Om met de functies van de hoofdtoetsen te werken, drukt u gewoon op de
bijbehorende toets. We verwijzen naar de toetsen per rij en kolom waar deze
zich in het bovenstaande diagram bevinden, dus: toets (10,1) is de toets ON.
De functies van de hoofdtoetsen op het toetsenbord van de rekenmachine
Functies van de hoofdtoetsen
De toetsen A tot en met F zijn verbonden met de opties in het softmenu
die onder in het beeldscherm van de rekenmachine worden weergegeven.
Deze toetsen zullen een verscheidenheid aan functies activeren die
veranderen volgens het actieve menu.
Blz. B-2