Een vinkje
geeft aan dat de betreffen-
de functie is ingeschakeld.
Auto's zonder multifunctiestuurwiel:
1.
In het weergegeven menu op de boven-
of onderzijde van de tuimelschakelaar
afb. 14
drukken tot het ge-
→
2
wenste menupunt is gemarkeerd.
De markering wordt met een kader aan-
gegeven.
2. Om de gewenste wijzigingen uit te voe-
ren, toets
→
ken.
Een vinkje
geeft aan dat de betreffen-
de functie is ingeschakeld.
Naar de menukeuze terugkeren
Auto's met multifunctiestuurwiel:
1.
Toets
of
afb. 13
→
Auto's zonder multifunctiestuurwiel:
1.
Menupunt Terug kiezen.
Toets
op het multifunctiestuurwiel
— Om tussen het actuele en het vorige me-
nu te wisselen, toets
afb.
13, → pag. 26.
→
— Om de nevenweergaven in te schakelen
of te onderdrukken, toets
houden.
Als bij het inschakelen van het contact
waarschuwingsmeldingen bij storin-
gen worden weergegeven, kunnen instellin-
gen of kan de weergave van informatie mo-
gelijk niet zoals beschreven worden uitge-
voerd. Als de storing blijft bestaan, een
hiervoor gekwalificeerde specialist opzoe-
ken.
WAARSCHUWING
Als de bestuurder tijdens het rijden wordt
afgeleid, kunnen ongevallen en zware ver-
wondingen worden veroorzaakt.
·
Bedien het instrumentenpaneel nooit
tijdens het rijden.
·
Rijd altijd oplettend en met verant-
woordelijkheidsbesef.
28
Bestuurdersinformatie
De omvang van de menu's en de informa-
tieweergaven is afhankelijk van de wagen-
elektronica en de uitrusting van de wagen.
Een hiervoor gekwalificeerde specialist kan
afhankelijk van de wagenuitrusting meer
functies programmeren of veranderen.
Sommige menupunten kunnen alleen bij
stilstaande wagen worden geopend.
afb. 14
indruk-
1
Menu's analoog instrumentenpaneel
— Hulpsystemen.
— Audio.
— Rijgegevens → pag. 30.
— Wagenstatus → pag. 19.
indrukken.
— Navigatiesysteem.
— Telefoon.
Toerenteller
indrukken
Het begin van het rode veld in de toerentel-
ler geeft voor alle versnellingen het maxi-
maal toelaatbare motortoerental aan voor
ingedrukt
een ingereden motor die op bedrijfstempe-
ratuur is.
Voordat het rode veld wordt bereikt, moet
u opschakelen, de keuzehendel in stand
D/S zetten of de voet van het gaspedaal
nemen.
·
·
minderen.
Informatieweergaven analoog in-
strumentenpaneel
LET OP
Vermijd bij koude motor hoge motortoe-
rentallen, volgas en hoge motorbelasting.
Om schade aan de motor te voorkomen,
mag de naald van de toerenteller slechts
korte tijd in het rode gebied van de
schaal staan.
Vroeg opschakelen helpt brandstof te
besparen en bedrijfsgeluiden te ver-