Advertenties
dieke tussenpozen plaats bij hoge tempe-
raturen. Om hoge temperaturen in het roet-
filter te verkrijgen, wordt extra diesel in de
motor gespoten, die in de dieseloxidatieka-
talysator wordt verbrand en daarmee de
regeneratie mogelijk maakt.
Afhankelijk van het rijprofiel van de be-
stuurder en de belasting van de motor
wordt de ingespoten hoeveelheid diesel
continu aangepast om het hoge tempera-
tuurniveau in het roetfilter tijdens de rege-
neratie te behouden. Tijdens de na-inspui-
ting van diesel kunnen geringe hoeveelhe-
den diesel in het oliecircuit van de motor
terechtkomen. Bij een reguliere rijstijl ver-
dampt de diesel weer uit de motorolie. Als
de motorolietemperaturen door het rijpro-
fiel niet hoog genoeg zijn of als veel korte
afstanden worden gereden, kan de diesel
niet uit de motorolie verdampen en kan
olieverdunning optreden.
Er kan een controlelampje op het display in
het instrumentenpaneel gaan branden
→ pag. 331.
Automatische regeneratie
Het roet in het roetfilter wordt onder hoge
temperaturen periodiek verbrand.
Om de regeneratie van het roetfilter te hel-
pen, moet veelvuldig stadsverkeer worden
vermeden.
Tijdens het rijden en na het afzetten van de
motor kan de koelluchtventilator nalopen.
Als met de auto in het reservebereik wordt
gereden en het gele controlelampje
brandt, wordt de regeneratie automatisch
onderbroken.
LET OP
Een afgebroken regeneratie en daarmee
samenhangende olieverdunning kunnen de
motor beschadigen.
·
Zet de motor niet onnodig af, zolang het
controlelampje actief is.
·
Voorkom het rijden van veel korte afstan-
den en ritten met continu lage toerental-
len of stationair draaien.
Tijdens de regeneratie kunnen gelui-
den, lichte reukontwikkeling en ver-
hoogde toerentallen optreden.
300
Brandstof en uitlaatgasreiniging
Benzinemotoren
Functie
Het roetfilter (afhankelijk van de uitrusting)
filtert roet uit het uitlaatgas.
Regeneratie
Tijdens normaal rijden reinigt het filter zich
zelfstandig. Als de zelfstandige reiniging
van het filter, bijvoorbeeld door continu rij-
den van korte afstanden, niet mogelijk is,
raakt het filter verstopt met roet. Het roet-
filter heeft een reiniging (regeneratie) no-
dig.
Tijdens de regeneratie kunnen geluiden,
lichte geurontwikkeling en verhoogde toe-
rentallen optreden. Tijdens het rijden en na
het afzetten van de motor kan de koel-
luchtventilator nalopen.
Om de regeneratie van het roetfilter te hel-
pen, moet veelvuldig stadsverkeer worden
vermeden.
Het roet in het roetfilter wordt onder
hoge temperaturen periodiek ver-
brand. Tijdens een periodieke regeneratie
brandt het gele controlelampje niet.
Probleemoplossingen
Raadpleeg
aan het begin van dit
hoofdstuk op pag. 295.
Storing in SCR-systeem
De waarschuwingslampjes branden rood.
Daarnaast kan een tekstmelding worden
weergegeven.
Storing in het SCR-systeem of SCR-sys-
teem niet gevuld met AdBlue
norm voldoet. Daarom is een nieuwe mo-
torstart niet meer mogelijk.
1.
Zonder de motor af te zetten, direct
naar een hiervoor gekwalificeerde spe-
cialist rijden en het systeem laten con-
troleren.
®
AdBlue
-peil te laag
Het waarschuwingslampje brandt rood.
®
dat aan de
Advertenties
