Advertenties
ling vergrendelen. De auto kan dan niet
meer worden bestuurd. Hierdoor kunt
u de controle over de auto verliezen,
wat tot ongevallen en zware verwon-
dingen kan leiden.
·
Als bij het afslepen de auto stroomloos
wordt, breek dan onmiddellijk het afsle-
pen af en schakel de hulp van een hier-
voor gekwalificeerde specialist in.
LET OP
Het afslepen met een sleepkabel of een
sleepstang kan schade aan de auto veroor-
zaken.
·
Sleep de auto met een sleepkabel of een
sleepstang voorzichtig af.
·
Laat, indien mogelijk, de stilgevallen auto
met een bergingsvoertuig afvoeren.
LET OP
Als de auto met de hand wordt geduwd,
kunnen de achterlichten, de zijspoilers op
de achterruit en grote metalen vlakken
worden beschadigd en kan de achterspoiler
losraken.
·
Druk bij het duwen van de auto niet op de
achterlichten, de zijspoilers op de achter-
ruit, grote metalen vlakken en de achter-
spoiler.
LET OP
Het uit- en inbouwen van de afdekking en
het sleepoog kan de auto beschadigen, bv.
de lak.
·
Bouw de afdekking en het sleepoog voor-
zichtig uit en in, zodat de auto niet wordt
beschadigd.
LET OP
Het gebruik van een voor de auto onge-
schikt sleepoog kan de auto beschadigen.
·
Gebruik altijd het sleepoog voor de eigen
auto uit het boordgereedschap of een
voor de auto geschikt sleepoog voor het
afslepen.
Aanwijzingen voor het afslepen
Raadpleeg
en
dit hoofdstuk op pag. 318.
Tijdens het afslepen kan op de afgesleepte
auto ondanks de ingeschakelde alarmlich-
ten bij het afslaan richting worden aange-
geven. Hiervoor bij ingeschakeld contact de
richtingaanwijzerhendel in de gewenste
richting bedienen. Gedurende het rich-
tingaangeven wordt het alarmknipperen
onderbroken. Zodra de richtingaanwijzer-
hendel weer in de neutrale stand staat, be-
gint automatisch het alarmknipperen weer.
Wanneer mag de eigen auto niet worden
afgesleept?
In de volgende situaties mag de auto niet
worden afgesleept:
— De 12 volt accu is ontladen.
— De weergave op het display in het instru-
mentenpaneel werkt niet optimaal.
— De sleepafstand is langer dan 50 km
(ongeveer 31 mijl).
— Bij auto's met schakeltransmissie: bij de
schakeltransmissie kan de koppeling niet
volledig worden ingetrapt en de neutrale
stand worden ingeschakeld.
— Bij auto's met automatische transmissie:
de keuzehendel van de automatische
transmissie kan niet in de neutrale stand
(stand N) worden gezet.
— De parkeerrem kan niet worden losgezet.
— De stuurkolomvergrendeling kan niet
worden losgezet.
— De transmissie van de auto is beschadigd
of bevat geen smeermiddel.
— De wielen draaien niet soepel of de werk-
ing van de stuurinrichting kan na een on-
geval niet worden gegarandeerd.
Als de auto op basis van één van de ge-
noemde voorwaarden niet op de eigen wie-
len kan worden afgesleept, de hulp van een
hiervoor gekwalificeerde specialist inscha-
kelen en de auto zo nodig door een ber-
gingsvoertuig laten afvoeren.
aan het begin van
Afslepen
319
Advertenties
