wachten tot de motor "mooi rond
draait".
Als de motor niet aanslaat, het starten na
10 seconden afbreken en het na ca. 1 mi-
nuut opnieuw proberen. Als de motor nog
steeds niet aanslaat, deskundige hulp in-
schakelen.
Startkabels losmaken
1.
Voor het losmaken van de startkabels
zo nodig het dimlicht uitschakelen.
2. In de auto met de ontladen 12 volt accu
de ventilator van de airconditioning
resp. het verwarmings- en ventilatiesys-
teem en de achterruitverwarming in-
schakelen, zodat spanningspieken die
optreden bij het losmaken van de start-
kabels worden afgebouwd.
3. Startkabels bij draaiende motoren al-
leen in de volgorde D – C – B – A los-
maken →
afb.
186.
4. De afdekking van de pluspool van de 12
volt accu aanbrengen.
5. Een hiervoor gekwalificeerde specialist
opzoeken en de 12 volt accu laten con-
troleren.
Afslepen
Inleiding
Het afslepen vraagt enige oefening, vooral
wanneer er een sleepkabel wordt gebruikt.
Beide bestuurders moeten met de bijzon-
derheden van het slepen vertrouwd zijn.
Ongeoefende bestuurders moeten niet af-
slepen.
Let er steeds op dat er geen ontoelaatbare
trekkrachten en stootbelastingen optreden.
Op onverharde wegen bestaat altijd het ge-
vaar dat de bevestigingsdelen overbelast
raken.
Bij het afslepen de wettelijke voorschriften
in acht nemen.
Afslepen
Afslepen is het trekken van een niet-rijklare
auto met behulp van een andere auto.
318
Tips om het zelf te doen
De auto kan met een sleepstang of een
sleepkabel worden afgesleept. De trans-
missie wordt bij hogere snelheden en gro-
tere afstanden niet voldoende gesmeerd:
— De maximaal toegestane sleepsnelheid
bedraagt 50 km/h (30 mph).
— De maximaal toegestane sleepafstand
bedraagt 50 kilometer (30 mijl).
Het beste voor de auto en het veiligste is
het om met een sleepstang af te slepen.
Alleen wanneer geen sleepstang beschik-
baar is, een sleepkabel gebruiken.
De sleepkabel moet elastisch zijn, opdat
met beide auto's veilig kan worden gere-
den. Een kabel van kunstvezel of van mate-
riaal met soortgelijke elasticiteit gebruiken.
Afslepen met een bergingsvoertuig
Als uw auto voor het afslepen aan een as
moet worden opgetild, mag dit afhankelijk
van de transmissie/aandrijfcombinatie al-
leen aan de volgende assen gebeuren:
Voorwielaandrijving
Schakeltransmissie
Vooras
Automatische transmissie
Vierwielaandrijving (4Motion)
Schakeltransmissie
Vooras
Automatische transmissie
WAARSCHUWING
Bij het afslepen van een auto veranderen
het rijgedrag en de remwerking aanzien-
lijk.
WAARSCHUWING
Nooit een stroomloze auto afslepen.
·
Bij auto's met contactslot: trek nooit tij-
dens het afslepen de autosleutel uit het
contact. De mechanische stuurkolom-
vergrendeling resp. het stuurslot zou
anders plotseling kunnen vergrendelen.
De auto kan dan niet meer worden be-
stuurd. Hierdoor kunt u de controle over
de auto verliezen, wat tot ongevallen en
zware verwondingen kan leiden.
·
Bij auto's met drukknop contactschake-
laar: schakel nooit tijdens het afslepen
het contact met de drukknop contact-
schakelaar uit. De elektronische stuur-
kolomvergrendeling kan anders plotse-
Vooras
Vooras