Brandstofmeter
Digitale brandstofmeter
Afb. 15 Brandstofmeter in het digitale instru-
mentenpaneel (principeafbeelding)
De kleine pijl naast het benzinepomp-
symbool in de brandstofmeter laat
zien aan welke voertuigzijde de tankklep zit.
Analoge brandstofmeter
Afb. 16 Brandstofmeter in het analoge in-
strumentenpaneel (principeafbeelding)
De kleine pijl naast het benzinepomp-
symbool in de brandstofmeter laat
zien aan welke voertuigzijde de tankklep zit.
Probleemoplossingen
Brandstoftank bijna leeg
Het controlelampje brandt geel. De reser-
vehoeveelheid (rode markering) wordt ver-
bruikt.
1.
Bij de volgende gelegenheid brandstof
tanken → pag. 294.
Afhankelijk van de uitrusting: als het con-
trolelampje
gaat branden, schakelen de
interieurvoorverwarming en de brandstof-
aangedreven koelvloeistofverwarmer auto-
matisch uit.
WAARSCHUWING
Het rijden met een te geringe brandstof-
voorraad kan tot stilvallen van de auto in
het verkeer, ongevallen en zware verwon-
dingen leiden.
·
Een te geringe brandstofvoorraad kan
leiden tot een onregelmatige brand-
stoftoevoer naar de motor, met name
bij het rijden van een heuvelachtig tra-
ject.
·
De stuurinrichting, alle bestuurders-
hulpsystemen en remhulpsystemen
werken niet wanneer de motor vanwe-
ge brandstoftekort of onregelmatige
brandstoftoevoer "stottert" of afslaat.
·
Tank brandstof als de tank nog maar
voor 1/4 is gevuld om te voorkomen dat
de auto als gevolg van brandstofgebrek
stilvalt.
LET OP
Rijd de tank nooit helemaal leeg. Door de
onregelmatige brandstoftoevoer kan het
tot uitblijven van een ontbranding komen,
waardoor onverbrande brandstof in het uit-
laatsysteem terechtkomt.
Koelvloeistoftemperatuurme-
ter
Digitale koelvloeistoftempera-
tuurmeter
De koelvloeistoftemperatuur kan in de ne-
venweergaven in het digitale instrumenten-
paneel worden weergegeven → pag. 20.
Brandstofmeter
29