14
Helpscherm
Voorbeeld
11 CYCL DEF 1015 PROFIELDRESSEN ~
Q1013=+0
Q1023=+0
Q1018=+100
QS1000=""
Q1019=+1
Q1020=+0
Q1022=+0
Q330=-1
Q1011=+0
874
Parameter
Q330 Gereedschapsnummer of -naam? (optioneel)
Nummer of naam van het dress-gereedschap. U kunt via de
selectiemogelijkheid in de actiebalk het gereedschap direct
uit de gereedschapstabel overnemen.
-1: dress-gereedschap is vóór de dress-cyclus geactiveerd
Invoer: -1...99999.9
Q1011 Factor snijsnelheid? (optioneel, afhankelijk van de
machinefabrikant)
Factor waarmee de besturing de snijsnelheid voor het dress-
gereedschap verandert. De besturing neemt de snijsnelheid
van de slijpschijf over.
0: parameter niet geprogrammeerd.
>0: bij positieve waarden draait het dress-gereedschap op
het contactpunt met de slijpschijf (tegengestelde draairich-
ting ten opzichte van de slijpschijf).
<0: bij negatieve waarden draait het uitlijngereedschap op
het contactpunt tegen de slijpschijf (dezelfde draairichting
ten opzichte van de slijpschijf).
Invoer: -99.999...+99.999
;DRESSWAARDE ~
;AANZETHOEK ~
;DRESSAANZET ~
;PROFIELPROGRAMMA ~
;AANTAL AANZETTEN ~
;LOZE SLAGEN ~
;TELLER DRESSEN ~
;GEREEDSCHAP ~
;FACTOR VC
Bewerkingscycli | Cycli voor slijpbewerking
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022