waarden Q = 14, a = 2 en b = 3 in. U zou dan gebruik maken van: 14
[ Q ], 2 [ a ], 3 [ b ].
Aangezien de variabelen Q, a en b, numerieke waarden toegekend krijgen,
staan deze toekenningen in de linkerbovenhoek in het beeldscherm. Nu
kunnen we t oplossen met „[ t ]. Het resultaat is t: 2. Door op @EXPR= te
drukken, worden de resultaten getoond:
Voorbeeld 3 - Het oplossen van twee simultane vergelijkingen, één voor één
U kunt ook meer dan een vergelijking oplossen door het oplossen van één
vergelijking per keer en het proces te herhalen totdat er een oplossing
gevonden is. Indien u, bijvoorbeeld, de volgende lijst van vergelijkingen in
variabele EQ invoert: { 'a*X+b*Y = c', 'k*X*Y=s'}, zal de toetsencombinatie
@) R OOT @) S OLVR in het softmenu SOLVE het volgende beeldscherm geven:
De eerste vergelijking, d.w.z. a*X + b*Y = c, zal boven in het beeldscherm
verschijnen. U kunt waarden invoeren voor de variabelen a, b, en c, bijv.:
2 [ a ] 5 [ b ] 19 [ c ]. Aangezien slechts één vergelijking per keer
opgelost kan worden, voeren we ook een vermoedelijke waarde voor Y in,
bijv. 0 [ Y ] en lossen we X op met „[ X ]. Dit geeft de waarde X:
9.4999.... Wilt u nu de waarde van de vergelijking verifiëren, druk dan op
@EXPR=. De resultaten zijn:
Links: 19, Rechts: 19. Druk op L @NEXQ om de
volgende vergelijking op te lossen. Het beeldscherm toont de softmenutoetsen
als volgt:
Blz. 6-33