Advertenties
7.
Knop
pas loslaten als de motor vol-
doende aandrijfkracht voor het wegrij-
den heeft.
8. Langzaam wegrijden.
WAARSCHUWING
Onjuist trekken van een aanhangwagen
kan ertoe leiden dat u de controle over de
wagen verliest en kan zware verwondin-
gen veroorzaken.
·
Bij het rijden met een aanhangwagen
en het vervoeren van zware of grote
voorwerpen kunnen de rijeigenschap-
pen van de wagen veranderen en kan
de remweg langer worden.
·
Rijd altijd anticiperend en bedacht-
zaam. Rem eerder dan normaal.
·
Pas uw snelheid en rijstijl aan het zicht,
het weer en het wegdek en de verkeers-
omstandigheden aan. Verminder snel-
heid, met name bij het bergaf rijden.
·
Geef heel voorzichtig en behoedzaam
gas. Voorkom abrupte en plotselinge rij-
en remmanoeuvres.
·
Wees bij het inhalen extra voorzichtig.
Verminder meteen snelheid, zodra
u ook maar de minste slingerbeweging
van de aanhangwagen waarneemt.
·
Probeer nooit een slingerende aan-
hangwagen "recht te trekken" door te
accelereren.
·
Neem de maximumsnelheden in acht
die voor wagens met aanhangwagens
lager kunnen liggen dan voor wagens
zonder aanhangwagen.
Aanhangwagenstabilisator
Raadpleeg
en
dit hoofdstuk op pag. 281.
Als een aangekoppelde aanhangwagen be-
gint te slingeren, kan de aanhangwagen-
stabilisator dit herkennen en tegensturen.
De aanhangwagenstabilisator is een aan-
vulling op de elektronische stabiliteitscon-
trole (ESC).
Als wordt vastgesteld dat de aanhangwa-
gen slingert, helpt de aanhangwagenstabi-
286
Transporteren
aan het begin van
lisator automatisch met de tegenstuurhulp
het slingeren van de aanhangwagen te ver-
minderen. Afhankelijk van het land kan de
aanhangwagenstabilisator gedeactiveerd
zijn.
Voorwaarden voor aanhangwagensta-
bilisator
✓ Trekhaaksysteem is af fabriek gemon-
teerd of er is achteraf een compatibel
trekhaaksysteem ingebouwd.
✓ Elektronische stabiliteitscontrole (ESC)
en tractiecontrole (TCS) zijn actief. Het
controlelampje
of
tenpaneel brandt niet.
✓ De aanhangwagen is via het aanhang-
wagenstopcontact elektrisch met de
trekkende auto verbonden.
✓ De snelheid is hoger dan ongeveer 60
km/h (37 mph).
✓ De maximale kogeldruk is benut.
✓ De aanhangwagen moet een starre dis-
sel hebben.
✓ Geremde aanhangwagens moeten een
mechanisch oploopsysteem hebben.
WAARSCHUWING
De grotere veiligheid die de aanhangwa-
genstabilisator biedt, mag niet verleiden
tot het nemen van een veiligheidsrisico.
·
Pas uw snelheid en rijstijl aan het zicht,
het weer en het wegdek en de verkeers-
omstandigheden aan.
·
Geef op een gladde weg voorzichtig
gas.
·
Ga van het gas af als een systeem re-
gelt.
WAARSCHUWING
De aanhangwagenstabilisator kan moge-
lijk niet alle rijsituaties juist herkennen.
·
Bij gedeactiveerde ESC is de aanhang-
wagenstabilisator uitgeschakeld.
·
Licht slingerende aanhangwagens wor-
den niet in alle gevallen door de aan-
hangwagenstabilisator geregistreerd en
overeenkomstig gestabiliseerd.
in het instrumen-
Advertenties
