Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

FORD TRANSIT Instructieboekje

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Ford TRANSIT 2013

  • Pagina 1 FORD TRANSIT Instructieboekje...
  • Pagina 2 Niets uit deze uitgave mag in enigerlei vorm en door enig middel gereproduceerd, verzonden of in een oproepsysteem opgeslagen of in een andere taal vertaald worden zonder onze schriftelijke toestemming. Fouten of omissies uitgesloten. © Ford Motor Company 2013 Alle rechten voorbehouden. Onderdeelnummer: CG3527nl 07/2012 20130121151152...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inleiding Stuurwiel Over deze handleiding ........7 Audiobediening..........30 Overzicht van symbolen.........7 Spraaksturing...........31 Aanbeveling nieuwe onderdelen....8 Ruitenwissers en ruiten- Speciale notificaties ........8 sproeiers In één oogopslag Voorruitwissers..........32 Automatisch in- en uitschakelende In één oogopslag ..........9 ruitenwissers..........32 Voorruitsproeiers..........33 Bescherming van Achterruitwissers en -sproeiers....33 inzittenden Ruitenwisserbladen controleren....34 Werking...............16...
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Waarschuwings- en Een benzinemotor starten......84 indicatielampen.........54 Een dieselmotor starten......85 Akoestische waarschuwingssignalen en Dieselroetfilter..........86 -indicaties.............58 Motor uitschakelen........86 Infodisplays Start/stop knop Algemene informatie........59 Werking..............87 Infoberichten............61 Start/stop knop gebruiken......87 Persoonlijke instellingen......64 Brandstof en tanken Klimaatregeling Veiligheidsmaatregelen......89 Werking..............67 Brandstofkwaliteit - Benzine....89 Ventilatieroosters...........67 Brandstofkwaliteit - Diesel......89 Handmatige klimaatregeling....68 Katalysator............90 Verwarmde ruiten en spiegels....70...
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Regeling voor bergop rijden Staat na een aanrijding gebruiken............101 Brandstofafsluiter..........117 Parkeerhulp Zekeringen Werking............103 Plaatsen zekeringenhouders.....118 Parkeerhulp............103 Een zekering vervangen......120 Specificatie-overzicht zekeringen..120 Achteruitkijkcamera Werking............105 Bergen van de auto Achteruitkijkcamera........105 Sleeppunten...........129 Auto op vier wielen slepen......129 Snelheidsregeling (Cruise Auto op vier wielen slepen - Auto's met: Control) AWD..............130 Werking............108...
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Verzorging van de auto Overzicht audio-installatie Reinigen van buitenzijde auto....144 Overzicht audio-installatie......187 Reinigen van binnenzijde auto....145 Beveiliging van uw audio- Kleine lakschade repareren......146 installatie Accu van de auto Beveiligingscode..........191 Beveiligingscode vergeten......191 Starten via starthulp........147 Beveiligingscode invoeren......191 Onderhoud van de accu......148 Onjuiste beveiligingscode......191 12 volt accu vervangen.......148 Aansluitpunten van de accu ....148...
  • Pagina 7 Inhoudsopgave CD afspelen...........205 Verbinding CD selecteren..........205 Algemene informatie........237 Versneld vooruit/achteruit.......205 Extern apparaat aansluiten.....238 Shuffle/random (door Extern apparaat aansluiten - Auto's met: elkaar/willekeurig)........206 Bluetooth............239 CD-nummers comprimeren....206 USB-apparaat gebruiken ......239 CD-nummers scannen......207 iPod gebruiken ..........242 CD's uitwerpen..........207 Bijlagen CD-nummers herhalen......207 MP3-bestand afspelen......208 Typegoedkeuringen........246 MP3 weergave-opties.......208 Elektromagnetische compatibiliteit..246...
  • Pagina 8 Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 9: Inleiding

    Inleiding OVER DEZE HANDLEIDING Hartelijk dank voor het kiezen van een Ford. We adviseren u, enige tijd te nemen om met uw auto kennis te maken door deze handleiding te lezen. Hoe meer u van uw auto afweet, des te beter kunt u ermee omgaan en dat komt de veiligheid en het rijplezier ten goede.
  • Pagina 10: Aanbeveling Nieuwe Onderdelen

    Ford en Motorcraft onderdelen vervangingsonderdelen met het voordeel aan wanneer er gepland onderhoud of van Ford Garantie. Schade aan uw auto reparaties aan uw auto moeten worden die veroorzaakt wordt door andere uitgevoerd. U kunt originele Ford en...
  • Pagina 11: In Één Oogopslag

    In één oogopslag Overzicht instrumentepaneel - wagens met links stuur Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 12 In één oogopslag Overzicht instrumentepaneel - wagens met rechts stuur Schakelaar elektrisch bedienbare buitenspiegel. Zie Elektrisch verstelbare buitenspiegels (bladzijde 50). Lichtschakelaar. Zie Verlichtingsbediening (bladzijde 36). Multifunctionele hendel. Zie Richtingaanwijzers (bladzijde 38). Zie Verlichtingsbediening (bladzijde 36). Instrumentengroep. Zie Meters (bladzijde 52). Informatiedisplay.
  • Pagina 13 In één oogopslag Audio-installatie. Zie afzonderlijke handleiding. Luchtroosters. Zie Ventilatieroosters (bladzijde 67). Aansteker. Zie Aansteker (bladzijde 80). Bediening temperatuurregelsysteem. Zie Klimaatregeling (bladzijde 67). Schakelhendel. Zie Handgeschakelde versnellingsbak (bladzijde 96). Controlelamp airbag aan passagierszijde uitgeschakeld. Zie Passagiersairbag uitschakelen (bladzijde 19). Schakelaar AWD (All Wheel Drive). Zie Aandrijving op alle wielen (bladzijde 96).
  • Pagina 14 In één oogopslag Informatiedisplays Druk de SET en RESET toets in om een submenu of het item dat u wilt instellen te selecteren. Zie Infodisplays (bladzijde 59). Waarschuwings- en controlelampen Controlelamp remblokslijtage Controlelamp remsysteem Controlelamp automatische snelheidsregeling Controlelamp hellingstart Controlelamp berichten Controlelamp stabiliteitsregelsysteem (ESP) en aandrijfregelsysteem...
  • Pagina 15 In één oogopslag Controlelamp Schuifdeur water-in-brandstof (uitvoeringen met dieselmotor) Zie Waarschuwings- en indicatielampen (bladzijde 54). Vergrendelen en ontgrendelen Achterdeuren Bestelwagen en Kombi Vergrendelen Ontgrendelen Dubbele achterdeuren Ontgrendelen of openen Vergrendelen Wit zichtbaar, deur vergrendeld Buitenzijde Binnenzijde Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 16 In één oogopslag Achterklep Buitenzijde Binnenzijde Zie Extra voedingsaansluitingen (bladzijde 81). Werking van het Stationair toerental na het starten vergrendelingssysteem Het vergrendelingssysteem van uw auto Wanneer de motor koud is, kan het kan zijn geprogrammeerd in een van de stationaire toerental direct na het aanslaan drie primaire vergrendelingscombinaties.
  • Pagina 17 In één oogopslag Zie Handgeschakelde versnellingsbak (bladzijde 96). Roetfilter (DPF) dieselmotor WAARSCHUWING Laat de motor niet stationair draaien of parkeer de wagen niet op droge bladeren, droog gras of ander brandbaar materiaal. Het DPF-regeneratieproces werkt met bijzonder hoge uitlaatgastemperaturen en na het afzetten van de motor en tijdens en na DPF-regeneratie blijft de uitlaat een aanzienlijke hoeveelheid hitte uitstralen.
  • Pagina 18: Bescherming Van Inzittenden

    Bescherming van inzittenden N.B.: De front-airbag aan passagierszijde WERKING biedt bescherming voor een dubbele voorstoel. Airbags N.B.: Veeg de panelen van de airbags alleen WAARSCHUWINGEN met een vochtige doek schoon. Wijzig de voorzijde van de wagen op Front-airbags aan bestuurders- en geen enkele wijze.
  • Pagina 19 Bescherming van inzittenden Zij-airbags WAARSCHUWINGEN Gebruik voor iedere stoel het juiste gordelslot. Zorg ervoor dat de veiligheidsgordel niet slap of gedraaid zit. Draag geen dikke kleding. De veiligheidsgordels bieden optimaal bescherming wanneer ze nauwsluitend worden gedragen. Leg de schoudergordel over het midden van de schouder en leg de heupgordel strak over uw heupen.
  • Pagina 20: Veiligheidsgordels Vastmaken

    Bescherming van inzittenden VEILIGHEIDSGORDELS VASTMAKEN WAARSCHUWING Steek de slottong in het gordelslot tot een zachte klik hoorbaar is. U hebt de veiligheidsgordel niet correct bevestigd wanneer u geen klik hoort. Trek de veiligheidsgordel gelijkmatig uit. Deze kan blokkeren wanneer u hem te snel uittrekt of wanneer de auto op een helling staat.
  • Pagina 21: Hoogte Van Veiligheidsgordels Afstellen

    Bescherming van inzittenden HOOGTE VAN GEBRUIK VAN VEILIGHEIDSGORDELS VEILIGHEIDSGORDELS AFSTELLEN TIJDENS ZWANGERSCHAP Veiligheidsgordel, voor WAARSCHUWING Breng de veiligheidsgordel voor uw eigen veiligheid, maar ook voor dat van uw ongeboren kind op correcte wijze aan. Draag niet alleen de heupgordel of de schoudergordel. De heupgordel moet comfortabel over de heupen liggen aan de onderzijde van uw Veiligheidsgordel, achter...
  • Pagina 22 Bescherming van inzittenden Airbag aan passagierszijde inschakelen WAARSCHUWING Controleer of de airbag is INGESCHAKELD om ervoor te zorgen dat het veiligheidssysteem voor volwassenen correct werkt. Draai, nadat u het kinderzitje van de voorstoel hebt verwijderd, de sleutelschakelaar weer in de stand B. De sleutelschakelaar en de controlelamp 'airbag uitgeschakeld' zijn aangebracht in het instrumentenpaneel.
  • Pagina 23: Sleutels En Afstandsbediening

    Sleutels en afstandsbediening ALGEMENE INFORMATIE OVER RADIOFREQUENTIES LET OP De radiofrequentie van de afstandsbediening kan ook worden gebruikt door andere zenders met een klein bereik (bijvoorbeeld zendamateurs, medische apparatuur, draadloze hoofdtelefoons, afstandsbedieningen en alarmsystemen). Wanneer de frequenties worden gestoord, kunt u geen gebruik meer maken van uw afstandsbediening.
  • Pagina 24: Sloten

    Sloten Portieren met de sleutel VERGRENDELEN EN vergrendelen en ontgrendelen ONTGRENDELEN Dubbele vergrendeling WAARSCHUWING Schakel de dubbele vergrendeling niet in wanneer zich personen of dieren in de wagen bevinden. Wanneer de dubbele vergrendeling is ingeschakeld kunnen de portieren niet van binnenuit worden ontgrendeld.
  • Pagina 25 Sloten Portieren met de Achterdeuren afstandsbediening vergrendelen en ontgrendelen Vergrendelen Ontgrendelen Laadruimte ontgrendelen Druk de betreffende toets eenmaal in. Ontgrendelen of openen Portieren met de afstandsbediening Vergrendelen dubbel vergrendelen Wit merkteken Druk de vergrendeltoets tweemaal in. Wanneer u het witte merkteken ziet, is het portier vergrendeld.
  • Pagina 26 Sloten Achterklep Vergrendelen Ontgrendelen Dubbele achterdeuren Buitenzijde Binnenzijde De ontgrendelknop is via de opening aan de onderzijde van de achterklep bereikbaar. Slagvergrendeling Buitenzijde N.B.: Laat uw sleutels niet in de wagen Binnenzijde liggen. N.B.: U hoort een kort claxonsignaal wanneer u probeert de deuren te vergrendelen terwijl er nog een deur is geopend.
  • Pagina 27 Sloten Automatisch opnieuw U ontgrendelt de voorportieren wanneer vergrendelen • de hendel aan de binnenzijde uittrekt De portieren worden automatisch opnieuw (behalve wanneer u de deuren dubbel vergrendeld wanneer u niet binnen 45 hebt vergrendeld) seconden na het ontgrendelen met de •...
  • Pagina 28 Sloten • Verlaat de wagen en druk op de vergrendeltoets. • Druk eenmaal op de ontgrendeltoets of de ontgrendeltoets van de laadruimte om de betreffende zone te ontgrendelen. Wanneer u nu een deur in de ontgrendelde zone opent, blijven de andere deuren in die zone automatisch vergrendeld.
  • Pagina 29: Motorstartblokkering

    Wanneer u een sleutel verliest, kunt u bij uw Ford dealer een vervangingssleutel verkrijgen. Geef, indien mogelijk, uw dealer het sleutelnummer door, dat op het plaatje staat dat met de originele sleutels is geleverd.
  • Pagina 30: Alarm

    Het beschermt ook de Ultrasonische detectie van bewegingen in audio-installatie en de aanhanger (indien het interieur beveiligen uw wagen tegen een Ford trekhaak is gemonteerd). U kunt het ongeoorloofd binnengaan van het de alarminstallatie volledig of gedeeltelijk passagierscompartiment en de laadruimte.
  • Pagina 31: Alarm Inschakelen

    Alarm ALARM INSCHAKELEN ALARM UITSCHAKELEN Perimeter alarminstallatie Perimeter alarminstallatie Twintig seconden nadat u de deuren hebt Schakel de alarminstallatie en het vergrendeld schakelt de alarminstallatie alarmsignaal uit door de deuren met de in. Tijdens deze vertraging kunt u de deuren sleutel te ontgrendelen, zet het contact of de motorkap sluiten zonder het alarm met een correct gecodeerde sleutel aan of...
  • Pagina 32: Stuurwiel

    Stuurwiel Seek (zoekfunctie) AUDIOBEDIENING Kies de radio, CD of cassette modus op de audio-installatie. De volgende functies kunnen met de afstandsbediening worden bediend: Volume Beweeg de hendel naar boven of naar beneden: • In de radio modus wordt het eerstvolgende radiostation op een hogere of lagere frequentie opgezocht.
  • Pagina 33: Spraaksturing

    Stuurwiel • In de radio modus wordt het volgende in het geheugen opgeslagen radiostation opgezocht. • In de CD modus wordt de volgende CD gekozen wanneer een CD-wisselaar is gemonteerd. • In alle modi om een verkeersbericht te onderbreken. Druk de toets aan de zijkant in en houd deze ingedrukt: •...
  • Pagina 34: Ruitenwissers En Ruitensproeiers

    Ruitenwissers en ruitensproeiers VOORRUITWISSERS AUTOMATISCH IN- EN UITSCHAKELENDE RUITENWISSERS Automatisch wissen LET OP Schakel de automatische wisfunctie Eenmalig wissen niet bij droog weer in. De regensensor Wissen met intervallen is bijzonder gevoelig en de ruitenwissers kunnen in werking treden Normale wissnelheid indien de voorruit met vuil, mist of vliegen Hoge wissnelheid in aanraking komt.
  • Pagina 35: Voorruitsproeiers

    Ruitenwissers en ruitensproeiers Wanneer u de automatische wisfunctie VOORRUITSPROEIERS inschakelt nadat het contact is aangezet, maken de ruitenwissers een wisbeweging ongeacht of de voorruit droog of nat is. De regensensor meet daarna continu de hoeveelheid water op de voorruit en zal de snelheid van de ruitenwissers automatisch instellen.
  • Pagina 36: Ruitenwisserbladen Controleren

    Ruitenwissers en ruitensproeiers Ruitensproeier, achter RUITENWISSERBLADEN VERVANGEN WAARSCHUWING Schakel de achterruitsproeier niet langer dan 10 seconden achtereen in of wanneer het reservoir leeg is. RUITENWISSERBLADEN CONTROLEREN Controleer met uw vingertoppen de rubber randen van de ruitenwisserbladen op oneffenheden. Reinig de ruitenwisserbladen met een in water gedrenkte, zachte spons.
  • Pagina 37 Ruitenwissers en ruitensproeiers Breng de eerder verwijderde onderdelen in omgekeerde volgorde aan. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 38: Verlichting

    Verlichting Een zijde VERLICHTINGSBEDIENING Standen van de lichtschakelaar Rechterzijde Linkerzijde Grootlicht en dimlicht Stads- en achterlichten Koplampen Mistlampen, voor Mistachterlichten Parkeerlichten Dagrijlichten De koplampen branden wanneer het contact is ingeschakeld en de Trek de hendel geheel naar het stuurwiel koplampbediening in stand A staat. Om toe om tussen grootlicht en dimlicht te over te schakelen op grootlicht moet de wisselen.
  • Pagina 39: Dagrijlicht

    Verlichting Home safe verlichting Schakel de verlichting uit en trek de richtingaanwijzer naar het stuurwiel toe om de koplampen in te schakelen. Er klinkt kort een signaal. Bij een geopende deur gaan de koplampen automatisch na drie minuten uit, of 30 seconden nadat de laatste deur is gesloten.
  • Pagina 40: Mistachterlichten

    Verlichting N.B.: Wanneer de automatische verlichting is ingeschakeld, kunnen de mistlampen, vóór, niet worden ingeschakeld. MISTACHTERLICHTEN Lichtbundels hoger Lichtbundels lager Zet de regelknop voor de hoogteregeling van de lichtbundels op nul wanneer de wagen onbeladen is. Stel de lichtbundels WAARSCHUWING zodanig in dat het wegdek tussen 35 en 100 voor u is verlicht wanneer de wagen Schakel de mistachterlichten niet in...
  • Pagina 41: Interieurverlichting

    Verlichting N.B.: Beweeg de Type 2 richtingaanwijzerschakelaar even omhoog of omlaag om de richtingaanwijzers driemaal te laten knipperen. INTERIEURVERLICHTING Leeslampen - uitvoeringen zonder interieursensoren Type 1 Aan (lamp voorcompartiment) Uit (lamp voorcompartiment) Portiercontact Uit (lamp achtercompartiment) Aan (lamp achtercompartiment) De lampen van het actercompartiment gaan aan wanneer u een portier opent, ongeacht de schakelaarpositie.
  • Pagina 42: Tredeverlichting

    Verlichting Leeslampen - uitvoeringen met Leeslampen interieursensoren Wanneer u het contact afzet, gaan de leeslampen korte tijd later automatisch uit om te voorkomen dat de accu leegraakt. Zet het contact kort aan om het weer in te schakelen. Portiercontact TREDEVERLICHTING De tredeverlichting wordt automatisch in- Wanneer u de schakelaar in stand B zet, en uitgeschakeld wanneer u de deuren...
  • Pagina 43 Verlichting Grootlicht en dimlicht N.B.: Wanneer de wagen is voorzien van airconditioning raden wij aan uw dealer te LET OP vragen of hij de gloeilampen van uw wagen wil vervangen. Sommige gloeilampen zijn Raak het glas van de gloeilamp niet moeilijk bereikbaar.
  • Pagina 44 Verlichting 4. Trek de stekker los. Verwijder de koplamp. 5. Maak de klemveer los en verwijder de 2. Draai de lamphouder linksom en gloeilamp. verwijder deze. 3. Druk voorzichtig de gloeilamp in de Stadslichten lamphouder en draai de gloeilamp linksom. Verwijder de gloeilamp. Voormistlichten Verwijder de koplamp.
  • Pagina 45 Verlichting Zijknipperlichten Zijmarkeringslampen Type 1 Chassis Cabine en uitvoeringen met open laadbak en verlengd chassis Trek de stekker los. 2. Draai de lamphouder linksom en Verwijder voorzichtig het zijknipperlicht. verwijder deze. 2. Pak de lamphouder beet, draai het huis 3. Verwijder de gloeilamp. linksom en verwijder het.
  • Pagina 46 Verlichting Achterlichtunits Bus en Kombi Achterlicht en remlicht Richtingaanwijzer Achteruitrijlamp Mistachterlicht Verwijder de vleugelmoeren. 2. Verwijder de achterlichtunit en maak de lamphouder los. 3. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom. Verwijder de gloeilamp. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 47 Verlichting Chassis-cabine en uitvoeringen met Type 2 open laadbak Type 1 Richtingaanwijzer Remlicht Achterlicht en remlicht Achterlicht Richtingaanwijzer Achteruitrijlamp Achteruitrijlamp Mistachterlicht Mistachterlicht Maak de klem los en schuif het Verwijder de moer. kunststof frame naar de zijkant. 2. Trek de stekker los. 2.
  • Pagina 48 Verlichting Achterlichten Markeringslichten op het dak Uitvoeringen met open laadbak Werk voorzichtig het glas los van de houder. Verwijder de schroeven. 2. Druk voorzichtig de gloeilamp in de 2. Verwijder het glas. lamphouder en draai de gloeilamp 3. Druk voorzichtig de gloeilamp in de linksom.
  • Pagina 49 Verlichting Binnenverlichting voorin Uitvoeringen met een achterklep Uitvoeringen zonder interieursensoren Verwijder het lampglas. 2. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom. Verwijder de gloeilamp. Uitvoeringen met open laadbak Werk de lamp voorzichtig los. 2. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom.
  • Pagina 50 Verlichting Werk de lamp voorzichtig los. Werk de lamp voorzichtig los. 2. Draai de lamphouder linksom en 2. Verwijder het glas. verwijder deze. 3. Verwijder de gloeilamp. 3. Verwijder de gloeilamp. Binnenverlichting achterin Tredeverlichting Werk de lamp voorzichtig los. 2. Verwijder de gloeilamp. Leeslampen, voor Werk de lamp voorzichtig los.
  • Pagina 51: Gloeilampentabel

    Verlichting GLOEILAMPENTABEL Gloeilamp Watt (specificatie) Remlicht - Chassis-cabine en uitvoering met open laadbak Derde remlicht Richtingaanwijzer, voor Mistlamp, voor 55 (H11) Grootlicht en dimlicht 55/60 Interieurverlichting Kentekenplaatverlichting - behalve uitvoeringen met dubbele achterdeuren Kentekenplaatverlichting - uitvoeringen met dubbele achterdeuren Leeslamp Richtingaanwijzer, achter Mistachterlicht Markeringslicht, achter - uitvoering met open laadbak...
  • Pagina 52: Ruiten En Spiegels

    Ruiten en spiegels Handmatig inklapbare spiegels ELEKTRISCH BEDIENBARE RUITEN Inklappen Druk de spiegel in de richting van de WAARSCHUWING portierruit. Schakel de elektrisch bedienbare ruiten niet in tenzij deze vrij zijn van Uitklappen obstructies. Zorg ervoor dat de spiegel weer volledig wordt vergrendeld wanneer u deze weer in zijn oorspronkelijke stand terugzet.
  • Pagina 53: Schuifruiten

    Ruiten en spiegels De elektrisch bedienbare buitenspiegels ACHTERSTE ZIJRUITEN zijn voorzien van een verwarmingselement dat het spiegelglas ontdooit en ontwasemt. Zie Klimaatregeling (bladzijde 67). SCHUIFRUITEN Trek de hendel naar buiten om de ruit te openen. Druk in het midden van de hendel om deze te vergrendelen.
  • Pagina 54: Instrumentenpaneel

    Instrumentenpaneel METERS Instrumentengroep - laag uitrustingsniveau Toerenteller Koelvloeistoftemperatuurmeter Brandstofmeter Snelheidsmeter Terugsteltoets dagteller Kilometerteller, dagteller, klok, actieradius tot tank leeg en controlelamp niet goed gesloten portier Insteltoets klok Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 55 Instrumentenpaneel Instrumentengroep - hoog uitrustingsniveau Toerenteller Koelvloeistoftemperatuurmeter Brandstofmeter Snelheidsmeter Waarschuwingslamp bericht Informatiecentrum. Zie Algemene informatie (bladzijde 59). Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 56: Waarschuwings- En Indicatielampen

    Instrumentenpaneel Koelvloeistoftemperatuurmeter Kilometerteller, dagteller en klok Toont de temperatuur van de koelvloeistof. Instrumentengroep - laag Bij normale bedrijfstemperatuur blijft de uitrustingsniveau naald in het middengedeelte. LET OP Start de motor niet voordat de oorzaak voor de oververhitting is verholpen. Wanneer de naald in de richting van 120 °C beweegt, is de motor oververhit.
  • Pagina 57 Instrumentenpaneel • Remblokslijtage Indien één van deze waarschuwings- of controlelampen niet brandt nadat het • Remsysteem contact is aangezet, duidt dit op een • Snelheidsregeling storing. Laat het systeem onmiddellijk door • Portier niet goed gesloten een geschoolde monteur controleren. •...
  • Pagina 58 Instrumentenpaneel Controlelampen motor Als de lamp tijdens het rijden gaat branden, controleer dan of de parkeerrem niet is Controlelamp motorstoring ingeschakeld. Als de parkeerrem niet is ingeschakeld, dan is er een storing aanwezig. Laat het systeem onmiddellijk door een geschoolde monteur controleren. Controlelamp aandrijflijn Controlelamp automatische snelheidsregeling...
  • Pagina 59 Instrumentenpaneel Controlelamp voorgloeien Controlelamp grootlicht Zie Een dieselmotor starten De controlelamp gaat branden (bladzijde 85). wanneer u het grootlicht inschakelt. De lamp knippert wanneer u een lichtsignaal geeft. Controlelamp koplampen Berichtenindicator De controlelamp gaat branden wanneer u het dimlicht van de De controlelamp gaat branden koplamp, de zijlichten of de wanneer een nieuw bericht is...
  • Pagina 60: Akoestische Waarschuwingssignalen En -Indicaties

    Instrumentenpaneel Controlelamp onderhoudsbeurt Start/stop-indicatielamp De lamp gaat branden wanneer Auto's met dieselmotor de motor automatisch is gestopt. De controlelamp gaat branden De lamp gaat knipperen om u te als onderhoud nodig is of er een laten weten wanneer de motor opnieuw overmatige hoeveelheid moet worden gestart.
  • Pagina 61: Infodisplays

    Infodisplays Hoofdmenu ALGEMENE INFORMATIE Overzicht van de schermen van het WAARSCHUWING hoofdmenu Stel omwille van de verkeersveiligheid de functies alleen in wanneer de auto stilstaat. Met het Informatie Centrum en de multifunctionele hendel aan de stuurkolom kunnen verschillende systemen worden geprogrammeerd.
  • Pagina 62 Infodisplays Toetsen Dagteller N.B.: De dagteller wordt op nul gezet Scroll met de draaiknop door het menu. wanneer er een afstand van 1999,9 kilometer is bereikt. Druk de SET en RESET toets minimaal twee seconden in om de teller terug te stellen.
  • Pagina 63: Infoberichten

    Infodisplays Geeft het gemiddelde brandstofverbruik Een waarschuwingssignaal klinkt bij de aan vanaf het moment dat de functie op volgende weersomstandigheden: nul werd teruggesteld. • +4 ºC of lager: waarschuwing voor Druk op de SET en RESET toets om de opvriezen meter terug te stellen.
  • Pagina 64 Infodisplays Berichten Waar- Betekenis schu- wings- lamp SCHAKEL CONTACT UIT rood Schakel het contact uit voordat u uit het voertuig stapt als het systeem de motor uitgeschakeld heeft. Zie Start/stop knop gebruiken (bladzijde 87). MOTOR SYST. STORING rood Storing aan de motor of gerelateerde systemen. Stop zodra dit veilig kan en zet de motor onmiddel- lijk af.
  • Pagina 65 Infodisplays Berichten Waar- Betekenis schu- wings- lamp OLIE VERVERSEN Duidt aan dat de olie moet worden ververst. BINNEN xx DAG *WEKKER* RESET V. De wekker gaat af. Zie Persoonlijke instellingen STOP (bladzijde 64). EEN PEDAAL INDRUKKEN De motor moet weer worden gestart; druk een pedaal in om te starten.
  • Pagina 66: Persoonlijke Instellingen

    Infodisplays Menu Persoonlijke instellingen PERSOONLIJKE INSTELLINGEN Overzicht van de schermen van het hoofdmenu De volgende submenu's zijn in het Menu Persoonlijke instellingen toegankelijk: • Taal • Tijd instellen • Wekker instellen • Weergave klok • Maateenheden • Gongsignalen bij berichten Taal instellen Er kan uit elf talen worden gekozen: Engels (GB), Duits, Italiaans, Frans,...
  • Pagina 67 Infodisplays Wekker instellen Druk op de SET en RESET toets om de installatie uit te schakelen. Weergave klok • Druk de SET en RESET toets in en houd ze ingedrukt. De dag begint te knipperen. Met de draaiknop kan de Druk op de SET en RESET toets om te juiste dag worden geselecteerd.
  • Pagina 68 Infodisplays Druk op de SET en RESET toets om de gongsignalen in of uit te schakelen. Menu Persoonlijke instellingen Exit Druk op de SET en RESET toetsen om het menu te verlaten. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 69: Klimaatregeling

    Klimaatregeling Het interieur verwarmen WERKING Laat de lucht naar de beenruimten Buitenlucht stromen. Laat, bij koud of vochtig weer, een geringe hoeveelheid lucht naar de Houd de luchtinlaten voor de voorruit vrij voorruit en de portierruiten stromen. van belemmeringen (sneeuw, bladeren, enz.) zodat het klimaatregelsysteem Het interieur afkoelen effectief kan werken.
  • Pagina 70: Handmatige Klimaatregeling

    Klimaatregeling Gerecirculeerde lucht HANDMATIGE KLIMAATREGELING Luchtverdeelknop Gerecirculeerde lucht Buitenlucht Voorruit snel ontdooien en Hoofdniveau ontwasemen Beenruimte Voorruit N.B.: Een kleine hoeveelheid lucht stroomt altijd naar de voorruit. Temperatuurregelknop Sluit alle luchtroosters voor maximale luchttoevoer naar de voorruit. Schakel zo nodig de ruitverwarming in. Zie Verwarmde ruiten en spiegels (bladzijde 70).
  • Pagina 71 Klimaatregeling Ventilatie Schakel de airconditioning in. Interieur snel afkoelen Airconditioning Schakel de airconditioning in. Airconditioning in- en uitschakelen Voorruit ontdooien en ontwasemen Voorruit Zet de luchtverdeelknop in de stand A en kies toevoer van buitenlucht. Wanneer de Gerecirculeerde lucht temperatuur hoger is dan 4 °C (39 °F), schakelt de airconditioning automatisch Buitenlucht in.
  • Pagina 72: Verwarmde Ruiten En Spiegels

    Klimaatregeling Zet de luchtverdeelknop in de stand A en kies toevoer van buitenlucht. Wanneer de temperatuur hoger is dan 4 °C (39 °F), schakelt de airconditioning automatisch In de elektrisch bedienbare buitenspiegels in. De controlelamp in de schakelaar is een verwarmingselement gemonteerd brandt in dit geval niet.
  • Pagina 73 Klimaatregeling Werkingsprincipe • Schakel de programmeerbare standverwarming het gehele jaar Voor ingebruikneming minimaal eenmaal per maand ongeveer tien minuten in. Hierdoor LET OP wordt voorkomen dat de vloeistofpomp en de aanjagermotor Wanneer de aanjagerschakelaar in gaan vastzitten. een andere stand dan stand één wordt gezet, heeft dit een kortere •...
  • Pagina 74 Klimaatregeling Druk de toets A langer dan drie seconden Druk na het instellen van de ingedrukt en houd hem ingedrukt tot de verwarmingsduur op toets A. Het display tijdsaanduiding op het display knippert. geeft nu de tijd weer met een knipperende Druk de toetsen B en D binnen vijf dubbele punt.
  • Pagina 75 Klimaatregeling Verwarming continu inschakelen Inschakeltijden programmeren Druk toets A meerdere keren in tot het WAARSCHUWING symbool 1, 2 of 3) voor de gewenste Nadat het contact is afgezet blijft de inschakeltijd wordt weergegeven. Druk op verwarming werken. Schakel de toetsen B en D om de tijd in te stellen. verwarming uit om onnodig Houd de betreffende toets ingedrukt om verwarmen te voorkomen.
  • Pagina 76 Klimaatregeling Druk toets A meerdere keren in tot het symbool 1, 2 of 3) voor de gewenste inschakeltijd wordt weergegeven. Druk op toets C. Het ON symbool verschijnt op het display. Druk opnieuw op toets C om de inschakeltijd weer te deactiveren. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 77: Stoelen

    Stoelen • het stuurwiel met licht gebogen armen DE JUISTE ZITPOSITIE vasthoudt. INNEMEN • uw benen licht buigt zodat u de pedalen volledig kunt indrukken. • de schoudergordel over het midden van uw schouder en de heupgordel strak over uw heupen legt. Zorg ervoor dat uw zitpositie comfortabel is en dat u de volledige controle over de auto hebt.
  • Pagina 78 Stoelen LET OP Schuif de voorstoelen niet te ver naar het instrumentenpaneel toe. De voorste negen vergrendelingspunten zijn alleen bestemd om de accu toegankelijk te maken. Lendensteun afstellen Hellingshoek van de rugleuning verstellen Voller Leger Hellingshoek van de zitting verstellen Armsteun instellen Draai de knop onder de armsteun.
  • Pagina 79: Achterbank

    Stoelen Stoel draaien Een rugleuningdeel naar voren kantelen WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de stoelen en de rugleuningen goed vastzitten en volledig zijn vergrendeld. LET OP Draai de stoel alleen naar het midden van de auto en niet richting het portier. Complete rugleuning naar voren kantelen ACHTERBANK...
  • Pagina 80: Hoofdsteunen

    Stoelen Rugleuning weer in de verticale stand WAARSCHUWINGEN kantelen: De achterbank weegt 89 kilogram. Trek de lussen naar beneden en houd ze in deze stand. 2. Druk de rugleuning weer in verticale LET OP stand. Sla de achterbank op een droge en Zittingen van achterbanken veilige plaats op.
  • Pagina 81: Verwarmde Stoelen

    Stoelen Stel de hoofdsteun zo in, dat de bovenzijde ervan gelijkligt met de bovenzijde van uw hoofd. Hoofdsteun verwijderen Druk de knoppen in en verwijder de hoofdsteun. VERWARMDE STOELEN N.B.: Start de motor om de stoelverwarming in te schakelen N.B.: De verwarming kan alleen opnieuw geactiveerd worden als de stoeltemperatuur is afgenomen tot minder dan 26 °C.
  • Pagina 82: Gemaksfuncties

    12 volt accessoires met een RESET en houd deze ingedrukt. De dag maximum vermogen van 20 ampère. begint te knipperen. Instellen met de Gebruik alleen Ford stekkers of stekkers die draaiknop. geschikt zijn voor gebruik in SAE gestandaardiseerde aansluitingen.
  • Pagina 83: Asbak

    Gemaksfuncties N.B.: Alleen gebruiken voor 12 volt accessoires met een maximum vermogen van 20 ampère. Gebruik alleen Ford stekkers of stekkers die geschikt zijn voor gebruik in SAE gestandaardiseerde aansluitingen. Druk het verwarmingselement in om de aansteker te laten gloeien. Hij springt automatisch in de oorspronkelijke stand terug.
  • Pagina 84: Opbergruimtes

    Gemaksfuncties WAARSCHUWING Plaats geen zware voorwerpen in de opbergruimte boven de voorruit. Opbergvak op dashboard WAARSCHUWINGEN Plaats tijdens het rijden geen hete dranken in de bekerhouders. Gebruik het tafeltje niet tijdens het rijden. Plaats geen glazen voorwerpen in de bekerhouders. FLESSENHOUDER OPBERGRUIMTES Opbergruimte boven de voorruit...
  • Pagina 85: Vloermatten

    Gemaksfuncties VLOERMATTEN USB-POORT WAARSCHUWING Wanneer de vloermatten worden gebruikt, zorg dan dat de vloermatten correct worden vastgemaakt met de correcte bevestigingselementen, zodat de matten geen invleod hebben op de bediening van de pedalen. AANSLUITING AUXILIARY INGANG Zie de afzonderlijke audiohandleiding. Zie Verbinding (bladzijde 237).
  • Pagina 86: Motor Starten En Stoppen

    Motor starten en stoppen N.B.: Laat, om te voorkomen dat de accu ALGEMENE INFORMATIE leegraakt, de contactsleutel niet te lang in deze stand staan. Algemene opmerkingen over het starten II Het contact staat aan. Alle elektrische circuits zijn ingeschakeld. Waarschuwings- Als de accu losgekoppeld is geweest kan en controlelampen branden.
  • Pagina 87: Een Dieselmotor Starten

    Motor starten en stoppen 2. Druk het rempedaal volledig in. Het stationaire toerental neemt automatisch toe wanneer de motor koud 3. Start de motor. is (dit om de katalysator op te warmen). Zo worden de voertuigemissies tot een Alle auto's absoluut minimum beperkt.
  • Pagina 88: Dieselroetfilter

    Motor starten en stoppen Uitvoeringen met automatische In tegenstelling tot een gewoon filter, dat transmissie regelmatig vervangen moet worden, is het DPF zodanig ontworpen dat het Selecteer park of neutral. regenereert (zichzelf reinigt) om 2. Druk het rempedaal volledig in. doeltreffend te blijven.
  • Pagina 89: Start/Stop Knop

    Start/stop knop WERKING WAARSCHUWINGEN Schakel het contact uit voordat de ECO-systeem motorkap wordt geopend of onderhoudswerkzaamheden worden WAARSCHUWING uitgevoerd. Voor auto's met Schakel altijd het contact uit voordat start/stop-schakelaar verschillen de u uit de auto stapt, want het systeem accuvereisten. De accu moet worden kan de motor wel uitgeschakeld vervangen door een accu met exact hebben, maar het contact is nog steeds...
  • Pagina 90 Start/stop knop Het systeem in- en uitschakelen • De voorruitverwarming of de achterruitverwarming is ingeschakeld. • Tijdens regeneratie van het dieselroetfilter. Motor starten N.B.: De keuzehendel moet in de neutraalstand staan. Als de schakelhendel niet in neutraal staat, gaat de start/stop-indicatielamp knipperen en wordt een bericht weergegeven in de display.
  • Pagina 91: Brandstof En Tanken

    BRANDSTOFKWALITEIT - N.B.: We adviseren alleen brandstof van BENZINE hoge kwaliteit te gebruiken. LET OP N.B.: Het gebruik van niet door Ford goedgekeurde additieven of andere Gebruik geen gelode benzine of motorbehandelingen worden door Ford benzine met additieven die andere afgeraden.
  • Pagina 92: Katalysator

    Brandstof en tanken KATALYSATOR LET OP Wanneer u een hogedrukspuit WAARSCHUWING gebruikt om uw auto te wassen, spuit dan kort op de brandstofvulklep vanaf Laat de motor niet stationair draaien een afstand van niet minder dan 20 of parkeer de wagen niet op droge centimeter (8 inch).
  • Pagina 93: Tanken

    Uw Ford dealer dient u gaarne van advies BRANDSTOFVERBRUIK hoe u het brandstofverbruik kunt verlagen. De CO2 waarden en de brandstofverbruikcijfers zijn afgeleid van laboratoriumtests volgens EEC richtlijn 80/1268/EEC en aanvullingen daarop.
  • Pagina 94 Brandstof en tanken Gecombi- Stadsverkeer Buitenweg CO2-emissie neerd Variant l/100 km l/100 km l/100 km g/km (mpg) (mpg) (mpg) Kombi 2.4L DuraTorq-TDCi 85 kW (115 pk), asreductie: 10,6 (26,7) - 7,3 (38,7) - 8,5 (33,2) - 225 - 227 3,73 - handgeschakelde 6- 10,7 (26,4) 7,4 (38,2) 8,6 (32,8)
  • Pagina 95 Brandstof en tanken Gecombi- Stadsverkeer Buitenweg CO2-emissie neerd Variant l/100 km l/100 km l/100 km g/km (mpg) (mpg) (mpg) Kombi 2.4L DuraTorq-TDCi 103 kW (140 pk), asreductie: 12,8 (22,1) - 8,1 (34,9) - 9,8 (28,7) - 260 - 269 4,27 - handgeschakelde 6- 13,1 (21,6) 8,5 (33,2) 10,2 (27,7)
  • Pagina 96 Brandstof en tanken Gecombi- Stadsverkeer Buitenweg CO2-emissie neerd Variant l/100 km l/100 km l/100 km g/km (mpg) (mpg) (mpg) 2.2L Duratorq-TDCi (92 kW/125 pk) - (Puma), asre- 8,5 (33,1) - 6,7 (42,2) - 7,3 (38,7) - 194 - 199 ductie: 3,31, Fase V met 8,7 (32,4) 6,8 (41,5) 7,5 (37,7)
  • Pagina 97 Brandstof en tanken Voorwielaandrijving - M1 Brandstofverbruikscijfers Gecombi- Stadsverkeer Buitenweg CO2-emissie neerd Variant l/100 km l/100 km l/100 km g/km (mpg) (mpg) (mpg) 2.2L Duratorq-TDCi (74 kW/100 pk), (92 kW/125 pk), (103 kW/140 pk) - 8,1 (34,9) - 6,3 (44,8) - 7 (40,4) - 7,2 184 - 189 (Puma), asreductie: 4,36,...
  • Pagina 98: Handgeschakelde Versnellingsbak

    Versnellingsbak/transmissie Automatische functie HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK Het AWD-systeem waarmee bepaalde uitvoeringen met achterwielaandrijving zijn uitgerust, brengt automatisch het LET OP aandrijfkoppel over naar de voorwielen Schakel de achteruit niet in wanneer wanneer het wegdek glad is geworden de wagen in beweging is. Dit kan door regen, sneeuw, ijs, enz.
  • Pagina 99: Remmen

    Remmen WERKING PARKEERREM Schijfremmen WAARSCHUWING Bij auto's met automatische Natte remschijven hebben een lagere transmissie moet de keuzehendel wrijvingscoëfficiënt. Druk na het verlaten altijd in de stand P (Park) staan. van een wasstraat het rempedaal even voorzichtig in om de waterfilm op de remschijven te laten verdampen.
  • Pagina 100: Stabiliteitsregeling

    Stabiliteitsregeling Waarschuwingslamp WERKING stabiliteitsregeling (ESP) Elektronisch Wanneer het systeem tijdens het rijden Stabiliteitsprogramma (ESP) wordt geactiveerd, knippert de lamp. Zie Waarschuwings- en indicatielampen WAARSCHUWING (bladzijde 54). Het systeem is niet bedoeld om de Noodremassistent bestuurder te ontheffen van zijn plicht om tijdens het rijden WAARSCHUWING voorzichtig en oplettend te zijn.
  • Pagina 101 Stabiliteitsregeling N.B.: Wanneer u het systeem uitschakelt, dan wordt het systeem automatisch geheractiveerd als de snelheid hoger is dan 60 km/u (37 mph). Druk de schakelaar opnieuw in om het systeem in te schakelen. Telkens wanneer u het contact aan zet wordt het systeem automatisch ingeschakeld.
  • Pagina 102: Aandrijfregeling

    Aandrijfregeling WERKING Het tractieregelsysteem verbetert de tractie wanneer een wiel doorspint bij snelheden tot 40 km/h (25 mph). Wanneer een wiel begint door te spinnen wijzigt het tractieregelsysteem de druk naar de remklauw van dat wiel tot het stopt met doorspinnen.
  • Pagina 103: Regeling Voor Bergop Rijden

    Regeling voor bergop rijden WERKING WAARSCHUWINGEN Het systeem is alleen actief als de Het systeem maakt het eenvoudiger op te groene lamp in het trekken wanneer de auto op een helling instrumentenpaneel brandt. U blijft staat zonder dat het noodzakelijk is gebruik te allen tijde verantwoordelijk voor het te maken van de parkeerrem.
  • Pagina 104 Regeling voor bergop rijden Het systeem deactiveren Voer voor het activeren van het systeem één van de volgende stappen uit: • Trek de handrem aan. • Open een willekeurig portier (inclusief de laaddeuren). • Rij weg de helling op zonder de handrem aan te trekken.
  • Pagina 105: Parkeerhulp

    Parkeerhulp N.B.: Houd de sensoren vrij van vuil, ijs en WERKING sneeuw. Reinig de sensoren niet met scherpe voorwerpen. WAARSCHUWING N.B.: Wanneer de parkeerhulp een signaal Ondanks de parkeerhulp bent u registreert dat op dezelfde frequentie wordt verplicht voorzichtig en aandachtig uitgezonden als de sensoren gebruiken, of te rijden.
  • Pagina 106 Parkeerhulp N.B.: Wanneer u drie seconden lang een hoge pieptoon hoort, duidt dit op een storing. Het systeem wordt uitgeschakeld. Laat het systeem onmiddellijk door een goed opgeleide monteur controleren. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 107: Werking

    Achteruitkijkcamera N.B.: Houd de camera vrij van vuil, ijs en WERKING sneeuw. Reinig de camera niet met scherpe voorwerpen, ontvetter, was of organische De camera is een visueel hulpmiddel bij producten. Gebruik alleen een zachte doek. achteruitrijden. Tijdens de bediening worden in de display WAARSCHUWING hulplijnen weergegeven die de route van Het systeem is niet bedoeld om de...
  • Pagina 108 Achteruitkijkcamera Display achteruitkijkcamera Achteruitkijkcamera - achterklep Achteruitkijkcamera - laaddeur De lijnen geven een geprojecteerde route Achteruitkijkcamera activeren van de auto en de afstand vanaf de buitenspiegels en de achterbumper aan. LET OP Het kan voorkomen dat de camera voorwerpen die zich te dicht bij de wagen bevinden niet kan registreren.
  • Pagina 109 Achteruitkijkcamera 2 meter 3 meter Achteruitkijkcamera in- en uitschakelen Aan- en uittoets Druk op toets A om het systeem handmatig uit te schakelen. N.B.: De toets werkt alleen als de achteruitversnelling is ingeschakeld en de auto op contact staat. Achteruitkijkcamera deactiveren N.B.: Schakel een vooruitversnelling in.
  • Pagina 110: Snelheidsregeling (Cruise Control)

    Snelheidsregeling (Cruise Control) Snelheid instellen WERKING Met cruise control (automatische snelheidsregeling) kunt u met behulp van de schakelaars op het stuurwiel de rijsnelheid instellen. Cruise control werkt vanaf snelheden van 30 km/h. GEBRUIK MAKEN VAN SNELHEIDSREGELING WAARSCHUWING Schakel onder drukke verkeersomstandigheden, op trajecten met veel bochten en op gladde wegen cruise control niet in.
  • Pagina 111 Snelheidsregeling (Cruise Control) Ingestelde snelheid opnieuw inschakelen Accelereren (versnellen) Decelereren (vertragen) De controlelamp van de cruise control gaat branden en het systeem zal proberen de Ingestelde snelheid uitschakelen auto met de eerder door u ingestelde snelheid te laten rijden. Cruise control uitschakelen Druk het rempedaal of de RES schakelaar N.B.: Het systeem regelt niet langer de De eerder door u ingestelde snelheid blijft...
  • Pagina 112: Automatische Snelheidsbegrenzer (Asl)

    Automatische snelheidsbegrenzer (ASL) Het systeem is standaard ingeschakeld. WERKING Druk op de ECO-schakelaar om deze snelheidslimiet te deactiveren. Het Toerentalbegrenzer systeem wordt alleen gedeactiveerd Het toerental van de motor wordt gedurende de huidige contactcyclus. Druk begrensd om beschadigingen te nogmaals op de schakelaar om het voorkomen.
  • Pagina 113: Transport

    Transport ALGEMENE INFORMATIE LET OP Laat geen items in contact komen met de achterruiten. WAARSCHUWINGEN Gebruik bevestigingsriemen die Gebruik geen schurende materialen voldoen aan een norm, bijv. DIN. voor het reinigen van de binnenzijde van de achterruiten. Zorg ervoor dat alle losse voorwerpen goed zijn vastgezet.
  • Pagina 114 Transport Lading bevestigen Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 115: Dakrekken En Bagagedragers

    Transport Extra steunen WAARSCHUWINGEN Wanneer u een imperiaal gebruikt, Ladingrail (middelhoog) kan het brandstofverbruik van uw auto hoger zijn en kan de rijkarakteristiek anders zijn. Wanneer u een imperiaal aanbrengt, lees dan de instructies van de fabrikant en volg deze op. LET OP Overschrijd de maximale asbelasting niet.
  • Pagina 116: Aanhangers Trekken

    Aanhangers trekken Het maximum toelaatbaar wagengewicht TREKKEN VAN EEN en het aanhangergewicht geven de AANHANGER technische eisen weer, die worden gesteld voor hellingen tot 12 % en bij hoogten van WAARSCHUWINGEN 1.000 meter boven de zeespiegel. In bergachtige streken worden de prestaties Overschrijd het maximaal van de motor door de lagere luchtdruk toelaatbaar treingewicht dat op het...
  • Pagina 117: Tips Voor Het Rijden

    Tips voor het rijden Wanneer de temperatuur blijft stijgen zorgt INRIJDEN het systeem ervoor dat de brandstoftoevoer naar de motor wordt Banden gereduceerd. De airconditioning (indien gemonteerd) wordt uitgeschakeld en de WAARSCHUWING koelventilateur wordt ingeschakeld. Nieuwe banden hebben een LET OP inlooptijd van ongeveer 500 kilometer.
  • Pagina 118: Wat Te Doen Bij Pech

    Wat te doen bij pech EERSTEHULPSET Voor een EHBO-doos is ruimte onder de stoel op de tweede rij. Gesloten bestelwagen, Kombi, Chassis Cabine, uitvoering met open laadbak Voor de gevarendriehoek is ruimte in het opbergvak op het portier aan bestuurderszijde. GEVARENDRIEHOEK In de kaartenbak op het bestuurdersportier bevindt zich een ruimte voor het opbergen...
  • Pagina 119: Staat Na Een Aanrijding

    Staat na een aanrijding Schakelaar terugstellen BRANDSTOFAFSLUITER WAARSCHUWING Wanneer u een ongeluk of een lichte aanrijding hebt gehad (bijv. tijdens het Stel de veiligheidsschakelaar niet parkeren ergens tegenaan gereden) kan terug wanneer u brandstof ruikt of de veiligheidsschakelaar te ziet weglekken. brandstoftoevoer onderbreken.
  • Pagina 120: Zekeringen

    Zekeringen Voorschakel-zekeringkast PLAATSEN ZEKERINGENHOUDERS Bestuurdersstoel Stuur rechts Stuur links Standaard relaiskast Voorschakel-zekeringkast Standaard relaiskast Aansluitkast in passagierscompartiment Aansluitkast in motorruimte Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 121 Zekeringen N.B.: Tijdens het aanbrengen moet een klik Aansluitkast aan passagierszijde hoorbaar zijn bij het laten aangrijpen van beide klemmen. Aansluitkast in motorcompartiment Voor locatie: Zie Onderhoud (bladzijde 131). Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 122: Een Zekering Vervangen

    Zekeringen EEN ZEKERING VERVANGEN LET OP Vervang een doorgeslagen zekering WAARSCHUWINGEN door een exemplaar met hetzelfde vermogen. Wijzig de elektrische installatie van uw auto op geen enkele wijze. Laat reparaties aan de elektrische N.B.: U kunt een doorgeslagen zekering installatie en het vervangen van relais en herkennen aan de gebroken smeltdraad.
  • Pagina 123 Zekeringen Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits grijs Startmotor en dynamo Voeding aansluitkast passagierszijde - startre- geel levant/aansluitkast passagierszijde KL15 voor start/stop Voeding aansluitkast motorcompartiment - blauw niet startrelevant groen Voorruitverwarming, rechterzijde Voeding standaard relaiskast - niet startrele- blauw vant groen Voorruitverwarming, linkerzijde Voeding aansluitkast passagierszijde - niet geel...
  • Pagina 124 Zekeringen Aansluitkast in motorcompartiment Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits geel Koelventilateur Voeding trekhaak en trekhaakmodule roze (KL30) groen Pomp van ABS en ESP Wordt niet gebruikt geel Gloeibougies geel Relais contactslot (KL15 #3 roze Vrijgave startmotor Voeding ontsteking (KL15) naar aansluitkast groen passagierszijde (auto's zonder start/stop) Wordt niet gebruikt (auto's met start/stop)
  • Pagina 125 Zekeringen Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits Wordt niet gebruikt Brandstofpomp (zonder extra verwarming bruin op brandstof) Brandstofpomp (met extra verwarming op geel brandstof) Wordt niet gebruikt blauw Spanning PCM Brandstofpomp (met extra verwarming op bruin brandstof) bruin T-MAF sensor bruin Controle gloeibougie extra verwarming Sonische ontluchtklep blauw...
  • Pagina 126 Zekeringen Relais Geschakelde circuits Gloeibougie verdamper Wordt niet gebruikt Solenoïde van compressor airconditioning Standaard relaiskast Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits geel Achterruitwisser rood Bediening airconditioning voor en achter bruin Wordt niet gebruikt bruin Tachograaf Hoogteregeling koplamplichtbundels, hoofd- bruin lichtschakelaar (KL15) Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 127 Zekeringen Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits geel Verwarmbare voorstoelen geel Claxon geel Extra voedingspunt voorzijde Verwarmbare buitenspiegels, indien CAT 1 rood gemonteerd geel Aansteker Voeding relaisspoelen, elektrisch bedienbare bruin buitenspiegels geel Extra voedingspunt achterzijde rood Grootlicht, links rood Grootlicht, rechts rood Dimlicht, links rood...
  • Pagina 128 Zekeringen Relais Geschakelde circuits Dimlicht Verwarmde portierspiegels (als CAT 1 alarm is aange- bracht), voedingsuitgang (als CAT 1 alarm niet is aange- bracht) Grootlicht Claxon Verlichting overdag Programmeerbare standverwarming Verwarmbare achterruiten en verwarmbare buitenspiegels (of achterruitverwarming, links, indien CAT 1 alarm is gemonteerd) Achterruitverwarming, rechts (indien CAT 1 alarm is gemonteerd)
  • Pagina 129 Zekeringen Aansluitkast aan passagierszijde Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits bruin Parkeerhulp achter, regensensor grijs Sensor gaspedaal blauw Remlichtschakelaar Instrumentengroep, voeding PATS, tacho- bruin graaf, schakelaar instrumentenverlichting blauw Sproeierpomp rood Regeleenheid veiligheidssysteem geel Schakelaar buitenverlichting (KL15) geel Alarmclaxon met eigen accu bruin Schakelaar buitenverlichting (KL30) rood...
  • Pagina 130 Zekeringen Zekering Ampère Kleur Beveiligde circuits Instrumentengroep, schakelklok standverwar- bruin ming, voeding keyless entry systeem, sensor interieuralarm (KL30) bruin Stadslicht, rechts bruin Stadslicht, links Voeding contactslot, verbreekschakelaar bruin accuvoeding relaisspoelen blauw Centrale vergrendeling bruin Kentekenplaatverlichting, zijmarkering blauw Mistlampen, vóór rood Mistachterlichten Voedingsspanning audiosysteem en instru- violet...
  • Pagina 131: Bergen Van De Auto

    Bergen van de auto SLEEPPUNTEN AUTO OP VIER WIELEN SLEPEN Alle uitvoeringen WAARSCHUWINGEN Zet het contact aan wanneer uw auto wordt gesleept. Bij afgezet contact treedt het stuurslot in werking en werken de richtingaanwijzers en de remlichten niet. De rem- en stuurbekrachtiging werken niet, tenzij de motor draait.
  • Pagina 132: Auto Op Vier Wielen Slepen - Auto's Met: Awd

    Bergen van de auto LET OP LET OP Het wordt aanbevolen de auto niet te Bij een mechanische storing aan de slepen met de aandrijfwielen op het transmissie van uw wagen moet deze wegdek. Als het echter nodig is om de worden gesleept met ALLE wielen op auto van een gevaarlijk plaats te het wegdek of met ALLE wielen van het...
  • Pagina 133: Onderhoud

    • Remvloeistofpeil. Zie Controle en de inruilwaarde ten goede komen. Er vloeistofpeil koppeling en staat een groot netwerk van Ford Erkende remsysteem (bladzijde 138). Reparateurs ter beschikking die u met hun professionele expertise ter zijde kunnen •...
  • Pagina 134: De Motorkap Openen En Sluiten

    Onderhoud DE MOTORKAP OPENEN EN SLUITEN Motorkap openen Motorkap sluiten N.B.: Zorg dat de motorkap goed wordt gesloten. Laat de motorkap zakken en vanaf een hoogte van 20 - 30 cm dichtvallen. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 135: Overzicht Motorruimte - 2,3 L Duratec-He (Mi4)

    Onderhoud OVERZICHT MOTORRUIMTE - 2,3 L DURATEC-HE (MI4) Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (auto's met stuur rechts). Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 138). Motorolievuldop . Zie Motorolie controleren (bladzijde 137). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (auto's met stuur links). Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 138).
  • Pagina 136: Overzicht Motorruimte - 2,2 L Duratorq-Tdci (Puma) Diesel

    Onderhoud OVERZICHT MOTORRUIMTE - 2,2 L DURATORQ-TDCI (PUMA) DIESEL Waterafscheider brandstoffilter (auto's met stuur links). Zie Water in brandstoffilter aftappen (bladzijde 139). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (auto's met stuur rechts). Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 138). Motorolievuldop . Zie Motorolie controleren (bladzijde 137). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (auto's met stuur links).
  • Pagina 137: Overzicht Motorruimte - 2,2 L Duratorq-Tdci (Puma) Diesel /2,4 L Duratorq-Tdci (Puma) Diesel /3.2 Lduratorq-Tdci (Puma) Diesel

    Onderhoud * ** Motoroliepeilstaaf . Zie Motorolie controleren (bladzijde 137). Vloeistofreservoir stuurbekrachtiging Zie Stuurbekrachtigingsvloeistof controleren (bladzijde 139). De vuldoppen en de motoroliepeilstaaf hebben een felle kleur voor een makkelijke herkenning. De oliepeilstok is aangebracht op een van de twee aangegeven locaties. OVERZICHT MOTORRUIMTE - 2,2 L DURATORQ-TDCI (PUMA) DIESEL /2,4 L DURATORQ-TDCI (PUMA) DIESEL /3.2 L DURATORQ-TDCI (PUMA) DIESEL...
  • Pagina 138: Oliepeilstaaf - 2,3 Lduratec-He (Mi4)

    Onderhoud Motoroliepeilstok - 2.2L Duratorq-TDCi (Puma) Diesel . Zie Motorolie controleren (bladzijde 137). Motorolievuldop . Zie Motorolie controleren (bladzijde 137). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (auto's met stuur links). Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 138). Waterafscheider brandstoffilter (auto's met stuur rechts). Zie Water in brandstoffilter aftappen (bladzijde 139).
  • Pagina 139: Oliepeilstaaf - 2,4 L Duratorq-Tdci (Puma) Diesel /3.2 L Duratorq-Tdci (Puma) Diesel

    N.B.: Neem onmiddellijk gemorste olie op omstandigheden kunnen deze de met een absorberende doek. motor beschadigen. Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford specificatie. Zie Technische specificatie N.B.: Het olieverbruik van nieuwe motoren (bladzijde 140). bereikt zijn normale waarden na ongeveer 5000 kilometer.
  • Pagina 140: Controle Vloeistofpeil Koppeling En Remsysteem

    Langdurig gebruik van koelvloeistof zijn aangesloten op één reservoir. met een incorrecte mengverhouding kan leiden tot motorschade door Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford corrosie, oververhitting of bevriezing. specificatie. Zie Technische specificatie (bladzijde 140). Draai de dop langzaam los. Laat de druk langzaam ontsnappen terwijl u de dop losdraait.
  • Pagina 141: Stuurbekrachtigingsvloeistof Controleren

    Bijvullen Verwijder de brandstofdop. LET OP Het oliepeil mag niet boven het MAX merkteken komen te staan. Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford specificatie. Zie Technische specificatie (bladzijde 140). WATER IN BRANDSTOFFILTER AFTAPPEN Sluit een geschikte slang aan op de...
  • Pagina 142: Ruitensproeiervloeistof Controleren

    Gebruik van een ongeschikte vloeistof kan beschadiging tot gevolg hebben, hetgeen niet onder de Garantie valt. Onderdeel Specificatie Aanbevolen vloeistof Motorolie WSS-M2C913-C Castrol Engine Oil Stuurbekrachtiging WSS-M2C204-A2 Ford of Motorcraft stuurbekrachtigings- vloeistof (groen) Stuurbekrachtiging WSA-M2C195-A Ford of Motorcraft stuurbekrachtigings- vloeistof (rood) Koelvloeistof WSS-M97B44-D...
  • Pagina 143 Vul altijd met dezelfde kleur vloeistof bij. U kunt tevens Ford Engine Oil motorolie of een andere motorolie gebruiken wanneer deze voldoet aan de specificatie WSS-M2C913-C. N.B.: Wanneer de auto wordt gebruikt bij temperaturen onder -20 °C, moet u geen SAE 10W-40 motorolie gebruiken.
  • Pagina 144 Onderhoud Variant Inhoud in liter (gallons) Koelsysteem met alleen 2.3L Duratec-HE 7,8 (1,7) extra verwarming voorin 2.2L DuraTorq-TDCi, voor- Motorolie – met filter 6,2 (1,4) wielaandrijving 2.2L DuraTorq-TDCi, voor- Motorolie – zonder filter 6,0 (1,3) wielaandrijving 2.2L DuraTorq-TDCi, Motorolie – met filter 10,1 (2,2) achterwielaandrijving 2.2L DuraTorq-TDCi,...
  • Pagina 145 Onderhoud Variant Inhoud in liter (gallons) 3.2L DuraTorq-TDCi Motorolie – met filter 11,4 (2,5) 3.2L DuraTorq-TDCi Motorolie – zonder filter 11 (2,4) 3.2L DuraTorq-TDCi Koelsysteem 7,3 (1,6) Vulhoeveelheden motorolie Vulhoeveelheid in liter Motor (gallons) 2.3L Duratec-HE 0,7 (0,2) 2.2L DuraTorq-TDCi 1,5 (0,3) 2.4L DuraTorq-TDCi 2 (0,4)
  • Pagina 146: Verzorging Van De Auto

    Verzorging van de auto Achterruit reinigen REINIGEN VAN BUITENZIJDE AUTO LET OP Gebruik geen scherpe voorwerpen, WAARSCHUWING schurende reinigingsmiddelen of Wanneer de auto tijdens het wassen chemische oplossingen op de in een autowasserette in de was binnenzijde van de achterruit te reinigen. wordt gezet, verwijder dan de was van de voorruit.
  • Pagina 147: Reinigen Van Binnenzijde Auto

    Grondig afspoelen met een oprolmechanisme komt. hogedrukspuit nadat de reinigingsprocedure is voltooid. Reinig de veiligheidsgordels met een Er wordt aanbevolen Ford-wielenreiniger interieurreiniger of water met een zachte te gebruiken. Lees en volg de aanwijzingen spons. Laat de veiligheidsgordels op een van de fabrikant.
  • Pagina 148: Kleine Lakschade Repareren

    Lakbeschadigingen door steenslag of kleine krasjes moeten zo spoedig mogelijk worden hersteld. Uw Ford dealer heeft een grote keuze aan producten. Lees en volg nauwkeurig de instructies van de fabrikant Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 149: Accu Van De Auto

    Accu van de auto STARTEN VIA STARTHULP WAARSCHUWINGEN Gebruik brandstofleidingen, motorafdekkingen of inlaatspruitstuk nooit als massapunten. Verbind alleen accu's met dezelfde nominale spanning met elkaar. Gebruik altijd hulpstartkabels met geïsoleerde klemmen en een voldoende dikke kern. Koppel de ontladen accu niet los van de elektrische installatie van de auto.
  • Pagina 150: Onderhoud Van De Accu

    Accu's met een hoge capaciteit zijn 2. Verwijder het accudeksel. beschikbaar bij uw Ford dealer. 3. Schuif de stoel helemaal naar voren. Zie Voorstoelen (bladzijde 75). 12 VOLT ACCU VERVANGEN Breng de eerder verwijderde onderdelen in omgekeerde volgorde aan.
  • Pagina 151 Accu van de auto Er zijn drie aansluitpunten, elk levert maximaal een stroomsterkte van 60 ampère. Vraag uw dealer om advies over accessoires die voor uw wagen geschikt zijn. Maak de klemmen los. 2. Trek de kap omhoog. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 152: Veiligheidsuitrusting Voor Kinderen

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen KINDERZITJES WAARSCHUWINGEN Laat kinderen niet zonder toezicht in uw auto achter. Wanneer uw auto bij een aanrijding betrokken is geweest, dient u het kinderzitje door een hiertoe opgeleide monteur te laten controleren. N.B.: De wettelijke voorschriften t.a.v. het gebruik van kinderzitjes zijn per land verschillend.
  • Pagina 153: Plaatsing Van Kinderzitjes

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Kinderveiligheidszitje Vervoer kinderen met een lichaamsgewicht van 13 tot 18 kilogram in een kinderveiligheidszitje (Groep 1), dat op de achterbank is bevestigd. PLAATSING VAN KINDERZITJES Plaatsen voor het kinderzitje WAARSCHUWING Wanneer een kinderzitje met gordels worden gebruikt, dan mogen deze niet slap hangen.
  • Pagina 154 Veiligheidsuitrusting voor kinderen ISOFIX kinderzitjes Gewichtsgroepen Zitplaatsen Tot 10 kg Tot 13 kg 9 - 18 kg Kinderveilig- Babyzitje heidszitje Achter ISOFIX tweede zitrij C, D, E A, B, B1, C, D ISOFIX maatklasse U Geschikt voor universele ISOFIX kinderzitjes die zijn goedgekeurd voor deze gewichtsgroep.
  • Pagina 155: Stoelverhogers

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Kinderzitje (Groep 2) STOELVERHOGERS WAARSCHUWINGEN Bevestig een kinderzitje of een zitverhoger nooit alleen met de heupgordel. Bevestig een kinderzitje of een zitverhoger niet met een veiligheidsgordel die niet gespannen is of gedraaid zit. Leg de schoudergordel niet onder de arm of achter de rug van het kind langs.
  • Pagina 156: Isofix Verankeringspunten

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Het ISOFIX systeem bestaat uit twee ISOFIX stevige bevestigingsarmen aan het VERANKERINGSPUNTEN kinderzitje, die op de verankeringspunten van de zitplaatsen op de tweede zitrij tussen de rugleuning en de zitting worden bevestigd. Verankeringspunten voor de veiligheidsgordels aan de bovenzijde bevinden zich aan de achterzijde van de zitplaatsen op de tweede zitrij.
  • Pagina 157 Veiligheidsuitrusting voor kinderen Linkerzijde Draai rechtsom om te vergrendelen en linksom om te ontgrendelen. Rechterzijde Draai linksom om te vergrendelen en rechtsom om te ontgrendelen. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 158: Velgen En Banden

    Velgen en banden Reservewiel ALGEMENE INFORMATIE Het reservewiel bevindt zich onder de LET OP achterzijde van de auto. Gebruik uitsluitend banden en velgen Uitvoeringen met enkellucht met de goedgekeurde maat. Het gebruik van andere maten kan beschadiging van de auto tot gevolg hebben en maakt de typegoedkeuring ongeldig.
  • Pagina 159 Velgen en banden Auto's uit de 430- en 460-serie • Zet de krikslinger in elkaar. Verwijder de vleugelmoer(en). • Steek het platte uiteinde van de 2. Steek de steun en de kabel door de krikstang op de kraan. Draai de stang centrale opening in de velg.
  • Pagina 160 Velgen en banden Auto's uit de 430- en 460-serie • Steek de haak van de stang in het oog op de krik. Breng de wielmoersleutel aan in het andere uiteinde van de stang en draai hem rechtsom. Voorste kriksteunpunten LET OP Gebruik alleen de aangegeven kriksteunpunten.
  • Pagina 161 Velgen en banden Alle behalve auto's uit de 430- en Bus, bestelwagen en Kombi (260, 280 460-serie en 300 serie) met voorwielaandrijving Klap de klep op de bovenzijde van de krik open. Plaats de krik onder de bladveer van Klap de klep op de bovenzijde van de krik het achterwiel, direct voor het wiel.
  • Pagina 162 Velgen en banden Klap de klep op de bovenzijde van de krik Alle Chassis Cabine, bus, bestelwagen open. Plaats de krik op het blok. en Kombi uitvoeringen met achterwielaandrijving (alle behalve Auto's uit de 430- en 460-serie auto's uit de 430- en 460-serie) N.B.: Plaats de krik onder de as, zo dicht N.B.: Plaats de krik onder de as, zo dicht mogelijk bij het wiel dat omhoog moet...
  • Pagina 163 Velgen en banden WAARSCHUWINGEN Schakel de eerste versnelling of de achteruit in wanneer uw auto is uitgerust met een handgeschakelde versnellingsbak. Selecteer stand 'P' wanneer deze met een automatische transmissie is uitgerust. Laat de inzittenden uitstappen. Blokkeer het diagonaal tegenoverliggende wiel met een geschikt blok hout of een wielkeg.
  • Pagina 164 Velgen en banden 2. Draai de wielmoeren handvast aan. 3. Breng de dopsleutel voor de slotmoer aan. 2. Verwijder de moerdoppen. 3. Breng de dopsleutel voor de slotmoer aan. 4. Draai de wielmoeren een slag los. 5. Krik de auto op tot de band vrij is van de grond.
  • Pagina 165: Set Tijdelijke Mobiliteit

    Velgen en banden N.B.: Wanneer het reservewiel een andere De bandenreparatieset bevindt zich in het maat heeft of anders is geconstrueerd dan handschoenenkastje. de overige wielen, laat deze dan zo spoedig Algemene informatie mogelijk vervangen. WAARSCHUWINGEN Wiel opbergen Afhankelijk van het type en de LET OP omvang van de beschadiging kunnen sommige banden slechts gedeeltelijk...
  • Pagina 166 Velgen en banden • Houd de set buiten het bereik van • Vervang de fles met het afdichtmiddel kinderen. door een nieuwe voordat de houdbaarheidsdatum (zie de • Gebruik de set bij bovenzijde van de fles) is bereikt. omgevingstemperaturen van –30 °C (-22 °F) tot +70 °C (+158 °F).
  • Pagina 167 Velgen en banden LET OP Afdekking fles Wanneer de fles op de houder wordt Fles met afdichtmiddel gedraaid, wordt de afdichting van de fles verbroken. Schroef de fles niet los Maak de afdekking van de van de houder, omdat het afdichtmiddel bandenreparatieset open.
  • Pagina 168 Velgen en banden Bandenspanning controleren Pomp de band niet langer dan zeven minuten op voor een minimale druk Stop de wagen na ongeveer drie van 1,8 bar (26 psi) en een maximum kilometer (twee mijl). Controleer en druk van 2,5 bar (51 psi). Zet de corrigeer zo nodig de spanning van de compressorschakelaar H in stand 0 beschadigde band.
  • Pagina 169: Verzorging Van Banden

    LET OP rijomstandigheden. Neem voor meer Controleer of u de velgen met de informatie contact op met uw Ford dealer. winterbanden met het correcte type wielmoeren hebt bevestigd. Indien winterbanden zijn gemonteerd, controleer dan of de bandenspanning correct is.
  • Pagina 170: Technische Specificatie

    Velgen en banden Auto's met achterwielaandrijving LET OP Wanneer uw auto is uitgerust met Breng alleen sneeuwkettingen aan op de wieldeksels, verwijder deze dan achterwielen. voordat u sneeuwkettingen monteert. Auto's met vierwielaandrijving (AWD) N.B.: Het ABS blijft normaal werken. Breng alleen sneeuwkettingen aan op de Gebruik alleen sneeuwkettingen met kleine achterwielen.
  • Pagina 171 Velgen en banden Bandenspanning Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 280S 185/75 R 16 C 3 (44) 3 (44) 3,8 (55) 4,1 (60) 280S 195/70 R 15 C 3 (44) 3 (44) 3,6 (52) 3,9 (57) 280S...
  • Pagina 172 Velgen en banden Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 350M/L - Maximaal voorasgewicht 1.850 215/75 R 16 C 3,8 (55) 4,8 (70) 3,8 (55) 4,8 (70) kilogram 350EF - Maximaal voorasgewicht 1.750 215/75 R 16 C 3,5 (51) 4,9 (71)
  • Pagina 173 Velgen en banden Bestelwagen en Kombi - voorwielaandrijving Bandenspanning Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 250S 195/70 R 15 C 3,4 (49) 3,5 (51) 3,4 (49) 3,5 (51) 250S 205/65 R 16 C 3,4 (49) 3,5 (51) 3,4 (49)
  • Pagina 174 Velgen en banden Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 280S - Maximaal achterasgewicht 1.550 195/70 R 15 C 3,6 (52) 3,9 (57) 3,6 (52) 3,9 (57) kilogram 280S - Maximaal achterasgewicht 205/65 R 16 C 3,4 (49) 4 (58) 3,4 (49)
  • Pagina 175 Velgen en banden Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 300L - Gereduceerd 195/70 R 15 C 3,9 (57) 4,2 (61) 3,9 (57) 4,2 (61) GVM 2.800 kilogram 300L - Gereduceerd 205/65 R 16 C 3,7 (54) 4 (58) 3,7 (54)
  • Pagina 176 Velgen en banden Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 350S/M/L - Maximaal voorasgewicht 1.750 215/75 R 16 C 3,5 (51) 4,8 (70) 3,5 (51) 4,8 (70) kilogram 350S/M/L - Maximaal voorasgewicht 1.850 215/75 R 16 C 3,8 (55) 4,8 (70)
  • Pagina 177 Velgen en banden Chassis-cabine en uitvoeringen met open laadbak - voorwielaandrijving Bandenspanning Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 300S/M 185/75 R 16 C 4,2 (61) 4,7 (68) 4,2 (61) 4,7 (68) 300S/M 195/70 R 15 C 4 (58) 4,5 (65)
  • Pagina 178 Velgen en banden Normaal beladen Maximaal beladen Voor Achter Voor Achter Variant Bandenmaat (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) (lbf/in²) 350M/L - Maximaal voorasgewicht 1.850 215/75 R 16 C 3,8 (55) 4,8 (70) 3,8 (55) 4,8 (70) kilogram 350EF - Maximaal voorasgewicht 1.750 215/75 R 16 C 3,5 (51) 4,9 (71)
  • Pagina 179: Voertuigidentificatie

    Voertuigidentificatie VOERTUIGIDENTIFICA- CHASSISNUMMER TIEPLAATJE N.B.: Het ontwerp van het identificatieplaatje kan afwijken van het getoonde plaatje. N.B.: De informatie op het identificatieplaatje is afhankelijk van de vereisten per land. Het Voertuig Identificatie Nummer is in de rechter voorwielkuip ingeslagen. Het is ook op de linkerzijde van het instrumentenpaneel vermeld.
  • Pagina 180: Inhouden En Specificaties

    Inhouden en specificaties TECHNISCHE SPECIFICATIE Afmetingen van de auto Korte wielbasis Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Maximum lengte - zonder trede achter (Bestelwagen 4863 (191,5) en Kombi) Maximum lengte (Chassis-cabine en laadbak uitvoe- 5254 (206,9) ringen met open laadbak) Maximum lengte - met trede achter (Bestelwagen en 4965 (195,5) Kombi)
  • Pagina 181 Inhouden en specificaties Middellange wielbasis Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Maximum hoogte - semi-hoog dak (Bestelwagen en 5230 (205,9) Kombi) Maximum lengte - zonder trede achter (Chassis Enkele 5704 (224,6) Cabine en laadbak uitvoeringen met open laadbak) Maximum lengte - zonder trede achter (Chassis Dubbele Cabine en laadbak uitvoeringen met open 5721 (225,2) laadbak)
  • Pagina 182 Inhouden en specificaties Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Totale hoogte - hoog dak (Bestelwagen en Kombi) 2532 - 2616 (99,7 - 103) Wielbasis (Bestelwagen en Kombi) 3300 (129,9) Wielbasis (Chassis-cabine en uitvoeringen met open 3504 (138) laadbak) Spoorbreedte, voor 1737 - 1761 (68,4 - 69,3) Spoorbreedte, achter (alle uitvoeringen met enkele 1710 - 1734 (67,3 - 68,3)
  • Pagina 183 Inhouden en specificaties Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Maximum lengte - met trekhaak (Verlengd chassis 6522 (256,8) Bestelwagen en Kombi) Maximum lengte - met trekhaak (Chassis Cabine en 6175 (240,5) laadbak uitvoeringen met open laadbak) Maximum lengte - met trekhaak (Chassis Cabine en laadbak uitvoeringen met open laadbak), verlengd 6675 (260,2) frame...
  • Pagina 184 Inhouden en specificaties Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Wielbasis (Chassis-cabine en uitvoeringen met open 3954 (155,7) laadbak) Spoorbreedte, voor 1737 - 1757 (68,4 - 69,1) Spoorbreedte, achter (Bestelwagen en Kombi) 1710 - 1720 (67,3 - 67,7) Spoorbreedte, achter (Chassis Cabine en uitvoeringen 1642 (64,6) met open laadbak - dubbele achterwielen) Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 185 Inhouden en specificaties Afstanden trekhaak Bestelwagen en Kombi Item Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Hart wiel - uiteinde trekhaakkogel (standaard 1140 (44,9) frame) Hart wiel - uiteinde trekhaakkogel (verlengd 1863 (73,3) frame) Hart trekhaakkogel - langsbalk 416 (16,4) Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 186 Inhouden en specificaties Item Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Binnenzijde langsbalk 832 (32,8) Hart trekhaakkogel - hart 1e bevestigingspunt 334 (13,1) Hart trekhaakkogel – hart 2e bevestigings- 403,5 (15,9) punt Hart trekhaakkogel - hart 3e bevestigings- 473 (18,6) punt Chassis-cabine en uitvoeringen met open laadbak Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 187 Inhouden en specificaties Item Beschrijving van afmeting Afmeting in mm Hart wiel - uiteinde trekhaakkogel (standaard 1180 (46,5) frame) Hart wiel - uiteinde trekhaakkogel (verlengd 1562 (61,5) frame) Hart trekhaakkogel - langsbalk 418 (16,5) Binnenzijde langsbalk 836 (32,9) Hart trekhaakkogel - hart 1e bevestigingspunt 237 (9,3) Hart trekhaakkogel –...
  • Pagina 188: Inleiding Audio-Installatie

    Inleiding audio-installatie Labels op het audiotoestel BELANGRIJKE AUDIO- INFORMATIE WAARSCHUWINGEN Door technische verschillen kunnen opneembare CD s (CD-R's) en opnieuw beschrijfbare CD s (CD-RW's) mogelijk niet correct functioneren. Op deze toestellen kunnen CD's worden afgespeeld die aan de International Red Book standaard audiospecificatie voldoen.
  • Pagina 189: Overzicht Audio-Installatie

    Overzicht audio-installatie 6000CD CD selecteren. Zie CD-speler (bladzijde 204). CD-sleuf. Zie CD's aanbrengen (bladzijde 204). CD uitwerpen. Zie CD's uitwerpen (bladzijde 207). Aan, uit en volumeregeling. Zie Aan/uit toets (bladzijde 194). Golfband selecteren. Zie Golfband toets (bladzijde 196). Klok. Zie Tijd en datum van de audio-installatie instellen (bladzijde 192). Stationsvoorkeuzetoetsen.
  • Pagina 190 Overzicht audio-installatie Lage- en hoge-tonenregeling. Zie Bass/treble (lage/hoge tonen) regeling (bladzijde 194). Extra ingang selecteren. Zie Ingangsaansluiting (AUX IN) (bladzijde 210). 6006CDC CD selecteren. Zie CD-speler (bladzijde 204). CD-sleuf. Zie CD's aanbrengen (bladzijde 204). CD uitwerpen. Zie CD's uitwerpen (bladzijde 207). Zie Meerdere CD's uitwerpen (bladzijde 209).
  • Pagina 191 Overzicht audio-installatie Menu. Zie Bediening van de audio-installatie (bladzijde 195). Neerwaarts zoeken. Zie Station afstemtoetsen (bladzijde 199). Balans- en fade-regeling. Zie Balance/fade (balans links/rechts, voor/achter) regeling (bladzijde 194). Lage- en hoge-tonenregeling. Zie Bass/treble (lage/hoge tonen) regeling (bladzijde 194). Extra ingang selecteren. Zie Ingangsaansluiting (AUX IN) (bladzijde 210). Sony CD Scannen.
  • Pagina 192 Overzicht audio-installatie Automatisch opslaan. Zie Autostore toets (bladzijde 197). Menu. Zie Bediening van de audio-installatie (bladzijde 195). Verkeersberichten. Zie Regeling functie verkeersinformatie (bladzijde 197). Aan/uit-regeling. Zie Aan/uit toets (bladzijde 194). Balans- en fade-regeling. Zie Balance/fade (balans links/rechts, voor/achter) regeling (bladzijde 194). Oproep beëindigen.
  • Pagina 193: Beveiliging Van Uw Audio-Installatie

    2. Druk op dezelfde wijze op de LOCKED in het display weergegeven. Neem voorkeuzetoetsen 2, 3 en 4 voor de contact op met uw Ford dealer. resterende drie cijfers. 3. Zorg ervoor dat de complete code correct is voordat u op de voorkeuzetoets 5 drukt om uw selectie te bevestigen.
  • Pagina 194: Audiodisplays Met Tijd- En Datumaanduiding

    Audiodisplays met tijd- en datumaanduiding 12/24 uurs modus TIJD EN DATUM VAN DE AUDIO-INSTALLATIE Druk enkele malen op de MENU toets totdat het 12/24 symbool in het display INSTELLEN verschijnt. 6000CD en 6006CDC 2. Gebruik de toets voor opwaarts zoeken of neerwaarts zoeken om de gewenste Datum en tijd veranderen instelling te kiezen.
  • Pagina 195 Audiodisplays met tijd- en datumaanduiding 3. Druk op de linker of rechter navigatietoets om de gewenste instelling te selecteren. 4. Druk op de MENU toets of de toets tussen de navigatietoetsen om uw selectie te bevestigen. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 196: Werking Van De Audio-Installatie

    Werking van de audio-installatie AAN/UIT TOETS BALANCE/FADE (BALANS LINKS/RECHTS, Druk op de aan/uit knop. Hierdoor kan het VOOR/ACHTER) REGELING toestel nog een uur nadat het contact is afgezet worden gebruikt. De balansfunctie wordt gebruikt om de Na een uur schakelt het radiotoestel geluidsverdeling tussen de linker en rechter automatisch uit.
  • Pagina 197: Bediening Van De Audio-Installatie

    Werking van de audio-installatie van de bedieningstoetsen gekozen kunnen BEDIENING VAN DE AUDIO- worden. Druk op de MENU toets voor INSTALLATIE functies op het eerste niveau, of op de MENU toets en houd deze ingedrukt voor Gebruik de MENU toets om toegang te functies op het tweede niveau (niet verkrijgen tot functies die niet direct via een leverbaar op Sony audio-units).
  • Pagina 198: Voorkeuzetoetsen

    Werking van de audio-installatie Menufuncties Tijdens radio-ontvangst Tijdens het afspelen van een CD volume volume Lokale of algemene verkeersberichten Lokale of algemene verkeersberichten Regionaal AAN/UIT Shuffle Herhalen Comp AAN/UIT N.B.: De volgorde waarin functies verschijnen, kan verschillen afhankelijk van de audio-unit of de auto.
  • Pagina 199: Autostore Toets

    Werking van de audio-installatie 6000CD en 6006CDC REGELING FUNCTIE VERKEERSINFORMATIE Druk op de AM/FM toets om een keuze uit de beschikbare golfbanden te maken. Veel radiostations die op de FM-band Sony CD uitzenden hebben een TP-code die aangeeft dat deze verkeersinformatie Druk op de RADIO toets om een keuze uit uitzenden.
  • Pagina 200 Werking van de audio-installatie N.B.: Wanneer dit tijdens het afspelen van Sony CD een CD of een apparaat in de Druk op de MENU toets en gebruik de AUX-aansluiting gebeurt of, bij bepaalde opwaarts of neerwaarts navigatietoets modellen, wanneer het radiovolume op 0 is om de TA display te selecteren.
  • Pagina 201: Station Afstemtoetsen

    Werking van de audio-installatie Zoeken N.B.: Indien u op een ander tijdstip op TA drukt, worden berichten uitgeschakeld. 6000CD en 6006CDC STATION AFSTEMTOETSEN Kies een golfband en druk kort op de toets voor opwaarts zoeken of neerwaarts zoeken. Het toestel stopt bij het eerste DAB-service linking radiostation dat in de door u gekozen N.B.: De DAB-service linking is standaard...
  • Pagina 202 Werking van de audio-installatie 6000CD en 6006CDC Druk enkele malen op de MENU toets totdat SCAN in het display wordt weergegeven. 2. Druk op de toets voor opwaarts zoeken of neerwaarts zoeken om de gekozen golfband omhoog of omlaag af te zoeken.
  • Pagina 203: Menu's Audio-Installatie

    Menu's audio-installatie DSP-instellingen wijzigen AUTOMATISCHE VOLUMEREGELING Druk eenmaal op de DSP toets voor bezette zitplaatsen en tweemaal voor Met deze functie regelt u het de equalizer. Positie van onderdeel: Zie geluidsvolume ter compensatie van Overzicht audio-installatie motorgeluiden en bandengeruis. (bladzijde 187). 2.
  • Pagina 204: Alternatieve Frequenties

    Menu's audio-installatie Sony CD Wanneer AF-MAN is gekozen, werkt het toestel op dezelfde wijze als bij AF-AUTO Druk kort op de MENU toets. of AF-ON, maar er wordt dan alleen naar alternatieve frequenties gezocht wanneer 2. Scroll met de navigatietoets voor op een voorkeuzetoets wordt gedrukt.
  • Pagina 205: Nieuwsberichten

    Menu's audio-installatie in een aantal kleinere regionale netwerken, NIEUWSBERICHTEN die bijvoorbeeld in grotere plaatsen of steden zijn gevestigd. Wanneer het Sommige radiotoestellen onderbreken de netwerk niet in regionale zenders wordt normale ontvangst voor nieuwsbulletins opgesplitst, zendt het complete netwerk van radiostations op de FM golfband op hetzelfde programma uit.
  • Pagina 206: Cd-Speler

    CD-speler 3. Een CD-symbool met een nummer CD'S AANBRENGEN knippert in het display en LOAD wordt in het display weergegeven. Wanneer 6000CD de CD is geladen, verschijnt een Controleer altijd dat de CD-sleuf leeg is nummer bij één van de CD-symbolen alvorens een CD in te brengen.
  • Pagina 207: Cd Afspelen

    CD-speler Sony CD Druk eenmaal op de toets voor neerwaarts zoeken om het huidige nummer te Druk tijdens radio-ontvangst eenmaal op herhalen. Wanneer binnen twee seconden de toets CD/AUX om het afspelen van de vanaf het begin van een nummer op deze CD te starten.
  • Pagina 208: Shuffle/Random (Door Elkaar/Willekeurig)

    CD-speler Sony CD Sony CD Druk op de linker of rechter navigatietoets Druk op de MENU toets. en houd deze ingedrukt om voorwaarts of 2. Scroll met de navigatietoets voor achterwaarts te zoeken binnen de opwaarts zoeken of neerwaarts zoeken nummers van de CD.
  • Pagina 209: Cd-Nummers Scannen

    CD-speler 6006CDC CD-NUMMERS SCANNEN Druk op elk gewenst moment op de EJECT Met behulp van de SCAN functie kunt u elk toets en verwijder de CD die wordt nummer ongeveer 10 seconden lang afgespeeld of gebruik een voorkeuzetoets beluisteren. om een CD te kiezen die u wilt verwijderen. SELECT of SELECT CD gevolgd door 6000CD en 6006CDC REMOVE CD wordt in het display...
  • Pagina 210: Mp3-Bestand Afspelen

    CD-speler 3. Kies met behulp van de linker of rechter MP3 WEERGAVE-OPTIES navigatietoetsen REPEAT TRACK of REPEAT OFF. Wanneer een MP3-CD wordt afgespeeld, kan bepaalde informatie die gecodeerd in 4. Druk op de MENU toets om uw keuze elke opname is opgenomen, worden te bevestigen.
  • Pagina 211: Meerdere Cd's Uitwerpen

    CD-speler N.B.: Hierdoor wordt de CD niet uitgeworpen; de CD-weergave wordt alleen onderbroken op de plaats waar de radio-weergave werd hervat. Druk opnieuw op de CD toets om het afspelen van de CD te hervatten. Sony CD Druk op de RADIO of CD/AUX toets. N.B.: Hierdoor wordt de CD niet uitgeworpen;...
  • Pagina 212: Ingangsaansluiting (Aux In)

    Ingangsaansluiting (AUX IN) N.B.: Stel voor optimale prestaties bij het afspelen van een extra apparaat het volume daarvan hoog. Hierdoor worden storingen gereduceerd wanneer het apparaat wordt aangesloten op de aansluiting voor de sigarenaansteker in de auto. Via de extra ingang (AUX IN), indien aanwezig, kan een extra apparaat zoals een MP3-speler op het audiotoestel van de auto worden aangesloten.
  • Pagina 213: Storingen Verhelpen Audio-Installatie

    (bladzijde 207). Zie Meerdere CD's uitwerpen (bladzijde 209). Zie CD's aanbrengen (bladzijde 204). Wanneer de storing blijft bestaan. Neem contact op met uw Ford dealer. NO CD Bericht dat aangeeft dat zich geen CD's in het audiotoe- NO CDS stel of de CD-wisselaar bevinden.
  • Pagina 214: Audio-Installatie

    Display van het audiotoestel Remedie Bericht dat aangeeft dat de systeembeveiliging het toestel heeft geblokkeerd nadat herhaaldelijk onjuiste LOCKED Keycodes zijn ingegeven. Neem contact op met uw Ford dealer. KEYCODE..Bericht dat u vraagt, de Keycode in te geven. Zie ENTER KEYCODE..
  • Pagina 215: Telefoon

    Thuis systeem aanzienlijk worden beperkt. Om dit te voorkomen moeten alleen aanbevolen telefoons worden gebruikt. Kantoor Bezoek de website www.ford-mobile-connectivity.com voor volledige gegevens. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 216: Setup Bluetooth

    Bluetooth verbinding'. 2. Zoek in het Bluetooth menu van uw Telefoons die in het systeem zijn telefoon naar Ford Audio en selecteer opgeslagen zijn met behulp van de deze optie. telefoonlijst op de audiounit toegankelijk. 3. Voer het op de voertuigdisplay N.B.: Er kunnen maximaal zes apparaten...
  • Pagina 217: Bedieningselementen Telefoon

    Telefoon N.B.: Als de audiounit wordt uitgeschakeld, N.B.: Raadpleeg de handleiding van de wordt een telefoongesprek verbroken. audio-unit voor meer informatie over de Wanneer de contactsleutel in de stand '0' bedieningsorganen. wordt gezet, blijft de telefoonverbinding Er moet een actieve telefoon aanwezig zijn. behouden.
  • Pagina 218 Telefoon Een nummer kiezen m.b.v. het Een gesprek beëindigen adresboek - Sony radio Gesprekken kunnen worden beëindigd door U kunt via Bluetooth toegang krijgen tot op de toets 'weigeren' te drukken. uw adresboek. De namen en nummers Bij audio-units zonder telefoontoetsenblok verschijnen op het display van het kunt u ook een gesprek beëindigen door apparaat.
  • Pagina 219 Telefoon 4. Druk op de toets PHONE of de toets Een tweede inkomend gesprek 'beantwoorden' om het weigeren telefoonnummer te kiezen. Een tweede inkomend gesprek kan worden geweigerd door op de toets 'weigeren' te Laatst gekozen nummer opnieuw drukken. Bij audio-units zonder kiezen - Sony radio telefoontoetsenblok kunt u ook een Druk op de toets 'beantwoorden'.
  • Pagina 220: Gebruik Maken Van De Telefoon - Auto's Met: Navigatiesysteem

    Telefoon Een gekoppelde telefoon Met behulp van het menu op de ontkoppelen - Sony radio audio-unit N.B.: Nadat een telefoon aan het systeem Een actieve telefoon kan op elk gewenst is gekoppeld, wordt deze de actieve moment uit het systeem worden gewist, telefoon.
  • Pagina 221 Telefoon Een gesprek beëindigen Een tweede inkomend gesprek beantwoorden Gesprekken kunt u beëindigen door op de toets BEËINDIGEN, de toets MODE op Een tweede inkomend gesprek kunt u de afstandsbediening of de toets aannemen door op de toets AAN/UIT op het navigatiesysteem te 'beantwoorden', de toets MODE op de drukken.
  • Pagina 222 Telefoon 2. Selecteer met behulp van de optie BT-INSTELLINGEN in het menu de actvieve telefoon in de lijst. Actieve telefoon afmelden Een actieve telefoon kan op elk gewenst moment uit het systeem worden gewist, behalve wanneer met deze telefoon een gesprek wordt gevoerd.
  • Pagina 223: Spraaksturing

    Spraaksturing Reactie van het systeem WERKING Wanneer u een gesproken commando LET OP geeft, antwoordt het systeem telkens met een piep wanneer het gereed is om door Door gebruik van het systeem bij te gaan. uitgeschakelde motor wordt de accu ontladen.
  • Pagina 224: Commando S Audio-Unit

    Spraaksturing Short cuts Druk de toets opnieuw in om de spraakbesturing uit te schakelen. Er zijn een aantal gesproken woorden (short cuts) mogelijk, waarmee u enkele Spraaklabel functies van de auto kunt regelen zonder Het spraaklabel kan de telefoon, de het complete commandomenu te hoeven audio-installatie en het navigatiesysteem volgen.
  • Pagina 225 Spraaksturing "CD PLAYER" "SHUFFLE OFF" "REPEAT FOLDER" "REPEAT TRACK" "REPEAT OFF" * Kan als short cut worden gebruikt. ** Alleen beschikbaar als de CD audiogegevensbestanden bevat, zoals MP3 of WMA. Muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op de CD kiezen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt...
  • Pagina 226 Spraaksturing CD-wisselaar beschikbare gesproken commando's. De volgende lijsten bieden aanvullende Overzicht informatie over het complete commandomenu aan de hand van gekozen Het onderstaande overzicht toont de voorbeelden. "CD CHANGER" "HELP" "PLAY" "DISC" "TRACK" "SHUFFLE ALL" "SHUFFLE CD" "SHUFFLE FOLDER" "SHUFFLE OFF" "REPEAT CD"...
  • Pagina 227 Spraaksturing Muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op de CD kiezen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CD CHANGER" "CD CHANGER" "TRACK NUMBER PLEASE" "TRACK" "TRACK <nummer>" "<een getal tussen 1 en 99>" * Kan als short cut worden gebruikt. ** Getallen kunnen ook als max. vier losse cijfers worden uitgesproken (bijv. "2", "4", "5" voor muzieknummer 245) Shuffle CD Random afspelen binnen de CD-inhoud...
  • Pagina 228 Spraaksturing "RADIO" "PLAY DIRECTORY" "STORE NAME" "PLAY" * Kan als short cut worden gebruikt. Afstemfrequentie Met deze functie kunt u met gesproken commando's afstemmen op radiostations. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO" "RADIO" "AM" "AM FREQUENCY PLEASE" "FM" "FM FREQUENCY PLEASE" "TUNE <frequentie>"...
  • Pagina 229 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "NAME PLEASE" "<naam>" "REPEAT NAME PLEASE" "<naam>" "STORING NAME" "<naam> STORED" Afstemmen op naam Met deze functie kunt u op een opgeslagen radiostation afstemmen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO" "RADIO" "NAME PLEASE" "TUNE NAME" "<naam>"...
  • Pagina 230 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO" "RADIO" "PLAY DIRECTORY" "PLAY <DIRECTORY>" Bestand wissen Met deze functie kunt u alle opgeslagen radiostations wissen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO" "RADIO" "DELETE DIRECTORY" "DELETE DIRECTORY" "CONFIRM YES OR NO" "YES" "RADIO DIRECTORY DELETED" "NO"...
  • Pagina 231 Spraaksturing Externe apparaten - USB Overzicht Het onderstaande overzicht toont de Deze gesproken commando's beschikbare gesproken commando's. De ondersteunen de functionaliteit van een volgende lijsten bieden aanvullende extern USB-apparaat dat op de audiounit informatie over het complete kan worden aangesloten. commandomenu aan de hand van gekozen voorbeelden.
  • Pagina 232 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "EXTERNAL DEVICE" "EXTERNAL DEVICE" "USB" "USB" "PLAY" USB-muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op het USB-apparaat kiezen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "EXTERNAL DEVICE" "EXTERNAL DEVICE" "USB" "USB" "TRACK" "TRACK NUMBER PLEASE" "TRACK <nummer>" "<een getal tussen 1 en 99>"...
  • Pagina 233 Spraaksturing "EXTERNAL DEVICE", "IPOD" "SHUFFLE OFF" "REPEAT TRACK" "REPEAT OFF" * Kan als short cut worden gebruikt. ** Aan door spraakbesturing geactiveerde afspeellijsten moeten specifieke bestandsnamen worden toegewezen. Zie Algemene informatie (bladzijde 237). iPod-muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op de iPod kiezen in de lijst met alle titels.
  • Pagina 234: Commando S Telefoon

    Spraaksturing het systeem van de auto opgeslagen en COMMANDO’S TELEFOON niet in dat van uw telefoon. Telefoon Overzicht Met uw telefoonsysteem kunt u een extra Het onderstaande overzicht toont de telefoonboek aanleggen. De opgeslagen beschikbare gesproken commando's. De nummers kunnen met behulp van Voice volgende lijsten bieden aanvullende Control worden gekozen.
  • Pagina 235 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "NUMBER PLEASE" "DIAL NUMBER" "<telefoonnummer>" "<telefoonnummer> CONTINUE?" "DIAL" "DIALLING" "CORRECTION" "<laatste deel van nummer herhalen> CONTINUE?" * Kan als short cut worden gebruikt. Naam kiezen Nadat het spraaklabel is uitgesproken kunnen telefoonnummers worden gekozen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt...
  • Pagina 236 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CONFIRM YES OR NO" "YES" "DIALLING" "NO" "COMMAND CANCELLED" * Kan als short cut worden gebruikt. Naam mobiele telefoon Met deze functie kunt u met een spraaklabel toegang krijgen tot de in uw mobiele telefoon opgeslagen telefoonnummers.
  • Pagina 237 Spraaksturing Een telefoonboek aanleggen opgeslagen met het commando "STORE NAME". Deze functie kan worden gebruikt Naam opslaan voor het kiezen van een nummer door de naam in plaats van het complete Nieuwe spraaklabels kunnen worden telefoonnummer uit te spreken. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON"...
  • Pagina 238 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "PLAY DIRECTORY" "PLAY DIRECTORY" Bestand wissen Met deze functie kunt u alle ingevoerde gegevens in één keer wissen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "DELETE DIRECTORY" "DELETE DIRECTORY" "CONFIRM YES OR NO" "YES"...
  • Pagina 239: Verbinding

    USB-aansluiting Zet de audio-unit altijd op een andere • iPod mediaspelers (ga naar bron (bijvoorbeeld de radio) alvorens www.ford-mobile-connectivity.com het USB-apparaat te ontkoppelen. voor de nieuwste compatibiliteitslijst). Breng geen USB-hubs of -splitters Het systeem is USB 2.0 Full Speed aan.
  • Pagina 240: Extern Apparaat Aansluiten

    De iPod kan tevens worden aangesloten Maak afspeellijsten met de naam met behulp van de standaard iPod "Ford<*>", waar <*> een cijfer tussen 1 USB-kabel en een aparte 3,5 mm en 10 is voor het inschakelen van audiokabel. Wanneer gebruik wordt...
  • Pagina 241: Extern Apparaat Aansluiten - Auto's Met: Bluetooth

    Om Album dit te voorkomen moeten alleen aanbevolen apparaten worden gebruikt. Artiest Bezoek de website www.ford-mobile-connectivity.com voor volledige gegevens. Bestandsnaam Apparaat aansluiten op (voertuig)systeem Titel van nummer N.B.: Sommige audio- en navigatie-units beschikken over een afzonderlijk Bluetooth audio-menu.
  • Pagina 242 Verbinding Druk eenmaal op de pijltjestoets Druk op de pijltjestoets omhoog/omlaag omhoog/omlaag of de OK toets om door of de OK toets om door de inhoud van het de inhoud van het apparaat te bladeren. apparaat te bladeren. De display toont de nummerinformatie en Druk op de MENU toets voor toegang tot de volgende andere belangrijke informatie: het USB-menu.
  • Pagina 243 Verbinding De display toont de nummerinformatie en Druk op de SCAN toets om de huidige de volgende andere belangrijke informatie: (actieve) afspeellijst of het gehele USB-apparaat of de map te scannen. • Een verticale schuifbalk aan de rechterzijde van de display geeft de Druk op de INFO toets om het volgende huidige positie van het mapoverzicht weer te geven:...
  • Pagina 244: Ipod Gebruiken

    Verbinding • "<" links van de display geeft aan dat IPOD GEBRUIKEN een niveau hoger leesbaar is. Verschillende pictogrammen worden • Pictogrammen aan de linkerzijde van gebruikt voor het herkennen van de nummer-/maptekst geven het type verschillende audiobestanden, mappen bestand/map aan. Raadpleeg de lijst enz.
  • Pagina 245 Verbinding De iPod-menulijst voor het bladeren door Houd de pijltjestoetsen naar links/rechts de inhoud is beschikbaar via de ingedrukt om snel achteruit/vooruit door radiodisplay. Bladeren door de inhoud is een nummer te gaan. gebaseerd op hetzelfde principe als voor Druk op de pijltjestoets omhoog/omlaag het gebruik van een stand-alone iPod of de OK toets om door de inhoud van de (bijvoorbeeld zoeken op artiest, titel enz.).
  • Pagina 246 Verbinding De display toont de nummerinformatie en Druk op de SCAN toets om de op dit de volgende andere belangrijke informatie: moment geselecteerde nummers te scannen. • Een verticale schuifbalk aan de rechterzijde van de display geeft de Druk op de INFO toets om het volgende huidige positie van het lijstoverzicht weer te geven: aan.
  • Pagina 247 Verbinding • "<" voor de lijst geeft aan dat een niveau hoger leesbaar is. • Een pictogram aan de linkerzijde geeft het type van de op dit moment weergegeven lijst aan (bijvoorbeeld een albumlijst). Raadpleeg de lijst voor een uitleg van deze pictogrammen. Gebruik voor het navigeren door de inhoud van de iPod de scroll-toetsen om door lijsten te bladeren.
  • Pagina 248: Bijlagen

    Het woord, het merk en de logo's Houd antennekabels en Bluetooth zijn eigendom van Bluetooth SIG stroomdraden minimaal 100 mm Inc. en de Ford Motor Company mag weg van elektronische modules en dergelijke merktekens onder licentie airbags. gebruiken. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of N.B.: Breng alleen antennes op het dak aan...
  • Pagina 249 Bijlagen Frequentieband Maximum uitgangsvermogen in Antenneplaatsen watt (piek RMS) 1 – 30 50 W 1. 2. 3 30 – 54 50 W 1. 2. 3 68 – 87,5 50 W 1. 2. 3 142 – 176 50 W 1. 2. 3 380 –...
  • Pagina 250 Bijlagen Controleer of de elektromagnetische velden die door de gemonteerde zender binnen het passagierscompartiment worden opgewekt niet de grenzen overschrijdt waaraan het menselijk lichaam mag worden blootgesteld. Transit (TT9) Vehicles Built From: 26-09-2011, Vehicles Built Up To: 31-12-2013...
  • Pagina 251 Index Afspelen CD beëindigen......208 6000CD en 6006CDC........208 Sony CD..............209 12 volt accu vervangen.......148 Airconditioning Zie: Klimaatregeling..........67 Akoestische waarschuwingssignalen en -indicaties............58 Informatiecentrum..........58 Zie: Klimaatregeling..........67 Waarschuwing portier open......58 Aan/uit toets..........194 Alarm..............28 Aanbeveling nieuwe onderdelen....8 Werking..............28 Garantie op vervangingsonderdelen....8 Alarm inschakelen.........29 Gepland onderhoud en mechanische Categorie 1 alarm..........29 reparaties..............8 Perimeter alarminstallatie........29...
  • Pagina 252 Index Auto op vier wielen slepen......129 Brandstofafsluiter..........117 Alle uitvoeringen..........129 Schakelaar terugstellen........117 Wagens met automatische Toegang tot de schakelaar.......117 Brandstof en tanken........89 transmissie............129 Autostore toets..........197 Technische specificatie........91 Brandstofkwaliteit - Benzine....89 6000CD en 6006CDC........197 Brandstofkwaliteit - Diesel......89 Sony CD..............197 Opslaan voor de lange termijn.......89 Brandstofverbruik...........91 Zie: Aandrijving op alle wielen......96 Brandstofverbruik...
  • Pagina 253 Index Commando s telefoon.......232 Een wiel vervangen........156 Een telefoonboek aanleggen......235 Boordkrik..............157 Hoofdinstellingen..........236 Kriksteunpunten, achter........159 Telefoon..............232 Reservewiel............156 Telefoonfuncties..........232 Voorste kriksteunpunten.........158 Contactslot............84 Wiel aanbrengen..........162 Contactslot Wiel opbergen............163 Zie: Contactslot............84 Wielslotmoeren..........156 Controle koelvloeistofpeil Wiel verwijderen..........161 Een zekering vervangen......120 Zie: Motorkoelvloeistof controleren.....137 Controle oliepeil Eerstehulpset..........116 Zie: Motorolie controleren........137 Bus................116...
  • Pagina 254 Index Gebruik maken van de telefoon - Auto's Gloeilampen vervangen......40 met: Navigatiesysteem ......218 Achterlichten............46 Actieve telefoon afmelden......220 Achterlichtunits............44 Bellen..............218 Binnenverlichting achterin.......48 Een inkomend gesprek ontvangen....219 Binnenverlichting voorin........47 Een tweede oproep ontvangen.....219 Derde remlicht............46 Microfoon dempen..........219 Een koplamp verwijderen........41 Van actieve telefoon veranderen....219 Grootlicht en dimlicht.........41 Gebruik maken van de telefoon - Auto's Kentekenplaatverlichting........46...
  • Pagina 255 Index Hoofdsteunen..........78 Interieurverlichting.........39 Hoofdsteun instellen...........78 Leeslampen............40 Hoofdsteun verwijderen........79 Leeslampen - uitvoeringen met Hoogte van veiligheidsgordels interieursensoren..........40 afstellen............19 Leeslampen - uitvoeringen zonder Veiligheidsgordel, achter........19 interieursensoren..........39 Veiligheidsgordel, voor........19 Uitvoeringen met dubbele Hulpstartkabels vergrendeling............39 iPod gebruiken ..........242 Zie: Starten via starthulp........147 CD-navigatie-units..........243 SD-navigatie-units..........244 Sony radio.............242 Immobilisatiesysteem inschakelen..27 iPod...
  • Pagina 256 Index Luchtroosters Nummer selecteren........204 Zie: Ventilatieroosters.........67 6000CD en 6006CDC........204 Sony CD..............205 Meerdere CD's uitwerpen......209 Oliepeilstaaf - 2,2 l Duratorq-TDCi 6006CD..............209 Menu's audio-installatie......201 (Puma) diesel ..........136 Meters..............52 Oliepeilstaaf - 2,3 l Duratec-HE (MI4)..............136 Brandstofmeter............54 Oliepeilstaaf - 2,4 l Duratorq-TDCi Instrumentengroep - hoog (Puma) diesel /3.2 l Duratorq-TDCi uitrustingsniveau..........53 (Puma) diesel..........137...
  • Pagina 257 Index Persoonlijke instellingen......64 Reinigen van binnenzijde auto....145 Eenheden..............65 Achterruiten............145 Gongsignalen bij berichten.......65 Instrumentenpaneelschermen, Menu Persoonlijke instellingen.......64 LCD-schermen, radioschermen....145 Menu Persoonlijke instellingen – Exit..66 Veiligheidsgordels..........145 Reinigen van buitenzijde auto....144 Overzicht van de schermen van het hoofdmenu............64 Achterruit reinigen..........144 Taal instellen............64 Chromen onderdelen reinigen.......144 Tijd instellen............64 Koplampen reinigen..........144 Weergave klok............65...
  • Pagina 258 Index Sneeuwkettingen Storingen verhelpen audio-installatie..........211 Zie: Gebruik van sneeuwkettingen....167 Snelheidsregeling (Cruise Control) Stuurbekrachtigingsvloeistof controleren...........139 Zie: Gebruik maken van snelheidsregeling..........108 Bijvullen..............139 Snelheidsregeling (Cruise Control)..108 Stuurwiel............30 Werking..............108 Speciale notificaties ........8 Specificatie-overzicht zekeringen..120 Tanken..............91 Aansluitkast aan passagierszijde....127 Tankklep............90 Aansluitkast in motorcompartiment...122 Technische specificaties Extra zekeringen..........128 Standaard relaiskast.........124 Zie: Inhouden en specificaties ......178...
  • Pagina 259 Index Velgen en banden........156 Vloermatten.............83 Voertuigidentificatieplaatje.......177 Algemene informatie........156 Voertuigidentificatie........177 Technische specificatie........168 Ventilatie Voorkeuzetoetsen........196 Voorruitsproeiers..........33 Zie: Klimaatregeling..........67 Ventilatieroosters...........67 Voorruitwissers..........32 Verbinding............237 Wissen met intervallen........32 Voorste mistlampen........37 Algemene informatie........237 Vergrendelen en ontgrendelen....22 Voorstoelen............75 Automatisch opnieuw vergrendelen.....25 Armsteun instellen..........76 Automatisch vergrendelen.......24 Hellingshoek van de rugleuning Dubbele vergrendeling........22 verstellen............76 Een fase ontgrendeling........25...
  • Pagina 260 Index Waarschuwings- en Zekeringen............118 indicatielampen...........54 Berichtenindicator..........57 Controlelamp ABS..........55 Controlelamp airbag...........55 Controlelamp automatische snelheidsregeling..........56 Controlelampen motor........56 Controlelamp grootlicht........57 Controlelamp hellingstart.........57 Controlelamp koplampen.........57 Controlelamp laadstroom........57 Controlelamp laag brandstofniveau.....57 Controlelamp mistachterlicht......57 Controlelamp mistlampen, vóór....56 Controlelamp oliedruk........57 Controlelamp onderhoudsbeurt....58 Controlelamp portier niet goed gesloten..............56 Controlelamp remblokslijtage......55 Controlelamp schakeling........58 Controlelamp stabiliteitsregeling (ESP) en...
  • Pagina 262 CG3527nl...

Inhoudsopgave