gebruikt met deze functies worden systeemvlaggen aangeduid door getallen
met negatieve hele getallen. Zo zal naar systeemvlag 117 worden verwezen
als vlag -117. Anderzijds worden bij toepassing van deze functies
gebruikersvlaggen aangeduid met positieve hele getallen. Het is belangrijk
om te begrijpen dat gebruikersvlaggen enkel toepassing vinden bij het
programmeren om de werking van het programma te helpen beheren.
Functies voor het hanteren van vlaggen van de rekenmachine zijn
beschikbaar in het menu PRG/MODES/FLAG. Het menu PRG wordt
geactiveerd met „°. De volgende beeldschermen (met systeemvlag 117
ingesteld op CHOOSE boxes) tonen de opeenvolging van schermen om bij
het menu FLAG te komen:
De functies in het menu FLAG zijn de volgende:
De werking van deze functies is als volgt:
SF
Stelt een vlag in
CF
Verwijdert een vlag
FS?
Geeft waarde 1 indien de vlag is ingesteld, 0 indien niet ingesteld
FC?
Geeft waarde 1 indien de vlag verwijderd is (niet ingesteld), 0 indien wel ingesteld
FS?C
Test een vlag zoals FS doet en verwijdert deze daarna
FC?C
Test een vlag zoals FC doet en verwijdert deze daarna
STOF
Slaat de instellingen van nieuwe systeemvlaggen op.
RCLF
Roept bestaande instellingen van vlaggen opnieuw op
RESET Stelt de huidige veldwaarden opnieuw in (kan gebruikt worden om
Blz.24-4