15
Toepassingsvoorbeeld
Voorbeeld
11 PLANE SPATIAL SPA+45 SPB+0 SPC+0 TURN MB MAX FMAX SYM- TABLE ROT
Uitgangstoestand
Oriëntatie van de
gereedschapsas
1010
Deze zienswijze komt overeen met drie na elkaar geprogrammeerde
PLANE RELATIV-functies, eerst met SPC, vervolgens met SPB en ten
slotte met SPA. De incrementeel werkende ruimtehoeken SPB en SPA zijn
gerelateerd aan het bewerkingsvlakcoördinatensysteem WPL-CS, dus
aan een gezwenkt bewerkingsvlak.
Verdere informatie: "PLANE RELATIV", Pagina 1028
De uitgangstoestand toont de positie en de
oriëntatie van het nog niet-gezwenkte bewer-
kingsvlakcoördinatensysteem WPL-CS. De
positie definieert het werkstuknulpunt dat in
het voorbeeld naar de bovenkant van de afkan-
ting is verschoven. Het actieve werkstuknulpunt
definieert ook de positie waarmee de besturing
het WPL-CS oriënteert of draait.
Met behulp van de gedefinieerde ruimtehoek
SPA+45 oriënteert de besturing de gezwenkte
Z-as van het WPL-CS loodrecht op het vlak van
de afkanting. De rotatie om de SPA-hoek vindt
plaats om de niet-gezwenkte X-as.
De uitlijning van de gezwenkte X-as komt
overeen met de oriëntatie van de niet-gezwenk-
te X-as.
De oriëntatie van de gezwenkte Y-as vindt
automatisch plaats, omdat alle assen loodrecht
ten opzichte van elkaar staan.
Wanneer u de bewerking van de afkanting in een subprogramma
programmeert, kunt u met vier bewerkingsvlakdefinities een rondom
lopende afkanting maken.
Als het voorbeeld het bewerkingsvlak van de eerste afkanting definieert,
programmeert u de overige afkantingen met behulp van de volgende
ruimtehoeken:
SPA+45, SPB+0 en SPC+90 voor de tweede afkanting
Verdere informatie: "Instructies", Pagina 1012
SPA+45, SPB+0 en SPC+180 voor de derde afkanting
SPA+45, SPB+0 en SPC+270 voor de vierde afkanting
De waarden zijn gerelateerd aan het niet-gezwenkte
werkstukcoördinatensysteem W-CS.
Let erop dat u vóór elke bewerkingsvlakdefinitie het werkstuknulpunt
moet verschuiven.
Coördinaattransformatie | Bewerkingsvlak zwenken (optie #8)
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022