Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Abiomed Impella 5.5 met SmartAssist Handleiding pagina 145

Circulatieodersteunend systeem
Inhoudsopgave

Advertenties

10. De controller begint automatisch met het voorvullen van de spoelcas-
sette nadat deze is geplaatst. De voortgangsbalk geeft de voortgang
van het voorvullen van de spoelcassette weer.
DE IMPELLA KATHETER AANSLUITEN
1.
Verwijder de Impella-katheter uit de verpakking met behulp van een
steriele techniek en controleer de katheter op beschadiging.
2.
Inspecteer de kabel op beschadiging, waaronder beschadiging van de
connectorpennen aan het controlleruiteinde.
3.
Leid de steriele connectorkabel vanaf de Impella-katheter tot buiten
het steriele veld.
4.
Open de afdekking van de blauwe katheterplug door deze rechtsom te
draaien. Breng de inkeping op de connectorkabel op één lijn met de
inkeping in de blauwe katheterplug aan de voorkant van de Automated
Impella Controller en sluit de kabel aan op de controller.
5.
Nadat de spoelcassette is voorgevuld en als de controller detecteert
dat de connectorkabel is aangesloten, wordt u gevraagd de gele luer
aan te sluiten op de Impella-katheter.
6.
Verwijder de Y-connector en gooi deze weg indien meegeleverd, spoel
de extensielijn van de spoelslang en gooi deze weg. Sluit de gele luer
op de spoelslang aan op de zijarm van de Impella-katheter en draai
deze vast, als dit nog niet was gebeurd.
7.
Zodra de controller detecteert dat de luer is aangesloten, begint de
controller automatisch met het voorvullen van het spoellumen.
Impella 5.5
®
met SmartAssist
®
circulatieodersteunend systeem
8.
Zodra de spoelcassette is gevuld en de luer is aangesloten, gaat de
controller automatisch verder naar het volgende scherm.
9.
Bij de eerste stap op het volgende scherm wordt u gevraagd de
spoelvloeistofgegevens in te voeren.
SPOELVLOEISTOFGEGEVENS INVOEREN
1.
Voert u de spoelvloeistofgegevens in.
2.
Als u de standaardwaarden op het scherm wilt selecteren, drukt u op
de schermtoets ACCEPTEREN. Hiermee selecteert u deze waarden
en wordt het volgende scherm automatisch weergegeven. Opmer-
king: De standaardwaarden voor de spoelvloeistof zijn de spoelvloei-
stofwaarden van de laatste keer dat de Automated Impella Controller
is gestart.
3.
Als u de spoelvloeistofgegevens wilt wijzigen, drukt u op de scherm-
toetsen BEWERKEN, scrolt u naar het desbetreffende item en drukt
u op de selectieknop om het item te selecteren, of u gebruikt de witte
pijltoetsen. Scrol vervolgens langs de waarden en druk op de selec-
tieknop of op SELECTEREN om een nieuwe selectie uit te voeren.
Druk op de knop GEREED als u klaar bent met bewerken. Als u geen
andere selecties uitvoert, gebruikt de controller de standaardwaar-
den.
• Spoelvloeistof kan worden ingesteld op 50 ml, 100 ml, 250 ml, 500
ml of 1000 ml.
• Glucose- (dextrose-)concentratie kan worden ingesteld op 5%, 10%
of 20%.
• Heparineconcentratie kan worden ingesteld op 0 IE/ml, 5 IE/ml,
6,25 IE/ml, 10 IE/ml, 12,5 IE/ml, 20 IE/ml, 25 IE/ml, 40 IE/ml
of 50 IE/ml.
• Bicarbonaatconcentratie kan worden ingesteld op 0 mmol/L, 25
mmol/L, of 50 mmol/L.
141

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Abiomed Impella 5.5 met SmartAssist

Inhoudsopgave