de pijltoetsen omhoog en omlaag (—˜) om de directory te markeren.
Druk daarna op de softmenutoets @@OK@@ (F). Het beeldscherm ziet er
waarschijnlijk als volgt uit:
en toont dat er momenteel in de HOME directory slechts een object staat,
namelijk de CASDIR subdirectory. We gaan nu een andere subdirectory
aanmaken met de naam MANS (voor MANualS), waarin de variabelen staan
die zijn aangemaakt in de oefeningen in deze handleiding. Voer eerst L
@@NEW@@ (C) in om deze subdirectory aan te maken. Dit zal het volgende
invoerscherm geven:
Het invoerveld Object, het eerste invoerveld in het beeldscherm wordt
standaard gemarkeerd. Dit invoerveld kan de inhoud van een nieuwe
variabele bevatten. Aangezien de nieuwe subdirectory op dit moment nog
geen inhoud heeft, kunt u gewoon dit invoerveld weglaten door één keer op
de pijltoets omlaag, ˜, te drukken. Nu wordt het invoerveld Name
gemarkeerd:
In dit veld voert u de naam van de nieuwe subdirectory (of eventueel
variabele) als volgt in: ~~mans`
De cursor gaat naar het markeerveld _Directory. Druk op de softmenutoets
@ @CHK@@ (C) om aan te geven dat u een directory aanmaakt en druk op @@OK@@
Blz. 2-43