robot beveiligd gestopt in de Automatische modus tot een stijgende kant op
de ingangspennen een reset triggert.
e-Series
13.2 Veiligheidsmenu-instellingen
II-30
Versie 5.4