Advertenties
1.
Functietoets
aantippen om de par-
keermodus te kiezen.
De achteruitrijcamera laat in het onderste
deel van het scherm het trekhaaksysteem
van de wagen zien. Gekleurde hulplijnen
ondersteunen het manoeuvreren →
130:
Groene lijnen: afstand tot het trek-
haaksysteem.
Gele lijn: van tevoren berekende rich-
ting van het trekhaaksysteem afhan-
kelijk van de stuurinslag.
Actieve parkeerhulp
Inleiding
De actieve parkeerhulp laat een par-
keerruimte zien die geschikt is om in te
parkeren en ondersteunt de bestuurder
bij het in- en uitparkeren.
De actieve parkeerhulp is een aanvulling op
de parkeersensoren.
De actieve parkeerhulp stuurt de wagen
automatisch. Gaspedaal, het schakelen en
de rem moet de bestuurder bedienen
→ pag. 194!
De volgende functies worden ondersteund:
— Geschikte parkeerruimte weergeven.
— Parkeermodus kiezen.
— Inparkeren in geschikte fileparkeerruim-
tes en haakse parkeerruimtes.
— Uitparkeren vanuit geschikte fileparkeer-
ruimtes.
Let op de tekstmeldingen op het display
van het instrumentenpaneel en in het info-
tainmentsysteem.
WAARSCHUWING
De intelligente techniek van de parkeer-
systemen kan de natuurkundig bepaalde
grenzen niet overwinnen en functioneert
uitsluitend binnen de systeemgrenzen. Bij
het negeren hiervan kunnen ongevallen,
zware verwondingen en beschadigingen
aan de wagen het gevolg zijn.
·
Houd het parkeren en het verkeer op-
lettend in de gaten. Houd daarbij de
parkeerrichting in het oog.
·
Rem de wagen in een gevaarlijke situ-
atie met het rempedaal af.
afb.
WAARSCHUWING
Snelle draaibewegingen van het stuurwiel
kunnen zware verwondingen veroorzaken.
·
Pak tijdens het manoeuvreren het
stuurwiel niet vast tot het systeem
u hiervoor opdracht geeft.
— Uitzondering: als er een gevaarlijke si-
tuatie ontstaat, ingrijpen en de bestu-
ring zelf overnemen.
LET OP
De actieve parkeerhulp oriënteert zich op
geparkeerde wagens, trottoirranden of an-
dere gegevens. Let erop dat de banden en
velgen bij het inparkeren niet worden be-
schadigd.
·
Breek de parkeermanoeuvre zo nodig op
tijd af.
Oefen het gebruik van de actieve par-
keerhulp op een plek met weinig ver-
keer of op een parkeerplaats om met het
systeem en de functies vertrouwd te raken.
Naderhand op de wagen gemonteer-
de aanbouwdelen, zoals fietsdragers,
kunnen de werking van de actieve parkeer-
hulp belemmeren en beschadigingen tot
gevolg hebben.
Als er een elektrisch verbonden aan-
hangwagen door de wagen is herkend,
kan de actieve parkeerhulp niet worden
geactiveerd → pag. 281.
Bij parkeerhandelingen kan er geremd
worden, zodra de bestuurder te sterk
accelereert.
Als in het infotainmentsysteem ande-
re functies tijdens het parkeren wor-
den bediend, wordt de parkeerfunctie in-
clusief de akoestische waarschuwingen ge-
deactiveerd.
De actieve parkeerhulp wordt uitge-
schakeld als het bestuurdersportier,
de schuifdeur of de achterklep resp. achter-
deur is geopend.
Actieve parkeerhulp
203
Advertenties
