Het submenu ROOT
Het submenu ROOT bevat de volgende functies en submenu's:
De functie ROOT
De functie ROOT wordt gebruikt om een vergelijking voor een gegeven
variabele met een vermoedelijke initiële waarde op te lossen. In de RPN-
modus zal de vergelijking zich op niveau 3 in het stapelgeheugen bevinden,
terwijl de variabelennaam zich op niveau 2 bevindt en het initiële vermoeden
op niveau 1. De volgende afbeelding toont de RPN voor en na het activeren
van de functie @ROOT:
In de ALG-modus, zou u ROOT('TAN(θ)=θ','θ',5) gebruiken om de functie
ROOT te activeren:
Variabele EQ
De softmenutoets @@EQ@@ in dit submenu wordt gebruikt als referentie voor de
variabele EQ. Deze softmenutoets ien de functie RCEQ (ReCall EQ) zijn gelijk.
Het submenu SOLVR
Het submenu SOLVR activeert de softmenu probleemoplosser voor de
vergelijking die momenteel is opgeslagen in EQ. Hierna worden enkele
voorbeelden getoond:
2
Voorbeeld 1 – Het oplossen van de vergelijking t
-5t = -4
Blz. 6-31